User Manual

Table Of Contents
Een normale voice bewerken
MOTIF XF Naslaggids
56
Modus Voice Modus Song Modus Pattern Modus Mixing Modus Master Modus Utility Modus File
Modus
Performance
Modus
Sampling 1
Modus
Sampling 2
Referentie
2 Pan*
Bepaalt de stereopanpositie van de voice. U kunt deze
parameter ook aanpassen met de knop PAN op het
voorpaneel.
Instellingen: L63 (uiterst links) - C (midden) - R63 (uiterst rechts)
Houd er rekening mee dat de parameter Voice Pan weinig
of geen hoorbaar effect heeft als de panregeling voor een
specifiek element is ingesteld op de linkerpositie en de
panregeling voor een ander element is ingesteld op de
rechterpositie.
3 Note Shift*
Hiermee wordt de transponeerinstelling bepaald voor de
hoeveelheid (in halve tonen) waarmee de toonhoogte wordt
verhoogd of verlaagd.
Instellingen: -24 – +0 – 24
4 PB Range Upper (Pitch Bend Range Upper)*
5 PB Range Lower (Pitch Bend Range Lower)*
Hiermee bepaalt u het maximale toonbuigingsbereik in
stappen van halve noten. Als u de Upper-parameter op +12
zou instellen, zou de maximale stijging van de toonhoogte
één octaaf zijn wanneer het pitchbendwiel omhoog wordt
bewogen. Een Lower-instelling van -12 zou er daarentegen
toe leiden dat de toonhoogte maximaal één octaaf (12 halve
noten) wordt verlaagd wanneer het pitchbendwiel omlaag
wordt bewogen.
Instellingen: -48 semi – +0 semi – +24 semi
6 Bank (Micro Tuning Bank)
Hiermee wordt de bank voor toetsfijnstemming bepaald.
Instellingen: PRE, USR
PRE (Preset)
Bevat de 13 vooraf ingestelde typen voor toetsfijnstemming.
USR (User)
Bevat de oorspronkelijke typen voor toetsfijnstemming die zijn gemaakt
in de display Micro Tuning (pagina 225) van de modus Utility.
7 Tuning Number
Hiermee wordt het nummer voor toetsfijnstemming bepaald.
De bank met vooraf ingestelde nummers bevat 13 typen, met
inbegrip van het meest voorkomende 'equal temperament'.
Instellingen:
Vooraf ingestelde bank: 1 – 13 (Zie het Micro Tuning-overzicht
hieronder).
Gebruikersbank: 1 – 8
8 Tuning Root
Hiermee wordt de grondtoon bepaald voor elke stemming.
Voor bepaalde stemmingen is deze instelling mogelijk
niet vereist.
Instellingen: C – B
Micro Tuning-overzicht
9 Mono/Poly*
Hiermee selecteert u monofoon of polyfoon geluid.
Instellingen: mono, poly
mono
Als deze parameter wordt ingesteld op 'mono', wordt de voice
monofoon (er wordt slechts één noot tegelijk afgespeeld) gespeeld.
Voor veel instrumentgeluiden (zoals bas en synth lead) leidt dit tot een
natuurlijker en vloeiender legatospel dan wanneer de parameter wordt
ingesteld op 'poly'.
poly
Als deze parameter wordt ingesteld op 'poly', wordt de voice polyfoon
gespeeld (er kunnen meerdere noten tegelijk worden afgespeeld of er
wordt een akkoord afgespeeld).
Wat is Micro Tuning?
Met deze functie kunt u de stemming van het
toetsenbord wijzigen van normaal (gelijkzwevende
temperatuur) in een groot aantal speciale stemmingen.
U kunt de het type stemming voor elke voice bepalen
door een stemmingsnummer te selecteren. U kunt ook de
oorspronkelijke typen voor toetsfijnstemming gebruiken
die u hebt gemaakt in de display Micro Tuning
(pagina 225) van de modus Utility.
OPMERKING
Nr.
Micro
Tuning
Type
Grond-
toon
Opmerkingen
1
Equal
De 'compromis'-stemming die voor
de meeste westerse muziek van de
laatste 200 jaar wordt gebruikt en
die op de meeste elektronische
toetsenborden aanwezig is.
Elke halve stap is precies 1/12 octaaf
en muziek kan in elke toonhoogte
worden gespeeld met hetzelfde
gemak. Geen van de intervallen
is echter perfect gestemd.
2
PureMajor
C – B
Deze stemming is zo ontworpen dat
de meeste intervallen (met name
de grote terts en reine quint) in de
majeurtoonladder zuiver zijn.
Dit betekent dat andere intervallen
dienovereenkomstig ontstemd zijn.
U moet de toonhoogte (C – B)
opgeven waarin u gaat spelen.
3
PureMinor
C – B
Hetzelfde als reine majeur, maar
ontworpen voor de mineurtoonladder.
4
Werckmeist
C – B
Andreas Werckmeister, een
tijdgenoot van Bach, ontwierp deze
stemming zodat toetsenbord-
instrumenten in elke toonhoogte
konden worden bespeeld.
Elke toonhoogte heeft een
uniek karakter.
5
Kirnberger
C – B
Johann Philipp Kirnberger, een
18de-eeuwse componist, heeft deze
getemperde stemming gecreëerd om
spel in elke toonhoogte mogelijk
te maken.
6
Vallot&Yng
C – B
Francescatonio Vallotti en Thomas
Young (beiden midden 1700) hebben
deze aanpassing van de
Pythagoreaanse stemming
ontworpen, waarin de eerste zes
kwinten met dezelfde hoeveelheid
worden verlaagd.
7
1/4 Shift
Dit is de normale gelijkzwevende
stemming, 50 cents omhoog
verschoven.
8
1/4 tone
Vierentwintig gelijk verdeelde noten
per octaaf. (Speel vierentwintig noten
om een octaaf te verschuiven.)
9
1/8 tone
Achtenveertig gelijk verdeelde noten
per octaaf. (Speel achtenveertig
noten om een octaaf te verschuiven.)
10
Indian
Meestal gebruikt in Indiase muziek
(alleen witte toetsen).
11 Arabic 1
C – B
Meestal gebruikt in Arabische
muziek.
12 Arabic 2
13 Arabic 3