User Manual

2
De Pattern Mode
7. Niveau en effecten aanpassen voor elke track (Mixer)
RS7000 93
Deze sub-mode wordt gebruikt om individueel voor elke track, volume niveaus, effect niveaus en
andere parameters voor het afspelen van patterns bij te stellen.
Er zijn 4 paginas beschikbaar: Voice Selectie (Voice Select), Volume/Pan/Out, Equalizer en Effect Send. De
equalizer parameters zijn beschikbaar op 2 sub paginas die toegankelijk zijn via de [F1] en [F4] knoppen.
Druk op de [MIXER] knop vanuit de PATTERN Play of Patch mode om naar de MIXER Voice Select pagina te gaan.
Mixer Eigenschappen
Deze mode functioneert als een mixer die
aanpassing van individuele track niveaus, pan,
effect send en andere parameters mogelijk maakt
tijdens het afspelen van patterns.
Voices kunnen, ongeacht welke voices voor de
gebruikte frases gespecificeerd zijn, toegewezen
worden aan elke stijl.
Mixer parameters worden ook opgeslagen als een
pattern wordt opgeslagen op een geheugenkaart of
disk als een SMF (Standaard MIDI File) file.
De mixer instellingen worden samen met de stijl
gememoriseerd.
Er is geen extra opslag procedure nodig. Uw mix en voice
instellingen worden samen met de stijl gegevens opgeslagen
en worden automatisch teruggeroepen als een stijl
geselecteerd wordt. Als, echter, MEMORY PROTECT AAN
is (blz. 261), zullen de mix en voice instellingen niet
opgeslagen worden en zullen ze gewist worden als er een
andere stijl geselecteerd wordt.
Absolute en relatieve parameters.
Absolute parameters zijn parameters die direct de
corresponderende functie regelen.
Aan de andere kant functioneren relatieve parameters meer
als offset waarden die een andere waarde met een bepaalde
hoeveelheid verschuift.
In de mixer sub mode is alleen de RANDOM PAN DEPTH
parameter relatief.
Mixer Setup Procedure
1. Druk op [MIXER] terwijl u in de PATTERN Play of Patch
mode bent om toegang te verkrijgen tot de Voice Select
display pagina.
2. Selecteer de aan te passen track (blz. 69).
3. Gebruik [Knop 1] ~ [Knop 4] om de gewenste instellingen te
maken.
4. Druk op [MIXER] om naar de Volume/Pan/Out pagina te
gaan.
5. Gebruik [Knop 1] ~ [Knop 4] om de gewenste instellingen te
maken.
6. Druk op [MIXER] om naar de EQ 1/2 pagina te gaan.
7. Gebruik [Knop 1] ~ [Knop 4] om de gewenste instellingen te
maken.
8. Druk op [MIXER] om naar de Effect Send pagina te gaan.
9. Gebruik [Knop 1] ~ [Knop 4] om de gewenste instellingen te
maken.
10. Gebruik [EXIT] om door EQ 1/2, Volume/Pan/Out en Voice
Select pagina’s terug te gaan en om uiteindelijk naar de
PATTERN Play (of Patch) mode terug te keren.
Display Parameters
[PATTERN] [MIXER]
1 BANK.......................................................................[Knop 1]
7. Niveau en effecten aanpassen voor elke track (Mixer)
OPM.
Draai, als het noodzakelijk is grote waarde
wijzigingen te maken, aan een knop terwijl de
[SHIFT] knop ingedrukt is om wijzigingen aan
te brengen in toenamen van 10 in plaats van 1.
Door gebruik te maken van de vier EFFECT
SEND/VOLUME knoppen op het paneel kunt
u direct de corresponderende mixer
parameters bewerken, zonder de mixer
displays te hoeven gebruiken.
[1] Voice Select Pagina
1 2
3
[Knop 1] [Knop 3]
[Knop 4]