Operation Manual

Beknopte handleiding
PSR-S900/S700 Gebruikershandleiding
40
Stel naar wens de gedetailleerde parameters in voor de notatieweergave.
1 Druk op de knop [8
ππ
ππ
] (SET UP) om de gedetailleerde instellingsdisplay op te roepen.
2 Druk op de knoppen [1
ππ
ππ
]–[6
ππ
ππ
] om de notatieweergave in te stellen.
3 Druk op de knop [8
ππ
ππ
] (OK) om de instelling toe te passen.
De instellingen voor notatieweergave opslaan.
De notatieweergave-instellingen kunnen worden opgeslagen als onderdeel van een song (pagina 166).
Het rechter- of linkerhandgedeelte dempen terwijl
u de notatie bekijkt
Met de functie worden de noten aangegeven die u zou moeten spelen, wanneer u ze zou moeten spelen en hoe lang u
ze ingedrukt zou moeten houden. U kunt ook in uw eigen tempo oefenen, aangezien bij de begeleiding wordt gewacht
totdat u de juiste noot speelt. Demp hier het rechter of linkerhandgedeelte en probeer het gedeelte eens te oefenen.
Het rechterhandgedeelte oefenen (TRACK 1)
LEFT CH/RIGHT CH
Hiermee wordt bepaald welk MIDI-kanaal in de songgegevens wordt gebruikt voor het linkerhand-/
rechterhandgedeelte. Deze instelling gaat terug naar AUTO als er een andere song wordt geselecteerd.
AUTO
De MIDI-kanalen in de songgegevens voor de rechter- en linkerhandgedeelten worden
automatisch toegewezen. Hierbij worden de gedeelten op hetzelfde kanaal ingesteld als het
kanaal dat is opgegeven bij [FUNCTION] [B] SONG SETTING.
1–16
Het opgegeven MIDI-kanaal (1–16) wordt toegewezen aan één van de linker- of rechterhandpartijen.
OFF (alleen LEFT CH)
Geen kanaaltoewijzing: de weergave van het linkerhandtoetsgedeelte wordt uitgeschakeld.
KEY SIGNATURE
Hiermee kunt u de toonsoort veranderen tijdens een song, op de positie waar deze is gestopt.
Dit menu is handig als de geselecteerde song geen toonsoortinstellingen bevat voor het weergeven
van notatie.
QUANTIZE
Hiermee kunt u de nootresolutie in de notatie regelen, waarbij u de timing van alle weergegeven
noten kunt verschuiven of corrigeren zodat ze worden rechtgetrokken naar een bepaalde
nootwaarde. Zorg ervoor dat u de kortste nootwaarde selecteert die in de song wordt gebruikt.
NOTE NAME
Hiermee wordt het type nootnaam geselecteerd dat links van de noot in de notatie wordt
aangegeven. De hierna volgende drie typen zijn mogelijk. De instellingen hier zijn beschikbaar als
de parameter NOTE in 'De nootnaam links van de noot aangeven' in stap 1 is ingesteld op ON.
A, B, C
Nootnamen worden aangeven met letters (C, D, E, F, G, A, B).
FIXED DO (vaste Do)
Nootnamen worden aangegeven in solfège en verschillen afhankelijk van de geselecteerde taal.
De taal wordt aangegeven bij LANGUAGE in de display OWNER (pagina 19).
MOVABLE DO (verplaatsbare Do)
Nootnamen worden aangegeven in solfège volgens de toonladderintervallen, en zijn daardoor
relatief ten opzichte van de toonsoort. De grondtoon wordt aangegeven als Do. In de toonsoort
G-majeur zou bijvoorbeeld de grondtoon 'Sol' worden aangegeven als 'Do'. Net als bij 'Fixed
Do' is de indicatie verschillend en afhankelijk van de geselecteerde taal.
OPMERKING
1 Selecteer een song (pagina 36) en druk vervolgens op de knop [SCORE] om de display
Score op te roepen.
2 Zet de knop [GUIDE] aan.
2
3
4