Operation Manual

De geregistreerde paneelsetups oproepen
PSR-S900/S700 Gebruikershandleiding
139
Zelfgemaakte paneelsetups registreren en terughalen
4 Met de knop [E] bepaalt u het gedrag van Registration Sequence
wanneer het einde van de sequence (SEQUENCE END) wordt bereikt.
STOP .....................Op de knop TAB [
®
] of het 'voorwaarts'-pedaal drukken
heeft geen effect. De sequence wordt 'gestopt'.
TOP .......................De sequence begint weer aan het begin.
NEXT BANK...........De sequence gaat automatisch naar het begin van de
volgende Registration Memory-bank in dezelfde map.
5 Programmeer de Sequence-volgorde.
De getallen die onderaan in de display worden weergegeven, komen
overeen met de REGISTRATION MEMORY-knoppen [1]–[8] op het paneel.
Programmeer de sequence-volgorde van links naar rechts.
Druk op een van de REGISTRATION MEMORY-knoppen [1]–[8] op het
paneel en druk vervolgens op de knop [6
ππ
ππ
] (INSERT) om het
nummer in te voeren.
Het nummer vervangen
Druk op de knop [5
π†
] (REPLACE) om het nummer bij de
cursorpositie te vervangen door het huidige geselecteerde Registration
Memory-nummer.
Het nummer verwijderen
Druk op de knop [7
π†
] (DELETE) om het nummer bij de cursorpositie
te verwijderen.
Alle nummers verwijderen
Druk op de knop [8
π†
] (CLEAR) om alle nummers in de volgorde
te verwijderen.
6 Druk op de knop [F] om de functie Registration Sequence in
te schakelen.
7
Druk op de knop [DIRECT ACCESS] en vervolgens op de knop [EXIT]
om terug te keren naar de hoofddisplay en bevestig hier of de
Registration Memory-nummers worden opgeroepen volgens de
hiervoor geprogrammeerde sequence.
Gebruik de knop TAB [
®
] om de Registration Memory-nummers op te
roepen in de volgorde van de sequence, of gebruik de knop TAB [
] om
ze in omgekeerde volgorde op te roepen. De knoppen TAB [
][
®
]
kunnen alleen worden gebruikt voor Registration Sequence als de
hoofddisplay is opgeroepen.
Als de pedaalwerking is ingesteld bij stap 3, kunt u een pedaal gebruiken
om de Registration Memory-nummers op volgorde op te roepen. Het
pedaal kan worden gebruikt voor Registration Sequence ongeacht welke
display is opgeroepen (met uitzondering van de display in stap 3).
De Registration Sequence-instellingen opslaan
De instellingen voor de Sequence-volgorde en het gedrag van Registration
Sequence bij het bereiken van het einde van de sequence (SEQUENCE END)
maken deel uit van de Registration Memory-bankfile. Sla, om uw nieuwe
geprogrammeerde Registration Sequence op te slaan, de huidige Registration
Memory-bankfile op.
1 Druk gelijktijdig op de knoppen REGIST BANK [+] en [–] om de
selectiedisplay REGISTRATION BANK op te roepen.
2 Druk op de knop [6
] om de bankfile (pagina 73) op te slaan.
LET OP
Instellingen in de display
REGISTRATION SEQUENCE
worden automatisch
opgeslagen naar het
instrument zodra u de display
verlaat. Als u echter het
instrument uitzet zonder
deze display te verlaten, gaan
de instellingen verloren.
Teruggaan naar de eerste
Sequence met één handeling
Druk in de hoofddisplay
gelijktijdig op de knoppen TAB
[
] en [
®
]. Hierdoor wordt het
momenteel geselecteerde
Sequence-nummer geannuleerd
(de indicator rechtsbovenin gaat
uit). De eerste Sequence wordt
geselecteerd door te drukken op
een van de knoppen TAB [
][
®
]
of door het pedaal in te drukken.
De Registration Sequence wordt rechtsboven in
de hoofddisplay aangegeven, waardoor u het
momenteel geselecteerde nummer kunt controleren.
LET OP
Denk eraan dat alle
Registration Sequence-
gegevens verloren gaan als een
andere Registration Memory-
bank wordt gekozen, tenzij u
deze hebt opgeslagen met de
Registration Memory-bankfile.