Operation Manual

Onderdeel Functie Pagina
Repeat (Repeat)
(Met uitzondering van modellen voor de VS, Canada,
Australië)
Configureert de herhaalinstelling voor het USB-
opslagapparaat.
p. 46
Pairing (Pairing)
Voert een koppeling uit tussen het toestel en uw
Bluetooth apparaat.
p. 42
Connect/Disconnect (Connect/
Disconnect)
Maakt/verbreekt de verbinding met het Bluetooth
apparaat.
p. 43
Input Interlock (Interlock)
Stelt in of de signaalbron automatisch naar
"Bluetooth" schakelt wanneer er een Bluetooth
verbinding tot stand wordt gebracht.
p. 43
n
Input Select (Input Select)
Schakelt de signaalbron over. Druk op ENTER om over te schakelen naar de
geselecteerde signaalbron.
Keuzes
HDMI 1-4, AUDIO 1-2, AV 1-3, TUNER, USB, Bluetooth, AUX
n
Tone Control (Tone Control)
Hiermee past u apart het niveau van het bereik van de hoge tonen (Treble) en dat van
de lage tonen (
Bass) aan.
Keuzes
Treble (Treble), Bass (Bass)
Instelbereik
-6,0 dB tot
0,0 dB tot +6,0 dB (stappen van 0,5 dB)
Opmerking
Wanneer zowel “Treble” als “Bass” 0,0 dB zijn, zal “Bypass” verschijnen.
U kunt de tonaliteit ook instellen met de bedieningen op het voorpaneel. Druk op TONE CONTROL om
“Treble
” (hoge tonen) of “Bass” (lage tonen) te selecteren, en druk vervolgens op PROGRAM om de
instelling aan te passen.
Als u een extreme waarde instelt, is het mogelijk dat geluiden niet overeenkomen met die van andere
kanalen.
n
DSP/Surround (DSP/Surround)
Configureert het geluidsveldprogramma en de surroundinstellingen.
DSP Level (DSP Level)
Regelt het niveau van het geluidsveldeffect.
Instelbereik
-6 dB tot
0 dB tot +3 dB (stappen van 1 dB)
Adaptive DRC (A.DRC)
Past het dynamische bereik (van maximum naar minimum) automatisch samen
met het volumeniveau aan. Als dit is ingesteld op “
On”, is het nuttig om ’s nachts
met een laag volume te luisteren.
Instellingen
On (On) Past het dynamisch bereik automatisch aan.
Off (Off) Het dynamisch bereik wordt niet automatisch aangepast.
Als “On” is geselecteerd, wordt het dynamische bereik smal bij een laag volume
en breed bij een hoog volume.
Enhancer (Enhancer)
Schakelt Compressed Music Enhancer (p. 36) in of uit.
Opmerking
Deze instelling wordt afzonderlijk op elke signaalbron toegepast.
U kunt ook ENHANCER op de afstandsbediening gebruiken om Compressed Music Enhancer in- of
uit te schakelen (
p. 36).
Instellingen
Off (Off) Schakelt Compressed Music Enhancer uit.
On (On) Schakelt Compressed Music Enhancer in.
Standaard
Bluetooth, USB, TUNER: On (On)
Overige: Off (Off)
Nl
48