Operation Manual

Style Creator
PSR-S900/S700 Gebruikershandleiding
121
De automatische begeleidingsstijlen gebruiken, maken en bewerken
11 Begin de opname door op de knop Style Control [START/STOP]
te drukken.
Het afspelen van de opgegeven sectie begint. Omdat het
begeleidingspatroon herhaaldelijk wordt afgespeeld in een loop (lus), kunt u
afzonderlijke geluiden een voor een opnemen. Daardoor kunt u luisteren
naar de voorgaande geluiden terwijl deze worden afgespeeld. Raadpleeg
het gedeelte 'Regels bij het opnemen van niet-ritme-kanalen' (zie hierna)
voor informatie over het opnemen naar andere kanalen dan de ritmekanalen
(RHY1, 2).
12 Als u door wilt gaan met het opnemen van een ander kanaal, houdt u
de knop [F] (REC CH) ingedrukt, drukt u gelijktijdig op de
desbetreffende knop [1
]–[8
] om het kanaal aan te geven en
bespeelt u vervolgens het toetsenbord.
13 Beëindig de opname door te drukken op de knop Style Control
[START/STOP].
14 Druk op de knop [EXIT] om de display op te roepen waarin u onder
andere secties kunt selecteren.
15 Druk op de knop [I] (SAVE) om de display voor stijlselectie op
te roepen voor het opslaan van de gegevens.
Sla de gegevens op in de display voor stijlselectie (pagina 73).
Het opgenomen ritmekanaal
(RHY 1, 2) wissen
Als u een bepaald
instrumentgeluid wilt wissen,
houdt u de knop [E] (RHY
CLEAR) ingedrukt (vanuit de
display waarin de opgenomen
kanalen worden getoond) en
drukt u tegelijkertijd op de
desbetreffende toets.
LET OP
De opgenomen stijl gaat
verloren als u van stijl
verandert of als u het
instrument uitzet zonder de
opslaghandeling uit te voeren
(pagina 73).
Voor de secties INTRO en
ENDING, kan elk(e) gewenst(e)
akkoord of akkoordprogressie
worden gebruikt.
Het bronakkoord wijzigen
Als u het patroon met een ander
bronakkoord wilt opnemen dan
CM7, stelt u de parameters PLAY
ROOT en PLAY CHORD in
de PARAMETER-pagina
(pagina 128) in voor
het opnemen.
Regels bij het opnemen van niet-ritme-kanalen
Gebruik tijdens het opnemen van de BASS- en PHRASE-kanalen alleen
noten uit de CM7-toonschaal (d.w.z. C, D, E, G, A en B).
Gebruik tijdens het opnemen van de kanalen CHORD en PAD alleen de
akkoordnoten (d.w.z. C, E, G en B).
Met gebruikmaking van hier opgenomen gegevens wordt de automatische
begeleiding (het afspelen van stijl) op de juiste manier geconverteerd,
afhankelijk van de akkoordwisselingen die u maakt tijdens uw spel.
Het akkoord dat de basis vormt voor deze nootconversie wordt het
bronakkoord genoemd, en is standaard ingesteld op CM7 (zoals in de
voorbeeldillustratie hierboven). U kunt het bronakkoord veranderen
(de grondtoon en soort) via de display PARAMETER op pagina 128.
Vergeet niet dat als u het bronakkoord van de standaardwaarde CM7
verandert in een ander akkoord, de akkoordnoten en aanbevolen noten
ook worden gewijzigd. Zie pagina 129 voor details over akkoordnoten en
aanbevolen noten.
CRC CRC
C = Akkoordnoten
C, R = Aanbevolen noten