User Manual

Table Of Contents
PSR-E473, PSR-EW425 Gebruikershandleiding
30
Originele geluiden maken met behulp van de knoppen
De twee knoppen dienen voor variaties in het afgespeelde geluid, waarbij u het geluid op allerlei
muzikale manieren kunt aanpassen. Selecteer de gewenste functiecombinatie die boven de
knoppen staat en draai vervolgens aan de knoppen terwijl u speelt, voor een meer expressieve
en dynamische performance.
Druk herhaaldelijk op de knop
[KNOB ASSIGN]
om
de functiecombinaties achtereenvolgens toe te
wijzen: 1
2
3
4
5
6
7
1 ... enz.
De huidige combinatie wordt op de display
weergegeven.
Het doel varieert, afhankelijk van de functie.
Raadpleeg de Reference Manual op de website
(pagina 11) voor meer informatie over de functies die
aan de knoppen zijn toegewezen.
Hier ziet u een voorbeeld van het gebruik van de
knoppen.
1
Selecteer de gewenste voice (pagina 24).
In dit voorbeeld gebruiken we voicenummer 197,
'SquareLd' (Square Lead), als een synth-lead-
achtige voice.
2
Druk herhaaldelijk op de knop [KNOB
ASSIGN] om functie 1 aan de knop toe te
wijzen.
Het cijfer 1 wordt op de display weergegeven
(onder 'KNOB ASSIGN').
3
Draai knop B helemaal naar rechts en
bespeel het keyboard vervolgens met
uw rechterhand terwijl u met uw
linkerhand knop A bedient.
Raadpleeg 'Playing Like a DJ' in de Reference Manual
op de website (pagina 11) voor meer specifieke
voorbeelden.
Functies toewijzen aan de knoppen
Functie Doel
1
Afsnijfrequentie,
resonantie
Keyboard
Hoofdvoice en dual-voice
2 Reverb, chorus
3
DSP1-parameter A,
DSP1-parameter B
Hoofdvoice
4
Afsnijfrequentie,
resonantie
Backing
Stijl, groove
5 Reverb, chorus
6
Volumebalans,
retriggersnelheid
Knop A: Audio-invoer van
een externe bron en stijl/
groove/song
Knop B: Groove
7
DSP2-parameter A,
DSP2-parameter B
Systeem
Geselecteerde partij in de
functie-instellingen
(pagina 63, functie 043)
1
L!CGrPno
001
1
Functies die zijn toegewezen aan
knoppen
Het selecteren van een functiecombinatie alleen heeft geen
invloed op het geluid als de knoppijl niet in de middenpositie
staat. De geselecteerde functie werkt alleen als de knop
wordt verschoven.
Afhankelijk van de paneelinstellingen of de manier waarop
u de knop beweegt, merkt u mogelijk geen verandering van
de parameterwaarde, hoort u een vreemd geluid of werkt de
knop niet correct, zelfs als u eraan draait.
Sommige typen DSP1-effecten veranderen niet, zelfs niet als
de functietoewijzing is ingesteld op 3 en u aan de knop draait.
Functietoewijzingen kunnen ook worden gewijzigd door de
knop [KNOB ASSIGN] ingedrukt te houden en op de
knoppen OCTAVE [−]/[+] te drukken.
De knoppen gebruiken
Als u een effect aan de hoofdvoice heeft toegevoegd en
die voice vervolgens wijzigt, worden de instellingen die
met de knoppen zijn gemaakt, vervangen door de
standaardinstellingen van de nieuwe voice. Als u de
instellingen die u hebt gemaakt, wilt behouden, moet
u deze opslaan in het registratiegeheugen (pagina 51)
voordat u een andere voice selecteert.
Als u een knop naar rechts draait terwijl het volume hoog
staat, kan vervorming ontstaan. Verlaag in dat geval het
volumeniveau.
OPMERKING
Afsnijfre-
quentie Resonantie
LET OP
OPMERKING