User Manual

Table Of Contents
Uw performance opnemen
PSR-E473, PSR-EW425 Gebruikershandleiding
47
6
Druk op de knop [ ] (Start/Stop) als
u de opgenomen song wilt afspelen.
Een song bevat zes tracks.
Melodietracks [1/RIGHT] tot [5]
Voor het opnemen van melodieperformances.
Begeleidingstrack [A]
Voor het opnemen van een akkoordprogressie
(voor de stijl) of toonsoortwijzigingen (voor de
groove).
Als u een opname maakt zonder een track op te geven,
wordt de melodie opgenomen op track [1/RIGHT] en
wordt de begeleiding (stijlakkoorden/groovetoetsen)
opgenomen op track [A]. Als op dat moment vooraf een
bestaande gebruikerssong was geselecteerd, worden
de data op track [1/RIGHT] en track [A] voor die song
overschreven.
U kunt ook elke track een voor een opnemen
(bijvoorbeeld alleen de rechterhandpartij of de
linkerhandpartij) om zo een volledig stuk te creëren
dat lastig in één keer te spelen is.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een
gebruikerssong kunt opnemen op een opgegeven
track. Dit is handig als u aanvullende performances
bij een eerder opgenomen gebruikerssong wilt
opnemen of als u maar één track van een al
opgenomen gebruikerssong opnieuw wilt opnemen.
1
Druk op de knop [SONG/AUDIO]. Het
pictogram SONG wordt weergegeven.
Als het pictogram AUDIO wordt weergegeven,
drukt u nogmaals op de knop
[SONG/AUDIO]
.
Als 'NoUSB' wordt weergegeven in plaats van het
pictogram SONG, wacht u een paar seconden
totdat het pictogram SONG verschijnt.
2
Draai aan de draaiknop om de gewenste
gebruikerssong van 031 tot 040 (User 1
tot 10) te selecteren als opnamedoel.
Probeer nooit het instrument uit te zetten als het bericht
'Writing!' op de display wordt weergegeven. Als u dat
wel doet, is het mogelijk dat er data verloren gaan.
Als u een stijl of de Groove Creator gebruikt voor een
performance gebruikt, kunt u de opname ook automatisch
beëindigen op de volgende manieren.
Stijl:
Druk op de knop [INTRO/ENDING/rit.] en wacht
tot het afspelen van de stijl is afgelopen.
Groove Creator:
Druk op de knop [MUSICAL
CLIMAX] en wacht tot het afspelen van de groove is
afgelopen.
Als u het afspelen van de groove opneemt met de functie
Retrigger, lopen de aanduiding Beat op de display, de
metronoom en het afspelen van de arpeggio niet
synchroon met het afspelen van de opgenomen song.
Beperkingen bij het opnemen van een song
De status aan/uit van ACMP kan niet worden gewijzigd.
Het afspelen kan niet worden gewisseld tussen stijl en
groove.
Het groovenummer kan wel worden gewijzigd, maar het
stijlnummer niet.
Als u een stijl/groove gebruikt, kunnen de volgende
parameters niet worden gewijzigd: reverbtype,
chorustype, maatsoort en stijl-/Groove Creator-volume.
Performances met Quick Sampling-pads [A] tot [D]
kunnen niet worden opgenomen.
De audio-uitvoer van een extern apparaat (afgespeeld
geluid op de aangesloten computer of audioapparaat)
kan niet worden opgenomen.
LET OP
OPMERKING
OPMERKING
Trackstructuur van een song
Een gebruikerssong opnemen
op een specifieke track
Melodietracks
Begelei-
dingstrack
User 1
031