User Manual

1. Systeem
258 RS7000
8 LED DISPLAY...................................................... [Knop 4]
[Instellingen] BPM, MEAS
BPM ..................De numerieke LED toont de BPM
(tempo).
MEAS................De numerieke LED toont het huidige
maatnummer tijdens het afspelen en
opnemen.
Specificeert de parameters die gewoonlijk getoond worden
door de numerieke LED.
9
EVENT CHASE ................................................... [Knop 1]
[Instellingen] OFF, PC, PC+PB+CTRL, ALL
Event chase refereert aan de mogelijkheid om snel bepaalde
events te lokaliseren, zodat het mogelijk is om vanaf elk punt
in de pattern of song het afspelen met de juiste voice
toewijzingen, toonhoogte, enz. te starten. Dit specificeert de
events die snel “gechased” worden in een dergelijke situatie.
PC maakt het mogelijk om snel programma wijziging events
te “chasen”, terwijl PC+PB+CTRL programma wijziging,
pitch bend, en besturingswijzigingsevents “chased”. ALL
specificeert alle events behalve noot events.
0 SYS.EX.INTERVAL TIME
...................................... [Knop 2]
[Instellingen] 000 ~ 900 ms
Maakt het mogelijk het exclusief interval van het MIDI sys-
teem (bulk dump) in te stellen tussen 000 en 900
milliseconden in toenamen van 100-milliseconden. Probeer,
als er MIDI fouten optreden, wanneer gegevens naar externe
MIDI apparaten verzonden worden, een langere SYS.EX
INTERVAL TIME in te stellen.
A
PATTERN BPM HOLD.....................................[Knop 3]
[Instellingen] OFF, ON
ON.....................De BPM zal niet veranderen als er een
nieuwe stijl geselecteerd wordt.
OFF ...................De BPM zal veranderen als er een
nieuwe stijl geselecteerd wordt.
Bepaalt of de BPM instelling over zal schakelen naar de
BPM waarde, die opgeslagen is met elke stijl, als een nieuwe
stijl tijdens het afspelen geselecteerd wordt.
B LCD MODE............................................................[Knop 4]
[Instellingen] POSI, NEGA
POSI..................De normale display mode.
NEGA................Een geïnverteerde “negatieve”
display mode.
Selecteert normale of negatieve display op de LCD.
C
TG MUTE MODE.................................................[Knop 1]
[Instellingen] AUDIO, MIDI
Bepaalt of de MIDI sequence gegevens of de audio uitvoer
van de toongenerator gedempt (gemute) zal worden als een
track gedempt wordt.
De AUDIO instelling dempt (mute) alleen de toongenerator
uitgang van de RS7000, dus worden MIDI gegevens nog
steeds via de MIDI OUT aansluiting verzonden.
De MIDI instelling zorgt ervoor dat MIDI uitvoer gedempt
wordt.
D
STEREO OUT LEVEL.......................................[Knop 2]
[Instellingen] +0 dB, +6 dB, +12 dB, +18 dB
Stelt het nominale uitgangs niveau in dat via de stereo
uitgangen, hoofdtelefoon uitgangen, en digitale/optische
uitgangen (op het optionele I/O expansie board — blz. 21)
wordt afgeleverd.
Hogere instellingen kunnen resulteren in een vervormd
geluid, afhankelijk van de voices en het aantal gelijktijdige
gebruikte noten.
OPM.
Als een andere instelling dan OFF
geselecteerd is, dan kan er een lichte ver-
traging optreden als het afspelen begint, en
de snel-vooruit of snel-achteruit handelingen
kunnen iets langzamer werken.
Als ALL geselecteerd is, dan wordt een groot
volume aan gegevens via de MIDI OUT
aansluiting verzonden, wat, in enkele geval-
len, fouten kan veroorzaken met enkele typen
externe MIDI apparaten.
A B09
[Knop 1]
[Knop 2]
[Knop 3]
[Knop 4]
[F4]
[F1]
OPM.
Als een track niet gedempt (un-muted) is, terwijl
een noot wordt gespeeld, dan zal, als de
AUDIO optie geselecteerd is, de noot geluid
maken vanaf dat punt en verder, maar als de
MIDI optie geselecteerd is zal de noot geen
geluid maken.
E FDC
[Knop 1]
[Knop 2]
[Knop 3]
[F1]
[F4]