User Manual
Table Of Contents
- VOORZICHTIG
- Belangrijkste eigenschappen
- Meegeleverde accessoires
- Over de handleidingen
- De PSR-SX900/SX700 gebruiken – Algemeen overzicht
- Inhoud
- Belangrijkste functies en voorwaarden
- Paneelregelaars en aansluitingen
- Beginnen
- Displaystructuur
- Basisbediening
- Werkstroomgids—Voor spelen op de PSR- SX900/SX700
- Spelen met stijlen—Configureren
- Stijlen configureren
- Optimale paneelinstellingen voor de huidige stijl (One Touch Setting)
- Keyboardgedeelten configureren
- Een voice selecteren voor de verschillende keyboardgedeelten
- Eigen Organ Flutes-voices maken
- Keyboard Harmony/Arpeggio configureren op het keyboard
- Multi Pads configureren
- Oorspronkelijke instellingen opslaan in One Touch Setting
- De toonhoogte van het keyboard wijzigen
- Toewijsbare regelaars configureren
- Spelen met stijlen – Handelingen tijdens het spelen
- Meezingen met een afgespeelde song— Configureren
- Meezingen met een afgespeelde song – Handelingen tijdens het spelen
- De parameters van elke partij aanpassen – Mixer
- Songopname
- Zelfgemaakte paneelsetups registreren en terughalen – Registratiegeheugen, playlist
- Aanpassen voor optimale prestaties
- Systeeminstellingen
- Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten
- Een microfoon of gitaar aansluiten ([MIC/GUITAR INPUT]-aansluiting)
- Een extern luidsprekersysteem voor afspelen gebruiken (MAIN OUTPUT- aansluitingen, SUB (AUX) OUTPUT-aansluitingen (PSR-SX900))
- Luisteren naar op het externe apparaat afgespeelde audio via de luidspreker van het instrument
- Voetschakelaars/voetregelaars aansluiten [FOOT PEDAL-aansluitingen)
- USB-apparaten aansluiten ([USB TO DEVICE]-aansluiting)
- Aansluiten op een iPhone/iPad ([USB TO DEVICE]-, [USB TO HOST]- of MIDI- aansluitingen)
- De display van het instrument weergeven op een externe monitor (PSR-SX900)
- Aansluiten op een computer ([USB TO HOST]-aansluiting)
- Externe MIDI-apparaten aansluiten (MIDI-aansluitingen)
- Functielijst
- Appendix
54 PSR-SX900/SX700 Gebruikershandleiding
U kunt uw oorspronkelijke paneelinstellingen (voornamelijk stijl, voices en Multi Pads) in
een One Touch Setting (OTS) opslaan. De nieuwe One Touch Setting wordt als een stijl
opgeslagen in het gebruikersstation of op een USB-flashstation en u kunt de One Touch
Setting oproepen als onderdeel van de stijl.
1
Selecteer de gewenste stijl die u wilt opslaan in One Touch
Setting.
2
Geef de gewenste paneelinstellingen op, zoals voor voices en
effecten.
3
Druk op de knop [MEMORY] in het gedeelte REGISTRATION
MEMORY.
Er wordt een bericht weergegeven. U hoeft hier echter geen instellingen te maken,
omdat de aan/uit-instellingen in deze display geen invloed hebben op de functie
One Touch Setting.
4
Druk op de gewenste ONE TOUCH SETTING [1]–[4]-knop waarop
u uw paneelinstellingen wilt opslaan.
Er verschijnt een bericht waarin u wordt gevraagd of u de paneelinstellingen nu
wilt opslaan. Als u door wilt gaan en verschillende paneelinstellingen op andere
knoppen wilt opslaan, tikt u op [No] en herhaalt u stap 2–4 zo vaak als nodig is. Sla
ten slotte al uw nieuwe instellingen op in stap 5 hieronder.
5
Tik op [Yes] om de display voor stijlselectie op te roepen voor
het opslaan van de gegevens, en sla de huidige instellingen op
als een gebruikersstijl.
Raadpleeg 'Bestandsbeheer' (pagina 33) voor instructies voor het opslaan.
Oorspronkelijke instellingen opslaan in One Touch Setting
Raadpleeg 'Parameter Chart' in de Data
List (Datalijst) op de website (pagina 9)
voor informatie over welke
paneelinstellingen worden opgeslagen
in One Touch Setting.
OPMERKING
Voor OTS-knoppen waarop u geen
paneelinstellingen hebt opgeslagen,
blijven de OTS-instellingen van de
oorspronkelijke stijl behouden.
OPMERKING
De opgeslagen One Touch Setting
gaat verloren als u van stijl
verandert of als u het instrument
uitzet zonder de opslaghandeling
uit te voeren.
LET OP