User Manual

PSR-I500 Gebruikershandleiding
6
Volg de onderstaande voorzorgsmaatregelen. Doet u dit niet, dan kan
dit leiden tot ontploffing, brand, oververhitting of lekken van
batterijvloeistof.
- Probeer batterijen nooit te openen of te demonteren.
- Gooi batterijen nooit in het vuur.
- Probeer geen niet-oplaadbare batterijen op te laden.
- Houd de batterijen uit de buurt van voorwerpen die metaal
bevatten, zoals kettingen, haarspelden, munten en sleutels.
- Gebruik alleen het opgegeven batterijtype (pagina 81).
- Gebruik nieuwe batterijen en zorg dat alle batterijen van
hetzelfde type en hetzelfde model zijn en door dezelfde fabrikant
zijn gemaakt.
- Vergewis u er van dat de batterijen altijd op de juiste manier
geplaatst worden (let op de + en - tekens).
- Haal de batterijen uit het instrument als u het gedurende een
langere periode niet gebruikt.
- Als u Ni-MH-batterijen gebruikt, volgt u de aanwijzingen die bij
de batterijen zijn geleverd. Gebruik voor het opladen alleen het
aangegeven oplaadapparaat.
Houd batterijen uit de buurt van kleine kinderen, die ze per
ongeluk kunnen inslikken.
Vermijd contact met de vloeistof uit lekke batterijen. Wanneer
batterijvloeistof in contact komt met uw ogen, mond of huid,
spoelt u het desbetreffende lichaamsdeel onmiddellijk met water
en raadpleegt u een arts. Batterijvloeistof is corrosief en kan
gezichtsverlies of chemische brandwonden veroorzaken.
Als een van de volgende storingen optreedt, schakelt u de
POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit
het stopcontact. (Als u batterijen gebruikt, verwijdert u alle
batterijen uit het instrument.) Laat het instrument vervolgens
nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
- Het netsnoer of de stekker raakt versleten of beschadigd.
- Het instrument verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt
rook uit het instrument.
- Er is een voorwerp gevallen in het instrument.
- Het geluid valt plotseling weg tijdens het gebruik van het
instrument.
VOORZICHTIG
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om lichamelijk letsel bij
uzelf en anderen of beschadiging van het instrument en andere eigendommen te voorkomen.
Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Sluit het instrument niet via een verdeelstekker aan op het
stopcontact. Dit kan leiden tot een verminderde geluidskwaliteit of
oververhitting in het stopcontact.
Trek altijd aan de stekker en nooit aan het snoer wanneer u de
stekker verwijdert uit het instrument of het stopcontact. Het snoer
kan beschadigd raken als u eraan trekt.
Verwijder de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als
u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het
per ongeluk kan omvallen.
Verwijder voordat u het instrument verplaatst alle aangesloten
snoeren, om beschadiging van de kabels te voorkomen en letsel
bij personen die erover zouden kunnen struikelen.
Let erop tijdens het opstellen van het instrument dat het te gebruiken
stopcontact gemakkelijk bereikbaar is. Als er een storing optreedt of
het instrument niet correct werkt, schakelt u de POWER-schakelaar
onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Ook
wanneer de POWER-schakelaar is uitgeschakeld, loopt er nog een
minimale hoeveelheid stroom naar het instrument. Verwijder de
stekker uit het stopcontact als u het instrument gedurende langere tijd
niet gebruikt.
Gebruik uitsluitend de/het voor het instrument bedoelde
standaard/rek. Gebruik uitsluitend de bijgeleverde schroeven om
deze te bevestigen. Als u dit niet doet, kunnen de inwendige
onderdelen beschadigd raken en kan het instrument omvallen.
Schakel de stroomtoevoer naar alle onderdelen uit voordat u het
instrument aansluit op andere elektronische componenten. Stel
alle volumeniveaus in op het laagste niveau voordat u de
stroomtoevoer naar alle onderdelen in- of uitschakelt.
Zorg dat het volume van alle componenten is ingesteld op het
laagsteniveau en voer het volume tijdens het bespelen van het
instrument geleidelijk op tot het gewenste niveau.
Steek geen vinger of hand in de openingen van de of het
instrument.
Steek nooit papieren, metalen of andere voorwerpen in de
openingen van de het paneel of het toetsenbord en laat geen
voorwerpen vallen in deze openingen. Dit kan lichamelijk letsel
bij u of anderen, schade aan het instrument of andere
eigendommen of een verstoring van de werking veroorzaken.
Leun niet op het instrument, plaats er geen zware voorwerpen op
en ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en
aansluitingen.
Gebruik het instrument/apparaat of een hoofdtelefoon niet te lang
op een hoog of oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit
permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een KNO-
arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies constateert.
Batterij
Als u onregelmatigheden opmerkt
Spanningsvoorziening/netadapter
Locatie
Aansluitingen
Zorgvuldig behandelen
DMI-5
2/3