Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM DAU50920 Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken. Deze handleiding dient bij de machine te blijven als deze wordt verkocht. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM INLEIDING DAU10102 Welkom in de wereld van Yamaha! Als eigenaar van de XJ6F/XJ6FA profiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van het ontwerpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven. Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw XJ6F/XJ6FA.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU10133 Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen: Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of overlijden te voorkomen.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU36390 XJ6F/XJ6FA HANDLEIDING ©2012 door Yamaha Motor Co., Ltd. 1e uitgave, mei 2012 Alle rechten voorbehouden. Elke vorm van herdruk of onbevoegd gebruik zonder schriftelijke toestemming van Yamaha Motor Co., Ltd. is uitdrukkelijk verboden. Gedrukt in Nederland.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM INHOUDSOPGAVE VEILIGHEIDSINFORMATIE ..............1-1 BESCHRIJVING ................................2-1 Aanzicht linkerzijde..........................2-1 Aanzicht rechterzijde .......................2-2 Bedieningen en instrumenten..........2-3 FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN .............................3-1 Startblokkeersysteem .....................3-1 Contactslot/stuurslot .......................3-2 Controle- en waarschuwingslampjes .............
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM INHOUDSOPGAVE Achterbrugscharnierpunten smeren ......................................6-32 Voorvork controleren ....................6-32 Stuursysteem controleren ............6-33 Controleren van wiellagers ...........6-33 Accu .............................................6-34 Zekeringen vervangen ..................6-35 Koplampgloeilamp vervangen ......6-37 Gloeilamp in remlicht/achterlicht vervangen .................................
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE DAU1028A 1 Wees een verantwoordelijke eigenaar Als eigenaar van de machine bent u verantwoordelijk voor de veilige en juiste bediening ervan. Motorfietsen zijn tweewielige voertuigen. Voor een veilig gebruik zijn de toepassing van de juiste rijtechnieken en de ervaring van de bestuurder van belang. Elke bestuurder moet bekend zijn met de volgende vereisten alvorens met deze motorfiets te gaan rijden.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE • We raden aan om het motorrijden te oefenen op plekken waar geen verkeer is, totdat u grondig bekend bent met de motor en zijn bediening. ● Ongelukken worden vaak veroorzaakt door een fout van de motorbestuurder. Veel bestuurders houden bij het ingaan van een bocht een te hoge rijsnelheid aan of gaan onvoldoende schuinliggen voor de rijsnelheid, waardoor ze wijd uit de bocht komen.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE 1 ervaart, verlaat de ruimte dan onmiddellijk, ga naar de open lucht en ROEP MEDISCHE HULP IN. ● Laat de motor niet binnen draaien. Zelfs als u ventileert met ventilatoren of open ramen en deuren kan de hoeveelheid koolmonoxide snel oplopen tot gevaarlijke niveaus. ● Laat de motor niet draaien in slecht geventileerde of deels afgesloten ruimtes zoals schuren of garages.
U1CWD2D0.book Page 4 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE In de handel verkrijgbare onderdelen, accessoires en aanpassingssets Hoewel er producten verkrijgbaar zijn die qua ontwerp en kwaliteit sterk lijken op originele Yamaha accessoires, dient u te beseffen dat sommige in de handel verkrijgbare accessoires of aanpassingssets niet geschikt zijn vanwege mogelijke veiligheidsrisico’s voor uzelf of anderen.
U1CWD2D0.book Page 5 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE ● Zorg dat het voorwiel recht naar voren 1 wijst op de aanhanger of de laadvloer en zet het wiel vast in een goot om beweging te voorkomen. ● Schakel een versnelling in (bij modellen met een handgeschakelde versnellingsbak).
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM BESCHRIJVING DAU10410 Aanzicht linkerzijde 1 2 3 4,5 6 7 2 10 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9 Luchtfilterelement (pagina 6-17) Stationair stelschroef (pagina 6-19) Zadelslot (pagina 3-16) Hoofdzekering (pagina 6-35) Zekeringenkastje (pagina 6-35) Boordgereedschapsset (pagina 6-2) Opbergcompartiment (pagina 3-18) Schakelpedaal (pagina 3-12) 8 9. Oliefilterpatroon (pagina 6-12) 10.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM BESCHRIJVING DAU10420 Aanzicht rechterzijde 1 2 3 4 5 2 11 10 9 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 8 7 Helmbevestiging (pagina 3-17) Accu (pagina 6-34) Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-26) Olievuldop (pagina 6-12) Radiatorvuldop (pagina 6-14) Koelvloeistofreservoir (pagina 6-14) Aftapplug koelvloeistof (pagina 6-16) Motoroliepeilstok (pagina 6-12) 6 9. Rempedaal (pagina 3-12) 10.Remlichtschakelaar (pagina 6-24) 11.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM BESCHRIJVING DAU10430 Bedieningen en instrumenten 1 2 3 4 5 6 7 8 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10977 Startblokkeersysteem 3 1. Codeersleutel (rood bovendeel) 2. Standaardsleutels (zwart bovendeel) Dit voertuig is voorzien van een startblokkeersysteem waarmee diefstal kan worden bemoeilijkt door de codering van de standaardsleutels te wijzigen.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10472 Contactslot/stuurslot parkeerlicht gaan branden en de motor kan worden gestart. De sleutel kan niet worden uitgenomen. Om het stuur te vergrendelen 1 2 OPMERKING De koplamp gaat automatisch branden als de motor wordt gestart en blijft aan totdat de sleutel naar “OFF” wordt gedraaid, zelfs als de motor afslaat.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Om het stuur te ontgrendelen DCA11020 LET OP 1 2 Gebruik de parkeerstand niet gedurende langere tijd, anders kan de accu ontladen raken. DAU49391 Controle- en waarschuwingslampjes 1 2 345 3 ABS 1. Drukken. 2. Draaien. 876 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
U1CWD2D0.book Page 4 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU11060 Vrijstandcontrolelampje “ ” Dit controlelampje brandt terwijl de versnellingsbak in de vrijstand staat. DAU11080 Controlelampje grootlicht “ ” Dit controlelampje brandt terwijl de koplamp is ingeschakeld voor grootlicht. DAU11254 Waarschuwingslampje olieniveau “ ” Dit waarschuwingslampje gaat branden als het motorolieniveau laag is.
U1CWD2D0.book Page 5 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Weergave 3 Condities Wat te doen Onder 39 °C (Onder 103 °F) De aanduiding “Lo” wordt getoond. OK. U kunt rijden. 40–116 °C (104–242 °F) Koelvloeistoftemperatuur wordt getoond. OK. U kunt rijden. 117–134 °C (243–274 °F) Koelvloeistoftemperatuur knippert. Het waarschuwingslampje gaat branden. Breng de machine tot stilstand en laat de motor stationair draaien tot de koelvloeistoftemperatuur daalt.
U1CWD2D0.book Page 6 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU11534 Waarschuwingslampje motorstoring “ ” Dit waarschuwingslampje gaat branden of knipperen wanneer er een probleem wordt aangegeven in het elektrisch circuit dat de motor controleert. Vraag in dat geval een Yamaha dealer het zelfdiagnosesysteem te controleren. (Zie pagina 3-9 voor uitleg over de werking van het zelfdiagnosesysteem.
U1CWD2D0.book Page 7 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU46765 Multifunctionele meter 1 2 3 4 3 ABS 8 7 6 5 1. 2. 3. 4. 5. Brandstofniveaumeter Weergave koelvloeistoftemperatuur Snelheidsmeter Toerenteller Kilometerteller/ritteller/ritteller brandstofreserve 6. “SELECT”-toets 7. “RESET”-toets 8. Klok DWA12422 WAARSCHUWING Zorg dat de machine stilstaat voordat u wijzigingen in de instellingen van de multifunctionele meter gaat aanbrengen.
U1CWD2D0.book Page 8 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Klok 1 5. Druk op de “RESET”-toets om de minuten in te stellen. 6. Druk op de “SELECT”-toets en laat deze dan los om de klok te starten. Kilometerteller- en rittellermodus 1. Klok De klok wordt weergegeven als de sleutel naar “ON” wordt gedraaid. Daarnaast kan de klok gedurende 10 seconden worden weergegeven door op de toets “SELECT” te drukken als het contactslot in de stand “OFF”, “LOCK” of “ ” staat.
U1CWD2D0.book Page 9 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN De brandstofniveaumeter geeft aan hoeveel brandstof in de tank aanwezig is. De displaysegmenten van de brandstofniveaumeter verdwijnen richting “E” (leeg) naarmate het brandstofniveau verder daalt. Als het laatste segment links begint te knipperen, ga dan zo snel mogelijk tanken.
U1CWD2D0.book Page 10 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DCA11590 OPMERKING Als het display foutcode 52 weergeeft, betreft dit mogelijk een storing in het transpondersignaal. Als deze fout zich voordoet, probeer dan het volgende. DAU1234A LET OP Stuurschakelaars Wanneer het display een foutcode aangeeft, moet de machine zo spoedig mogelijk worden gecontroleerd om motorschade te voorkomen. Links 1. Start de motor met behulp van de codeersleutel.
U1CWD2D0.book Page 11 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12350 DAU12711 Lichtsignaalschakelaar “ ” Druk deze schakelaar in om de koplamp een lichtsignaal te laten afgeven. Startknop “ ” Druk deze knop in om via de startmotor de motor rond te draaien. Zie pagina 5-1 voor startinstructies voordat u de motor start. DAU12820 Koppelingshendel DAU12400 Dimlichtschakelaar “ / ” Zet deze schakelaar op “ ” voor grootlicht en op “ ” voor dimlicht.
U1CWD2D0.book Page 12 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12871 Schakelpedaal DAU26824 Remhendel DAU12941 Rempedaal De remhendel bevindt zich aan de rechterzijde van het stuur. Trek de hendel naar de gasgreep toe om de voorrem te bekrachtigen. 3 1 1 1. Schakelpedaal 1.
U1CWD2D0.book Page 13 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU51800 ABS (voor modellen met ABS) 3 Het Yamaha ABS (anti-blokkeervoorziening remsysteem) bestaat uit een dubbel uitgevoerd elektronisch regelsysteem dat de voorrem en achterrem onafhankelijk aanstuurt. Gebruik de remmen met ABS net zoals conventionele remmen. Bij activering van het ABS-systeem kan een pulsatie worden gevoeld in de remhendel of het rempedaal.
U1CWD2D0.book Page 14 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU13074 Tankdop DAU13221 OPMERKING Brandstof De tankdop kan alleen worden gesloten met de sleutel in het slot. Bovendien kan de sleutel niet worden uitgenomen als de tankdop niet correct gesloten en vergrendeld is. Controleer of er voldoende brandstof in de brandstoftank aanwezig is. DWA11091 WAARSCHUWING 1. Slotplaatje tankdop 2. Ontgrendelen. Na het tanken moet de tankdop goed worden aangedraaid.
U1CWD2D0.book Page 15 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN 1 2 terechtkomt, was deze dan af met water en zeep. Als u benzine op uw kleding morst, trek dan andere kleding aan. DAU51190 Tankbeluchtingsslang en overloopslang DAU13322 3 1. Vulpijp brandstoftank 2. Maximaal brandstofniveau 3. Veeg uitgestroomde brandstof onmiddellijk af.
U1CWD2D0.book Page 16 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU13433 Uitlaatkatalysator Dit model is uitgerust met een uitlaatkatalysator. DWA10862 WAARSCHUWING Het uitlaatsysteem is heet nadat de motor heeft gedraaid. Let op het volgende om brandgevaar of brandwonden te voorkomen: ● Parkeer de machine nooit nabij brandgevaarlijke stoffen, zoals op gras of op ander materiaal dat gemakkelijk vlam vat.
U1CWD2D0.book Page 17 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU46751 1 Helmbevestiging 1 2 3 2 2 1 3 3 1. Uitsteeksel 2. Zadelbevestiging 2. Druk het zadel aan de achterzijde omlaag om te vergrendelen. 3. Neem de sleutel uit. OPMERKING Controleer of het zadel stevig is vergrendeld alvorens te gaan rijden. 1. Helmbevestiging 2. Boordgereedschapsset 3. Helmborgkabel De helmbevestiging bevindt zich onder het zadel.
U1CWD2D0.book Page 18 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU14453 Opbergcompartiment ● Overschrijd het maximumgewicht van XJ6F 185 kg (408 lb) XJ6FA 180 kg (397 lb) voor het voertuig niet. 1 DAU46831 Stand van het stuur Het stuur kan in twee verschillende standen worden gezet, al naar gelang de voorkeur van de bestuurder. Laat de stand van het stuur aanpassen bij een Yamaha-dealer. 3 1. Opbergcompartiment 1 Het opbergcompartiment bevindt zich onder het zadel.
U1CWD2D0.book Page 19 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU47260 DAU47000 Achteruitkijkspiegels Schokdemperunit afstellen De achteruitkijkspiegels van dit voertuig kunnen naar voren worden geklapt om het parkeren in smalle ruimten te vergemakkelijken. Klap de spiegels terug in hun oorspronkelijke stand voordat u gaat rijden. Deze schokdemper is uitgerust met een stelring voor veervoorspanning. 1 2 2 1 3 1. Rijstand 2.
U1CWD2D0.book Page 20 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN ● Stel de schokdemperunit niet bloot aan open vuur of een andere hittebron. Hierdoor kan de gasdruk zo hoog oplopen dat de unit explodeert. ● Voorkom vervorming of beschadiging van de cilinder. Schade aan de cilinder zal resulteren in slechte dempingsprestaties. ● Werp een beschadigde of versleten schokdemperunit niet zelf weg. Breng de schokdemperunit voor elk onderhoud naar een Yamahadealer.
U1CWD2D0.book Page 21 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU44902 Startspersysteem 3 Het startspersysteem (waarvan de zijstandaardschakelaar, de koppelingshendelschakelaar en de vrijstandschakelaar deel uitmaken) heeft de volgende functies. ● Het verhindert starten wanneer de versnellingsbak in een versnelling is geschakeld en de zijstandaard is opgeklapt, terwijl de koppelingshendel niet is ingetrokken.
U1CWD2D0.book Page 22 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN WAARSCHUWING Met de motor uit: 1. Beweeg de zijstandaard omlaag. 2. De motorstopknop moet in de stand “ ” staan. 3. Draai de sleutel naar aan. 4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. 5. Druk op de startknop. Start de motor? ● Bij deze inspectie moet de machine op de middenbok worden gezet. ● Als zich een storing voordoet, vraag dan alvorens te gaan rijden een Yamaha dealer het systeem te controleren.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN DAU15596 Inspecteer uw machine voor elk gebruik om te waarborgen dat deze in een veilige werkende staat is. Volg altijd de schema’s en procedures voor inspectie en onderhoud in de gebruikershandleiding. DWA11151 WAARSCHUWING Onvoldoende inspectie of onderhoud van de machine vergroot het risico op ongeval of schade. Rijd niet met de machine als u een probleem hebt gevonden.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN ITEM CONTROLES PAGINA Achterrem • Controleer de werking. • Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluchten. • Controleer de remblokken op slijtage. • Vervang indien nodig. • Controleer het vloeistofniveau in het reservoir. • Vul indien nodig het voorgeschreven type remvloeistof bij tot aan het voorgeschreven niveau.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN ITEM 4 CONTROLES PAGINA Middenbok, zijstandaard • Controleer of de werking soepel is. • Smeer indien nodig de scharnierpunten. Framebevestigingen • Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn vastgezet. • Zet indien nodig vast. — Instrumenten, verlichting, signaleringssysteem en schakelaars • Controleer de werking. • Corrigeer indien nodig.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU15951 DAU47150 DAU51790 Starten van de motor Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig door om u vertrouwd te maken met alle bedieningselementen. Als u de werking van een functie of bedieningselement niet begrijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uitleg.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE wings- of controlelampje niet uitgaat, zie dan pagina 3-3 voor een controle van het circuit van het betreffende waarschuwings- of controlelampje. lijk duren om de accu te sparen. Laat de startmotor nooit langer dan 10 seconden achtereen draaien.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DCA10260 LET OP ● Rijd niet lange tijd met afgezette motor, ook niet met de versnellingsbak in de vrijstand, en sleep de motorfiets niet over lange afstanden. De versnellingsbak wordt alleen afdoende gesmeerd terwijl de motor draait. Door onvoldoende smering kan de versnellingsbak worden beschadigd.
U1CWD2D0.book Page 4 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DCA10310 LET OP ● Voer het toerental niet zover op dat de toerenteller in de rode zone wijst. ● Als tijdens de inrijperiode motor- schade optreedt, vraag dan direct een Yamaha dealer de machine te controleren. 5 DAU17213 Parkeren Zet om te parkeren de motor af en neem dan de sleutel uit het contactslot.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU17244 DWA15122 DAU17302 WAARSCHUWING Door periodiek inspecties, afstellingen en smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u ervoor dat uw machine in zo veilig en efficiënt mogelijke conditie blijft. De eigenaar/bestuurder van de machine is verplicht de optimale veiligheid te waarborgen. Op de volgende pagina’s wordt de belangrijkste informatie met betrekking tot inspecties, afstellingen en smeerbeurten gegeven.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU39691 OPMERKING Boordgereedschapsset Laat een Yamaha dealer onderhoud verrichten als u niet beschikt over het gereedschap of de ervaring die voor bepaalde werkzaamheden vereist zijn. 1 1. Boordgereedschapsset 6 De boordgereedschapsset bevindt zich aan de onderkant van het zadel. (Zie pagina 3-16.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU46861 OPMERKING ● De jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve wanneer in plaats daarvan een onder- houdsbeurt op kilometerbasis of, voor Groot-Brittannië, op mijlbasis wordt verricht. ● Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi).
U1CWD2D0.book Page 4 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU1770E Algemeen smeer- en onderhoudsschema KILOMETERSTAND NR. 1 2 ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) JAARLIJKSE CONTROLE √ Luchtfilterelement • Vervangen. Koppeling • Controleer de werking. • Afstellen. √ √ √ √ √ • Controleer de werking en het vloeistofniveau en controleer de machine op vloeistoflekkage.
U1CWD2D0.book Page 5 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND NR. ITEM 9 * Achterbrug CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) • Controleer op een correcte werking en overmatige speling. 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) √ √ √ √ • Smeren met lithiumvet. 10 Aandrijfketting 11 * Balhoofdlagers • Controleer de spanning, uitlijning en conditie van de aandrijfketting.
U1CWD2D0.book Page 6 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND NR. ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) 19 * Voorvork • Controleer op een correcte werking en olielekkage. √ √ √ √ 20 * Schokdemperunit • Controleer op een correcte werking en olielekkage. √ √ √ √ 21 Motorolie • Verversen. • Controleer het olieniveau en controleer de machine op olielekkage.
U1CWD2D0.book Page 7 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18680 OPMERKING ● Luchtfilter • Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht, om het niet te beschadigen. • Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt. ● Hydraulisch remsysteem • Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij.
U1CWD2D0.book Page 8 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18712 Stroomlijn- en framepanelen verwijderen en aanbrengen 1 Bij het uitvoeren van sommige onderhoudswerkzaamheden beschreven in dit hoofdstuk moeten de afgebeelde stroomlijn- en framepanelen worden verwijderd. Neem deze paragraaf door wanneer een stroomlijn- of framepaneel moet worden verwijderd of aangebracht. 1 2 2 2 2 1. Stroomlijnpaneel C 2. Paneel A 1. Stroomlijnpaneel A 2.
U1CWD2D0.book Page 9 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 1 3 3 Aanbrengen van een stroomlijnpaneel 1. Sluit de stekker van de richtingaanwijzer aan en voer het richtingaanwijzersnoer door de geleider. 2. Plaats het stroomlijnpaneel in de oorspronkelijke positie en breng dan de bouten en de drukclip aan. 1 2 3 2 1. Stroomlijnpaneel B 2. Drukclip 3. Bout 1. Paneel A 2. Bout 3. Drukclip 3.
U1CWD2D0.book Page 10 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 1 2 3 1. Paneel B 2. Bout 3. Drukclip 6 3. Trek het paneel naar achteren om het te verwijderen. 2. Schuif het paneel naar achteren en til dan de achterzijde van het paneel iets op. Aanbrengen van een paneel 1. Steek de uitsteeksels op het paneel in de sleuven en schuif het paneel naar voren. 6-10 2. Breng de bout en de drukclip aan.
U1CWD2D0.book Page 11 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU19642 Controleren van de bougies Bougies vormen belangrijke onderdelen van de motor die periodiek moeten worden gecontroleerd, bij voorkeur door een Yamaha dealer. Omdat bougies door verhitting en neerslag altijd langzaam slijten, moeten de bougies worden verwijderd en gecontroleerd volgens de tijden genoemd in het periodieke smeer- en onderhoudsschema.
U1CWD2D0.book Page 12 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 6. Steek de peilstok in en draai deze vast en installeer dan de olievuldop en draai vast. DAU47551 Motorolie en oliefilterpatroon Vóór iedere rit moet het motorolieniveau worden gecontroleerd. Verder moet de olie worden ververst en de oliefilterpatroon worden vervangen volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. 6 Om het motorolieniveau te controleren 1.
U1CWD2D0.book Page 13 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanhaalmoment: Oliefilterpatroon: 17 Nm (1.7 m·kgf, 12 ft·lbf) OPMERKING Sla de stappen 5–7 over als de oliefilterpatroon niet wordt vervangen. 8. Monteer de olieaftapplug met een nieuwe pakking en zet de plug vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. 5. Verwijder de oliefilterpatroon met een oliefiltersleutel. Aanhaalmoment: Olieaftapplug: 43 Nm (4.3 m·kgf, 31 ft·lbf) 1. O-ring 1 2 1. Oliefilterpatroon 2.
U1CWD2D0.book Page 14 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DCA11620 LET OP ● Om het slippen van de koppeling te voorkomen (de motorolie smeert immers ook de koppeling) mogen geen chemische additieven worden toegevoegd. Gebruik geen oliën met een “CD” dieselspecificatie of oliën met een hogere kwaliteit dan gespecificeerd. Gebruik ook geen oliën met een “ENERGY CONSERVING II” of hogere aanduiding. ● Zorg dat er geen verontreinigingen in het carter terecht komen.
U1CWD2D0.book Page 15 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 1 2 2 3 3 1 1. Koelvloeistofreservoir 2. Merkstreep maximumniveau 3. Merkstreep minimumniveau 4. Als het koelvloeistofniveau zich op of onder de merkstreep voor het minimum bevindt, verwijder dan het stroomlijnpaneel C. (Zie pagina 6-8.) 5. Verwijder de ontluchtingsslang van het koelvloeistofreservoir uit de geleider en verwijder de dop van het koelvloeistofreservoir. 1. Dop koelvloeistofreservoir 2.
U1CWD2D0.book Page 16 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 7. Tap de koelvloeistof uit het reservoir af door het reservoir om te keren. 8. Verwijder de aftapplug voor koelvloeistof en de pakking om het koelsysteem af te tappen. DAU50740 Om de koelvloeistof te verversen 1. Zet het voertuig op de middenbok en laat het motorblok indien nodig afkoelen. 2. Verwijder de stroomlijnpanelen A en C. (Zie pagina 6-8.) 3.
U1CWD2D0.book Page 17 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 11. Monteer het koelvloeistofreservoir en het deksel door ze in de oorspronkelijke stand te plaatsen en breng dan de bouten aan. 12. Giet de voorgeschreven hoeveelheid van de gespecificeerde koelvloeistof in de koelvloeistofradiator en in het reservoir.
U1CWD2D0.book Page 18 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 2 2 1 2 1. Luchtfilterdeksel 2. Schroef 5. Trek het luchtfilterelement uit. 6 1 2 1. Luchtfilterelement 2. Luchtinlaatspruitstuk luchtfilterelement uitgenomen, hierdoor kunnen de zuiger(s) en/of cilinder(s) overmatig versleten raken. [DCA10481] 7. Monteer het luchtfilterdeksel door de schroeven aan te brengen. 8. Plaats de brandstoftank terug.
U1CWD2D0.book Page 19 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU34301 Afstellen van het stationair toerental Het stationair toerental moet als volgt worden gecontroleerd en eventueel afgesteld volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. De motor moet warm zijn om deze afstelling te verrichten. Controleer het stationair toerental en stel dit indien nodig volgens de specificatie af door de stationair stelschroef te verdraaien.
U1CWD2D0.book Page 20 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU21401 DAU21776 Klepspeling Banden De klepspeling kan tijdens gebruik gaan afwijken, waardoor de lucht/brandstof-verhouding kan veranderen en/of het motorgeluid toeneemt. Om dit te voorkomen moet de klepspeling door een Yamaha dealer worden afgesteld volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Banden zijn het enige contact tussen de machine en het wegdek.
U1CWD2D0.book Page 21 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Inspectie van banden Bandeninformatie OPMERKING De slijtagelimiet voor bandprofieldiepte is voor diverse landen verschillend. Neem altijd de lokale voorschriften in acht. DWA10471 WAARSCHUWING ● Laat sterk versleten banden door 1. Wang van band 2. Bandprofieldiepte Voor elke rit moeten de banden worden gecontroleerd.
U1CWD2D0.book Page 22 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN weggedrag van de machine veranderen, wat kan leiden tot een ongeval. ● Controleer altijd of de ventieldopjes stevig zijn bevestigd om zo luchtlekkage te voorkomen. ● Gebruik uitsluitend de hierna vermelde bandventielen en luchtventielbuisjes om bij hoge rijsnelheden een te lage bandspanning te voorkomen. Na uitgebreide tests zijn alleen de hieronder vermelde banden voor dit model goedgekeurd door Yamaha Motor Co., Ltd.
U1CWD2D0.book Page 23 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU47390 Vrije slag van koppelingshendel afstellen 1. Stelbout voor vrije slag koppelingshendel 2. Vrije slag van koppelingshendel De vrije slag van de koppelingshendel dient 10.0–15.0 mm (0.39–0.59 in) te bedragen, zoals weergegeven. Controleer de vrije slag van de koppelingshendel regelmatig en stel indien nodig als volgt af.
U1CWD2D0.book Page 24 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU37913 Vrije slag van remhendel controleren remwerking, waardoor u de macht over het stuur zou kunnen verliezen met een ongeluk als gevolg. Het remlicht, dat wordt geactiveerd door het rempedaal en de remhendel, moet oplichten nét voordat de remmen aangrijpen. Laat de remlichtschakelaars indien nodig door een Yamaha dealer afstellen. 1 1.
U1CWD2D0.book Page 25 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU50760 Remlichtschakelaars (voor modellen zonder ABS) 2 1 (a) (b) DAU22392 Controleren van voor- en achterremblokken De remblokken in de voor- en achterrem moeten worden gecontroleerd op slijtage volgens de intervalperioden voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. DAU46291 Remblokken achterrem 1 1 DAU22420 Remblokken voorrem 1. Slijtage-indicatorgroef remblok 1. Remlichtschakelaar 2.
U1CWD2D0.book Page 26 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU39372 Controleren van remvloeistofniveau Controleer alvorens te gaan rijden of de remvloeistof boven de merkstreep voor minimumniveau staat. Meet het remvloeistofniveau en let erop dat de bovenzijde van het reservoir horizontaal staat. Vul indien nodig remvloeistof bij. ● Reinig de reservoirdop alvorens Achterrem 1 Voorrem 1.
U1CWD2D0.book Page 27 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN blokken op slijtage en het remsysteem op lekkage. Vraag als het remvloeistofniveau plotseling sterk is gedaald een Yamaha dealer om een inspectie alvorens verder te rijden. DAU22731 DAU22760 Remvloeistof verversen Spanning aandrijfketting Vraag een Yamaha dealer de remvloeistof te verversen volgens de intervalperioden voorgeschreven onder OPMERKING in het periodieke smeer- en onderhoudsschema.
U1CWD2D0.book Page 28 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU53950 6 Om de spanning van de aandrijfketting af te stellen Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u de spanning van de aandrijfketting afstelt. 1. Haal de motorfiets van de middenbok en klap de zijstandaard omlaag. 2. Draai de borgmoer aan beide kanten van de achterbrug los en draai daarna de asmoer los. 3. Zet de motorfiets op de middenbok. 4.
U1CWD2D0.book Page 29 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23025 Aandrijfketting reinigen en smeren aandrijfketting, deze kunnen stoffen bevatten die de O-ringen kunnen beschadigen. [DCA11111] De aandrijfketting moet worden gereinigd en gesmeerd volgens de intervalperioden zoals voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema, anders zal de ketting snel slijten, met name in vochtige of stoffige gebieden. Onderhoud de ketting als volgt.
U1CWD2D0.book Page 30 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU49920 DAU44273 Controleren en smeren van gasgreep en gaskabel Controleren en smeren van remen schakelpedalen De werking van de gasgreep hoort voorafgaand aan elke rit te worden gecontroleerd. Daarnaast moet de kabel door een Yamaha dealer worden gesmeerd volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke onderhoudsschema.
U1CWD2D0.book Page 31 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23143 Rem- en koppelingshendels controleren en smeren De werking van de rem- en de koppelingshendel moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en de hendelscharnierpunten moeten indien nodig worden gesmeerd.
U1CWD2D0.book Page 32 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanbevolen smeermiddel: Lithiumvet DAUM1652 Achterbrugscharnierpunten smeren DAU23272 Voorvork controleren De conditie en de werking van de voorvork moeten als volgt worden gecontroleerd volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Om de conditie te controleren Controleer de binnenste vorkbuizen op krassen, beschadigingen en overmatige olielekkage.
U1CWD2D0.book Page 33 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU45511 Stuursysteem controleren DAU23291 Controleren van wiellagers Losse of versleten balhoofdlagers kunnen gevaarlijk zijn. De werking van het stuursysteem moet als volgt worden gecontroleerd volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. 1. Zet de machine op de middenbok. WAARSCHUWING! Ondersteun de machine zorgvuldig om omvallen en mogelijk letsel te voorkomen.
U1CWD2D0.book Page 34 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU50290 Accu 2 3 1 1. Accu 2. Negatieve accukabel (zwart) 3. Positieve accukabel (rood) 6 De accu bevindt zich onder het zadel. (Zie pagina 3-16.) Dit model is voorzien van een VRLA (Valve Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt hoeft niet te worden gecontroleerd en er hoeft geen gedistilleerd water te worden bijgevuld.
U1CWD2D0.book Page 35 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 4. Controleer na installatie of de accukabels correct zijn aangesloten op de accupolen. DCA16530 LET OP Houd de accu steeds opgeladen. Stallen van een ontladen accu kan leiden tot permanente accuschade. DAU47172 Zekeringen vervangen XJ6F De hoofdzekeringhouder en de kastjes met zekeringen voor afzonderlijke circuits bevinden zich onder het zadel. (Zie pagina 3-16.
U1CWD2D0.book Page 36 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN XJ6FA XJ6FA 1 2 12 34 3 5 5 4 1. 2. 3. 4. 6 Kap van startmotorrelais Hoofdzekering Reservehoofdzekering Zekeringenkastje 6 7 8 9 10 11 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
U1CWD2D0.book Page 37 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 3. Draai de contactsleutel naar “ON” en schakel het betreffende elektrische circuit in om te zien of de apparatuur werkt. 4. Als de zekering direct opnieuw doorbrandt, vraag dan een Yamaha dealer het elektrisch systeem te controleren. DAU47411 Koplampgloeilamp vervangen De koplamp op dit model heeft een halogeen gloeilamp. Vervang de koplampgloeilamp als volgt als deze is doorgebrand.
U1CWD2D0.book Page 38 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU47021 1 2 Gloeilamp in remlicht/achterlicht vervangen 1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-16.) 2. Verwijder de gloeilampfitting van het remlicht/achterlicht (samen met de gloeilamp) door deze linksom te draaien. 6 2 1 1. Gloeilamphouder 2. Koplampgloeilamp 4. Breng een nieuwe koplampgloeilamp aan en zet deze dan vast met de gloeilamphouder. 5. Breng de gloeilampkap aan en sluit dan de koplampstekker aan.
U1CWD2D0.book Page 39 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU24204 DAU24313 Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen 1 1. Verwijder de lamplens van de richtingaanwijzer door de schroeven te verwijderen. Gloeilamp in kentekenverlichting vervangen 1. Verwijder de lampeenheid voor kentekenverlichting door de schroeven los te draaien. 1 1 1. Gloeilamp richtingaanwijzer 2 1. Lamplens richtingaanwijzer 2. Schroef 3.
U1CWD2D0.book Page 40 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU39020 Parkeerlichtgloeilamp DAU44791 Voorwiel (voor modellen zonder ABS) DWA14840 WAARSCHUWING 1 2 1 Wielen van ABS-modellen moeten door een Yamaha-dealer verwijderd en gemonteerd worden. DAU42642 Om het voorwiel te verwijderen 1. Gloeilampfitting kentekenverlichting 2. Gloeilamp kentekenverlichting DWA10821 1. Parkeerlichtgloeilamp 6 3. Verwijder de defecte gloeilamp door deze uit te trekken. 4.
U1CWD2D0.book Page 41 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 4. Haal de motorfiets van de middenbok, zodat het voorwiel op de grond staat en klap daarna de zijstandaard omlaag. 5. Zet de wielas, de voorwielasklembout en de remklauwbouten vast met de voorgeschreven aanhaalmomenten. 2 3 2 1 1 1. Klembout voorwielas 2. Wielas 3. Remklauwbout 2. Zet de machine op de middenbok. 3. Verwijder aan beide zijden de remklauwen door de bouten los te halen.
U1CWD2D0.book Page 42 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU44801 Achterwiel (voor modellen zonder ABS) 1 OPMERKING 2 3 DWA14840 WAARSCHUWING Wielen van ABS-modellen moeten door een Yamaha-dealer verwijderd en gemonteerd worden. De aandrijfketting hoeft niet te worden gedemonteerd om het achterwiel te verwijderen en aan te brengen. 6. Ondersteun de remklauw en licht dan het achterwiel iets op en trek de wielas uit.
U1CWD2D0.book Page 43 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU48651 Om het achterwiel aan te brengen 1. Monteer het wiel en de remklauwsteun door de wielas vanaf de rechterzijde in te steken. OPMERKING ● Controleer of de sleuf in de remklauw- steun over de aanslag op de achterbrug is geplaatst. ● Kijk of er voldoende afstand tussen de remblokken is voordat u het wiel aanbrengt. 1 2 4.
U1CWD2D0.book Page 44 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DWA15141 WAARSCHUWING Rook niet tijdens het controleren van het brandstofsysteem en let erop dat er geen open vuur of vonken in de omgeving zijn, inclusief waakvlammen van geisers of ovens. Benzine en benzinedampen kunnen vlam vatten of exploderen, met ernstig letsel of schade aan eigendommen tot gevolg.
U1CWD2D0.book Page 45 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU42503 Storingzoekschema’s Startproblemen of slechte werking van de motor 1. Brandstof Controleer het brandstofniveau in de brandstoftank. Er is voldoende brandstof aanwezig. Controleer de compressie. Er is geen brandstof aanwezig. Vul brandstof bij. De motor start niet. Controleer de compressie. 2. Compressie Er is compressie. Controleer de ontsteking. Er is geen compressie.
U1CWD2D0.book Page 46 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Oververhitte motor DWAT1040 WAARSCHUWING ● Verwijder de radiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof en stoom kunnen naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS DAU37833 Matkleur, let op DAU26014 Verzorging DCA15192 LET OP Sommige modellen zijn uitgerust met matkleurige onderdelen. Raadpleeg een Yamaha dealer voor advies over wat voor producten gebruikt moeten worden om het voertuig te reinigen. Het gebruik van een borsteltje, chemische producten of reinigingsmiddelen tijdens het reinigen van deze onderdelen kan het oppervlak bekrassen of beschadigen.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS ● Gebruik geen bijtende chemische 7 reinigingsmiddelen op kunststof delen. Vermijd het gebruik van doeken of sponzen die in contact zijn geweest met bijtende of schurende reinigingsmiddelen, oplosmiddelen of thinner, brandstof (benzine), roestverwijderingsmiddelen of corrosieremmers, remvloeistof, antivries of elektrolyt.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS 5. 6. 7. 8. ook op verchroomde en vernikkelde componenten, om zo corrosie te voorkomen. Gebruik oliespray als universeel schoonmaakmiddel om nog achtergebleven vuil te verwijderen. Werk kleine lakbeschadigingen door steenslag e.d. bij. Zet alle gelakte oppervlakken in de was. Laat de motorfiets volledig drogen alvorens deze te stallen of af te dekken.
U1CWD2D0.book Page 4 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS 7 2. Vul de brandstoftank en voeg een stabilisatoradditief (indien verkrijgbaar) toe om roestvorming in de tank en achteruitgang van de brandstof te voorkomen. 3. Voer de volgende stappen uit om de cilinders, de zuigerveren etc. te beschermen tegen corrosie. a. Verwijder de bougiedoppen en de bougies. b. Giet een theelepel motorolie in elk bougiegat. c.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM SPECIFICATIES Afmetingen: Totale lengte: 2120 mm (83.5 in) Totale breedte: 770 mm (30.3 in) Totale hoogte: 1185 mm (46.7 in) Zadelhoogte: 785 mm (30.9 in) Wielbasis: 1440 mm (56.7 in) Grondspeling: 140 mm (5.51 in) Kleinste draaicirkel: 2800 mm (110.
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM SPECIFICATIES 2e: 1.947 (37/19) 3e: 1.556 (28/18) 4e: 1.333 (32/24) 5e: 1.190 (25/21) 6e: 1.083 (26/24) Chassis: Type frame: Diamantframe Spoorhoek: 26.00 graad Naspoor: 103 mm (4.
U1CWD2D0.book Page 3 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM SPECIFICATIES Elektrische installatie: Ontstekingssysteem: Transistorontsteking Laadsysteem: Wisselstroomdynamo met permanente magneten Accu: Model: GT12B-4 Voltage, capaciteit: 12 V, 10.0 Ah Koplamp: Type gloeilamp: Halogeenlamp Gloeilampen voltage, wattage × aantal: Koplamp: 12 V, 60.0 W/55.0 W × 1 Achterlicht/remlicht unit: 12 V, 5.0 W/21.0 W × 1 Voorste richtingaanwijzer: 12 V, 10.0 W × 2 Achterste richtingaanwijzer: 12 V, 10.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM GEBRUIKERSINFORMATIE DAU48612 Identificatienummers DAU26400 Voertuigidentificatienummer Noteer het voertuigidentificatienummer en de gegevens op de modelinformatiesticker in onderstaande ruimtes. Deze gegevens heeft u nodig om reserveonderdelen bij een Yamaha dealer te bestellen of wanneer uw voertuig is gestolen. 1 1 VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: MODELINFORMATIESTICKER: DAU26480 Modelinformatiesticker 1. Voertuigidentificatienummer 1.
U1CWD2D0.book Page 1 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM INDEX A Aandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-29 ABS (voor modellen met ABS) ............. 3-13 ABS-waarschuwingslampje (voor modellen met ABS) ..................... 3-6 Accu...................................................... 6-34 Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-32 Achteruitkijkspiegels ............................. 3-19 H Helmbevestiging....................................3-17 I Identificatienummers ...............................
U1CWD2D0.book Page 2 Tuesday, June 12, 2012 8:38 AM INDEX T Tankbeluchtingsslang en overloopslang ..................................... 3-15 Tankdop ................................................ 3-14 U Uitlaatkatalysator .................................. 3-16 V Veiligheidsinformatie............................... 1-1 Verzorging............................................... 7-1 Voertuigidentificatienummer ................... 9-1 Voor- en achterremblokken controleren...................................
U1CWD2D0.
PRINTED IN THE NETHERLANDS 2012.