Operation Manual

Smart-sleutelsysteem
3-4
3
De machine wordt geleverd met één
Smart-sleutel, twee mechanische sleutels
en een kaart met het identificatienummer.
Het identificatienummer staat ook vermeld
op de Smart-sleutel zelf.
Als de voertuigaccu ontladen is, kunt u met
de mechanische sleutel het zadel openen.
Draag naast de Smart-sleutel steeds één
mechanische sleutel bij u.
Als de Smart-sleutel verloren is of de batte-
rij ervan ontladen is, kan het identificatie-
nummer worden gebruikt om de machine in
de noodmodus te bedienen. (Zie pagina
7-37.) Noteer het identificatienummer
voor noodgevallen.
Als de Smart-sleutel verloren is en het iden-
tificatienummer van het Smart-sleutelsy-
steem onbekend is, moet het Smart-
sleutelsysteem in zijn geheel worden ver-
vangen. Dit brengt aanzienlijke kosten met
zich mee. Bewaar de kaart met het iden-
tificatienummer op een veilige plaats.
LET OP
DCA21573
De Smart-sleutel bevat elektronische
precisieonderdelen. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen om storingen of
schade te voorkomen.
Plaats of bewaar de Smart-sleutel
niet in een opbergcompartiment.
De Smart-sleutel kan beschadigd
raken door rijtrillingen of overmati-
ge hitte.
Laat de Smart-sleutel niet vallen,
buig deze niet en stel deze niet
bloot aan harde schokken.
Dompel de Smart-sleutel niet onder
in water of andere vloeistoffen.
Plaats geen zware voorwerpen op
de Smart-sleutel en stel deze niet
bloot aan overmatige druk.
Plaats de Smart-sleutel niet in een
omgeving met direct zonlicht, hoge
temperaturen of een ho
ge vochtig-
heidsgraad.
Probeer niet om de Smart-sleutel te
slijpen of te wijzigen.
Houd de Smart-sleutel uit de buurt
van sterke magnetische velden en
magnetische voorwerpen zoals
sleutelhouders, televisies en com-
puters.
Houd de Smart-sleutel uit de buurt
van elektrische medische appara-
tuur.
Laat de Smart-sleutel niet in con-
tact komen met olie, polijstmiddel
of agressieve chemische stoffen.
Hierdoor kan de behuizing van de
Smart-sleutel verkleuren of bar-
sten.
OPMERKING
De levensduur van de batterij van de
Smart-sleutel is ongeveer twee jaar,
maar dit kan variëren naargelang de
gebruiksomstandigheden.
Vervang de batterij van de Smart-
sleutel als het controlelampje van het
Smart-sleutelsysteem na het inscha-
kelen van het contact ongeveer 20 se-
conden blijft knipperen of wanneer het
controlelampje van het Smart-sleutel-
systeem na het indrukken van de knop
op de Smart-sleutel niet gaat bran-
den. (Zie pagina 3-6.) Als het Smart-
sleutelsysteem na het vervangen van
de batterij van de Smart-sleutel nog
steeds niet werkt, controleer dan de
voertuigaccu en laat de machine con-
troleren door een Yamaha dealer.
Als de Smart-sleutel doorlopend ra-
diogolven ontvangt, zal de batterij van
de Smart-sleutel snel ontladen raken.
(Bijvoorbeeld als de Smart-sleutel in
de omgeving van elektrische appara-
ten zoals televisies, radio’s of compu-
ters wordt bewaard.)
UBY3D0D0.book Page 4 Tuesday, August 29, 2017 9:46 AM