Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM DAU50920 Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken. Deze handleiding dient bij de machine te blijven als deze wordt verkocht. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM INLEIDING DAU10102 Welkom in de wereld van Yamaha! Als eigenaar van de XJ6S profiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van het ontwerpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven. Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw XJ6S.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU10133 Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen: Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of overlijden te voorkomen.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU36390 XJ6S HANDLEIDING ©2012 door Yamaha Motor Co., Ltd. 1e uitgave, mei 2012 Alle rechten voorbehouden. Elke vorm van herdruk of onbevoegd gebruik zonder schriftelijke toestemming van Yamaha Motor Co., Ltd. is uitdrukkelijk verboden. Gedrukt in Nederland.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM INHOUDSOPGAVE VEILIGHEIDSINFORMATIE ..............1-1 Startspersysteem ......................... 3-19 BESCHRIJVING ................................2-1 Aanzicht linkerzijde..........................2-1 Aanzicht rechterzijde .......................2-2 Bedieningen en instrumenten..........2-3 VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN ... 4-1 FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN .............................3-1 Startblokkeersysteem ............
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM INHOUDSOPGAVE Controleren van wiellagers ...........6-33 Accu .............................................6-33 Zekeringen vervangen ..................6-34 Koplampgloeilamp vervangen ......6-35 Gloeilamp in remlicht/achterlicht vervangen .................................6-36 Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen .................................6-37 Gloeilamp in kentekenverlichting vervangen .................................
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE DAU1028A 1 Wees een verantwoordelijke eigenaar Als eigenaar van de machine bent u verantwoordelijk voor de veilige en juiste bediening ervan. Motorfietsen zijn tweewielige voertuigen. Voor een veilig gebruik zijn de toepassing van de juiste rijtechnieken en de ervaring van de bestuurder van belang. Elke bestuurder moet bekend zijn met de volgende vereisten alvorens met deze motorfiets te gaan rijden.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE • We raden aan om het motorrijden te oefenen op plekken waar geen verkeer is, totdat u grondig bekend bent met de motor en zijn bediening. ● Ongelukken worden vaak veroorzaakt door een fout van de motorbestuurder. Veel bestuurders houden bij het ingaan van een bocht een te hoge rijsnelheid aan of gaan onvoldoende schuinliggen voor de rijsnelheid, waardoor ze wijd uit de bocht komen.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE 1 ervaart, verlaat de ruimte dan onmiddellijk, ga naar de open lucht en ROEP MEDISCHE HULP IN. ● Laat de motor niet binnen draaien. Zelfs als u ventileert met ventilatoren of open ramen en deuren kan de hoeveelheid koolmonoxide snel oplopen tot gevaarlijke niveaus. ● Laat de motor niet draaien in slecht geventileerde of deels afgesloten ruimtes zoals schuren of garages.
U36CD3D0.book Page 4 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE In de handel verkrijgbare onderdelen, accessoires en aanpassingssets Hoewel er producten verkrijgbaar zijn die qua ontwerp en kwaliteit sterk lijken op originele Yamaha accessoires, dient u te beseffen dat sommige in de handel verkrijgbare accessoires of aanpassingssets niet geschikt zijn vanwege mogelijke veiligheidsrisico’s voor uzelf of anderen.
U36CD3D0.book Page 5 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE ● Zorg dat het voorwiel recht naar voren 1 wijst op de aanhanger of de laadvloer en zet het wiel vast in een goot om beweging te voorkomen. ● Schakel een versnelling in (bij modellen met een handgeschakelde versnellingsbak).
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM BESCHRIJVING DAU10410 Aanzicht linkerzijde 1 2 3 4,5 6 7 2 10 9 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 8 Luchtfilterelement (pagina 6-17) Stationair stelschroef (pagina 6-18) Zadelslot (pagina 3-15) Hoofdzekering (pagina 6-34) Zekeringenkastje (pagina 6-34) Boordgereedschapsset (pagina 6-2) Opbergcompartiment (pagina 3-16) Schakelpedaal (pagina 3-11) 9. Oliefilterpatroon (pagina 6-11) 10.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM BESCHRIJVING DAU10420 Aanzicht rechterzijde 1 2 3 4 5 2 11 10 9 8 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 7 Helmbevestiging (pagina 3-16) Accu (pagina 6-33) Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-25) Olievuldop (pagina 6-11) Radiatorvuldop (pagina 6-14) Koelvloeistofreservoir (pagina 6-14) Aftapplug koelvloeistof (pagina 6-15) Motoroliepeilstok (pagina 6-11) 6 9. Rempedaal (pagina 3-12) 10.Remlichtschakelaar (pagina 6-24) 11.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM BESCHRIJVING DAU10430 Bedieningen en instrumenten 1 2 3 4 5 6 7 8 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10977 Startblokkeersysteem 3 1. Codeersleutel (rood bovendeel) 2. Standaardsleutels (zwart bovendeel) Dit voertuig is voorzien van een startblokkeersysteem waarmee diefstal kan worden bemoeilijkt door de codering van de standaardsleutels te wijzigen.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10472 Contactslot/stuurslot parkeerlicht gaan branden en de motor kan worden gestart. De sleutel kan niet worden uitgenomen. Om het stuur te vergrendelen 1 2 OPMERKING De koplamp gaat automatisch branden als de motor wordt gestart en blijft aan totdat de sleutel naar “OFF” wordt gedraaid, zelfs als de motor afslaat.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Om het stuur te ontgrendelen DCA11020 LET OP 1 2 Gebruik de parkeerstand niet gedurende langere tijd, anders kan de accu ontladen raken. DAU49391 Controle- en waarschuwingslampjes 1 2 345 3 1. Drukken. 2. Draaien. 76 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Druk de sleutel in en draai deze dan naar “OFF”. Houd de sleutel hierbij ingedrukt.
U36CD3D0.book Page 4 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU11060 Vrijstandcontrolelampje “ ” Dit controlelampje brandt terwijl de versnellingsbak in de vrijstand staat. DAU11080 Controlelampje grootlicht “ ” Dit controlelampje brandt terwijl de koplamp is ingeschakeld voor grootlicht. DAU11254 Waarschuwingslampje olieniveau “ ” Dit waarschuwingslampje gaat branden als het motorolieniveau laag is.
U36CD3D0.book Page 5 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Weergave 3 Condities Wat te doen Onder 39 °C (Onder 103 °F) De aanduiding “Lo” wordt getoond. OK. U kunt rijden. 40–116 °C (104–242 °F) Koelvloeistoftemperatuur wordt getoond. OK. U kunt rijden. 117–134 °C (243–274 °F) Koelvloeistoftemperatuur knippert. Het waarschuwingslampje gaat branden. Breng de machine tot stilstand en laat de motor stationair draaien tot de koelvloeistoftemperatuur daalt.
U36CD3D0.book Page 6 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU11534 Waarschuwingslampje motorstoring “ ” Dit waarschuwingslampje gaat branden of knipperen wanneer er een probleem wordt aangegeven in het elektrisch circuit dat de motor controleert. Vraag in dat geval een Yamaha dealer het zelfdiagnosesysteem te controleren. (Zie pagina 3-9 voor uitleg over de werking van het zelfdiagnosesysteem.
U36CD3D0.
U36CD3D0.book Page 8 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN 5. Druk op de “RESET”-toets om de minuten in te stellen. 6. Druk op de “SELECT”-toets en laat deze dan los om de klok te starten. Kilometerteller- en rittellermodus 1 1.
U36CD3D0.book Page 9 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Weergave koelvloeistoftemperatuur Zelfdiagnosesysteem 1 1 OPMERKING 2 3 Als het display foutcode 52 weergeeft, betreft dit mogelijk een storing in het transpondersignaal. Als deze fout zich voordoet, probeer dan het volgende. 1. Start de motor met behulp van de codeersleutel. 3 OPMERKING 1.
U36CD3D0.book Page 10 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DCA11590 DAU1234A LET OP Stuurschakelaars Wanneer het display een foutcode aangeeft, moet de machine zo spoedig mogelijk worden gecontroleerd om motorschade te voorkomen. Links DAU12350 Lichtsignaalschakelaar “ ” Druk deze schakelaar in om de koplamp een lichtsignaal te laten afgeven. DAU12400 Dimlichtschakelaar “ / ” Zet deze schakelaar op “ ” voor grootlicht en op “ ” voor dimlicht. 3 DAU12460 1. 2.
U36CD3D0.book Page 11 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12711 Startknop “ ” Druk deze knop in om via de startmotor de motor rond te draaien. Zie pagina 5-1 voor startinstructies voordat u de motor start. DAU12820 Koppelingshendel DAU12871 Schakelpedaal DAU41700 3 Het waarschuwingslampje voor motorstoring gaat branden als de sleutel naar “ON” wordt gedraaid en de startknop wordt ingedrukt. Dit wijst echter niet op een storing.
U36CD3D0.book Page 12 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU26824 Remhendel DAU12941 Rempedaal DAU13074 Tankdop De remhendel bevindt zich aan de rechterzijde van het stuur. Trek de hendel naar de gasgreep toe om de voorrem te bekrachtigen. 3 1 1. Rempedaal 1. 2. 3. 4. Remhendel Stelwiel afstelpositie remhendel “ ”-merkteken Afstand tussen remhendel en stuurgreep Het rempedaal bevindt zich aan de rechterzijde van de motorfiets.
U36CD3D0.book Page 13 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU13221 OPMERKING Brandstof De tankdop kan alleen worden gesloten met de sleutel in het slot. Bovendien kan de sleutel niet worden uitgenomen als de tankdop niet correct gesloten en vergrendeld is. Controleer of er voldoende brandstof in de brandstoftank aanwezig is. DWA11091 3 WAARSCHUWING Na het tanken moet de tankdop goed worden aangedraaid. Door brandstoflekkage ontstaat brandgevaar.
U36CD3D0.book Page 14 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN terechtkomt, was deze dan af met water en zeep. Als u benzine op uw kleding morst, trek dan andere kleding aan. DAU51190 Tankbeluchtingsslang en overloopslang DAU13433 Uitlaatkatalysator Dit model is uitgerust met een uitlaatkatalysator. DWA10862 WAARSCHUWING DAU13322 Voorgeschreven brandstof: Uitsluitend normale loodvrije benzine Inhoud brandstoftank: 17.3 L (4.57 US gal, 3.81 Imp.
U36CD3D0.book Page 15 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DCA10701 DAU32980 LET OP Zadel Gebruik uitsluitend loodvrije benzine. Bij gebruik van loodhoudende benzine zal onherstelbare schade worden toegebracht aan de uitlaatkatalysator. Verwijderen van het zadel 1. Steek de sleutel in het zadelslot en draai linksom. 1 2 2 3 1. Uitsteeksel 2. Zadelbevestiging 1 1. Zadelslot 2. Ontgrendelen. 2. Druk het zadel aan de achterzijde omlaag om te vergrendelen. 3.
U36CD3D0.book Page 16 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU46751 Helmbevestiging DAU14453 1 2 3 Opbergcompartiment 1 2 1 3 3 1. Helmbevestiging 2. Boordgereedschapsset 3. Helmborgkabel De helmbevestiging bevindt zich onder het zadel. De boordgereedschapsset bevat een helmborgkabel waarmee een helm aan de helmbevestiging kan worden bevestigd. Om een helm aan de helmbevestiging te bevestigen 1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-15.) 2.
U36CD3D0.book Page 17 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU46831 DAU47260 DAU47000 Stand van het stuur Achteruitkijkspiegels Schokdemperunit afstellen Het stuur kan in twee verschillende standen worden gezet, al naar gelang de voorkeur van de bestuurder. Laat de stand van het stuur aanpassen bij een Yamaha-dealer. De achteruitkijkspiegels van dit voertuig kunnen naar voren worden geklapt om het parkeren in smalle ruimten te vergemakkelijken.
U36CD3D0.book Page 18 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN ● Stel de schokdemperunit niet bloot 3 2 1 (b) (a) 4 1. 2. 3. 4. Verlengstuk Speciale sleutel Stelring veervoorspanning Positie-indicator aan open vuur of een andere hittebron. Hierdoor kan de gasdruk zo hoog oplopen dat de unit explodeert. ● Voorkom vervorming of beschadiging van de cilinder. Schade aan de cilinder zal resulteren in slechte dempingsprestaties.
U36CD3D0.book Page 19 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN laat het repareren door een Yamaha dealer als de werking niet naar behoren is. 3 DAU44902 Startspersysteem Het startspersysteem (waarvan de zijstandaardschakelaar, de koppelingshendelschakelaar en de vrijstandschakelaar deel uitmaken) heeft de volgende functies.
U36CD3D0.book Page 20 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN WAARSCHUWING Met de motor uit: 1. Beweeg de zijstandaard omlaag. 2. De motorstopknop moet in de stand “ ” staan. 3. Draai de sleutel naar aan. 4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. 5. Druk op de startknop. Start de motor? ● Bij deze inspectie moet de machine op de middenbok worden gezet. ● Als zich een storing voordoet, vraag dan alvorens te gaan rijden een Yamaha dealer het systeem te controleren.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN DAU15596 Inspecteer uw machine voor elk gebruik om te waarborgen dat deze in een veilige werkende staat is. Volg altijd de schema’s en procedures voor inspectie en onderhoud in de gebruikershandleiding. DWA11151 WAARSCHUWING Onvoldoende inspectie of onderhoud van de machine vergroot het risico op ongeval of schade. Rijd niet met de machine als u een probleem hebt gevonden.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN ITEM CONTROLES PAGINA Achterrem • Controleer de werking. • Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluchten. • Controleer de remblokken op slijtage. • Vervang indien nodig. • Controleer het vloeistofniveau in het reservoir. • Vul indien nodig het voorgeschreven type remvloeistof bij tot aan het voorgeschreven niveau.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN ITEM 4 CONTROLES PAGINA Middenbok, zijstandaard • Controleer of de werking soepel is. • Smeer indien nodig de scharnierpunten. Framebevestigingen • Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn vastgezet. • Zet indien nodig vast. — Instrumenten, verlichting, signaleringssysteem en schakelaars • Controleer de werking. • Corrigeer indien nodig.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU15951 DAU47150 DAU3935B Starten van de motor Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig door om u vertrouwd te maken met alle bedieningselementen. Als u de werking van een functie of bedieningselement niet begrijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uitleg.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE lelampje niet dooft, zie dan pagina 3-3 voor een controle van het circuit van het betreffende waarschuwings- of controlelampje. 5 2. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. Het vrijstandcontrolelampje moet gaan branden. Als dit niet gebeurt, vraag dan een Yamaha dealer het elektrische circuit na te kijken. 3. Start de motor door de startknop in te drukken.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU16810 Tips voor een zuinig brandstofverbruik Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om het brandstofverbruik te verlagen: ● Schakel snel en soepel door en vermijd hoge toerentallen terwijl u accelereert. ● Geef geen gas tijdens het terugschakelen en voorkom dat de motor onbelast met een hoog toerental draait.
U36CD3D0.book Page 4 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU17213 Parkeren Zet om te parkeren de motor af en neem dan de sleutel uit het contactslot. DWA10311 WAARSCHUWING ● De motor en het uitlaatsysteem 5 kunnen zeer heet worden, parkeer dus op een plek waar voetgangers of kinderen niet gemakkelijk met deze onderdelen in aanraking kunnen komen en brandwonden kunnen oplopen.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU17244 DWA15122 DAU17302 WAARSCHUWING Door periodiek inspecties, afstellingen en smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u ervoor dat uw machine in zo veilig en efficiënt mogelijke conditie blijft. De eigenaar/bestuurder van de machine is verplicht de optimale veiligheid te waarborgen. Op de volgende pagina’s wordt de belangrijkste informatie met betrekking tot inspecties, afstellingen en smeerbeurten gegeven.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU39691 OPMERKING Boordgereedschapsset Laat een Yamaha dealer onderhoud verrichten als u niet beschikt over het gereedschap of de ervaring die voor bepaalde werkzaamheden vereist zijn. 1 1. Boordgereedschapsset 6 De boordgereedschapsset bevindt zich aan de onderkant van het zadel. (Zie pagina 3-15.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU46861 OPMERKING ● De jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve wanneer in plaats daarvan een onder- houdsbeurt op kilometerbasis of, voor Groot-Brittannië, op mijlbasis wordt verricht. ● Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi).
U36CD3D0.book Page 4 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU1770E Algemeen smeer- en onderhoudsschema KILOMETERSTAND NR. 1 2 ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) JAARLIJKSE CONTROLE √ Luchtfilterelement • Vervangen. Koppeling • Controleer de werking. • Afstellen.
U36CD3D0.book Page 5 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND NR. ITEM 9 * Achterbrug CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) • Controleer op een correcte werking en overmatige speling. 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) √ √ √ √ • Smeren met lithiumvet. 10 Aandrijfketting 11 * Balhoofdlagers • Controleer de spanning, uitlijning en conditie van de aandrijfketting.
U36CD3D0.book Page 6 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND NR. ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) 19 * Voorvork • Controleer op een correcte werking en olielekkage. √ √ √ √ 20 * Schokdemperunit • Controleer op een correcte werking en olielekkage. √ √ √ √ 21 Motorolie • Verversen. • Controleer het olieniveau en controleer de machine op olielekkage.
U36CD3D0.book Page 7 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18680 OPMERKING ● Luchtfilter • Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht, om het niet te beschadigen. • Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt. ● Hydraulisch remsysteem • Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij.
U36CD3D0.book Page 8 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18712 1 Stroomlijn- en framepanelen verwijderen en aanbrengen 2 1 2 Bij het uitvoeren van sommige onderhoudswerkzaamheden beschreven in dit hoofdstuk moeten de afgebeelde stroomlijn- en framepanelen worden verwijderd. Neem deze paragraaf door wanneer een stroomlijn- of framepaneel moet worden verwijderd of aangebracht. 1 2 3 1. Paneel A 2. Stroomlijnpaneel C 1. Paneel A 2. Bout 3.
U36CD3D0.book Page 9 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanbrengen van het stroomlijnpaneel Plaats het stroomlijnpaneel in de oorspronkelijke positie en breng dan de schroeven aan. 1 2 DAU47582 Stroomlijnpanelen B en C 1. Paneel B 2. Bout 2. Duw het paneel naar buiten om het uitsteeksel onder het paneel los te haken en trek het paneel daarna weg. DAU46740 Stroomlijnpaneel A Verwijderen van stroomlijnpaneel Verwijder de bouten en neem het stroomlijnpaneel los.
U36CD3D0.book Page 10 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU19642 1 1. Kabelstekker richtingaanwijzer 6 Aanbrengen van een stroomlijnpaneel 1. Sluit de kabelstekkers van de richtingaanwijzer aan. 2. Plaats het stroomlijnpaneel in de oorspronkelijke positie en breng dan de bouten en de drukclip aan. 3. Breng paneel B of C aan.
U36CD3D0.book Page 11 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN verder te draaien. De bougie moet echter zo snel mogelijk naar het juiste aanhaalmoment worden aangedraaid. DAU47551 Motorolie en oliefilterpatroon Vóór iedere rit moet het motorolieniveau worden gecontroleerd. Verder moet de olie worden ververst en de oliefilterpatroon worden vervangen volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Om het motorolieniveau te controleren 1.
U36CD3D0.book Page 12 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 6. Steek de peilstok in en draai deze vast en installeer dan de olievuldop en draai vast. Om de motorolie te verversen (met of zonder vervanging van oliefilterpatroon) 1. Verwijder het stroomlijnpaneel A. (Zie pagina 6-8.) 2. Start de motor, laat deze een paar minuten warmdraaien en zet hem dan af. 3. Zet een olieopvangbak onder de motor om de gebruikte olie op te vangen. 4.
U36CD3D0.book Page 13 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanhaalmoment: Oliefilterpatroon: 17 Nm (1.7 m·kgf, 12 ft·lbf) 8. Monteer de olieaftapplug met een nieuwe pakking en zet de plug vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. Aanhaalmoment: Olieaftapplug: 43 Nm (4.3 m·kgf, 31 ft·lbf) 9. Vul bij met de voorgeschreven hoeveelheid van de aanbevolen motorolie, breng dan de olievuldop aan en zet deze vast. Aanbevolen motorolie: Zie pagina 8-1.
U36CD3D0.book Page 14 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU20070 1 Koelvloeistof Voor iedere rit moet het koelvloeistofniveau worden gecontroleerd. Ook moet de koelvloeistof worden ververst volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. 2 2 3 3 DAU47560 1 Controleren van het koelvloeistofniveau 1. Zet de machine op de middenbok.
U36CD3D0.book Page 15 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN vorst en corrosie. Als er water aan de koelvloeistof is toegevoegd, laat dan een Yamaha dealer zo snel mogelijk het antivriesgehalte van de koelvloeistof controleren om te voorkomen dat de effectiviteit van de koelvloeistof afneemt. [DCA10472] Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan de merkstreep voor maximumniveau): 0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt) 2. Verwijder de stroomlijnpanelen A en C. (Zie pagina 6-8.) 3.
U36CD3D0.book Page 16 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 7. Tap de koelvloeistof uit het reservoir af door het reservoir om te keren. 8. Verwijder de aftapplug voor koelvloeistof en de pakking om het koelsysteem af te tappen. 1 6 2 1. Aftapplug koelvloeistof 2. Pakking 9. Spoel het koelsysteem nadat alle koelvloeistof is uitgestroomd grondig door met schoon leidingwater. 10.
U36CD3D0.book Page 17 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU32887 Het luchtfilterelement vervangen 1 2 1. Ontluchtingsslang koelvloeistofreservoir 2. Geleider Het luchtfilterelement moet worden vervangen volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Vervang het luchtfilterelement vaker als u in zeer stoffige of vochtige gebieden rijdt. 1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-15.) 2. Verwijder de panelen B en C. (Zie pagina 6-8.) 3.
U36CD3D0.book Page 18 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 6 luchtfilterelement uitgenomen, hierdoor kunnen de zuiger(s) en/of cilinder(s) overmatig versleten raken. [DCA10481] 7. Monteer het luchtfilterdeksel door de schroeven aan te brengen. 8. Plaats de brandstoftank terug. Controleer of de brandstofslangen stevig zijn aangesloten, de juiste ligging hebben en niet worden afgekneld. Vergeet niet de slangen in hun oorspronkelijke positie te plaatsen.
U36CD3D0.book Page 19 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU21384 OPMERKING Als het voorgeschreven stationair toerental niet haalbaar is volgens de hierboven beschreven werkwijze, vraag dan een Yamaha dealer de afstelling uit te voeren. De vrije slag van de gasgreep controleren DAU21401 Klepspeling De klepspeling kan tijdens gebruik gaan afwijken, waardoor de lucht/brandstof-verhouding kan veranderen en/of het motorgeluid toeneemt.
U36CD3D0.book Page 20 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU21776 Banden Banden zijn het enige contact tussen de machine en het wegdek. Veiligheid onder alle rijomstandigheden hangt af van een relatief klein contactoppervlak met het wegdek. Het is daarom essentieel om de banden te allen tijde in een goede conditie te houden en deze op tijd te vervangen door de voorgeschreven banden.
U36CD3D0.book Page 21 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Bandeninformatie OPMERKING weggedrag van de machine veranderen, wat kan leiden tot een ongeval. ● Controleer altijd of de ventieldopjes stevig zijn bevestigd om zo luchtlekkage te voorkomen. ● Gebruik uitsluitend de hierna vermelde bandventielen en luchtventielbuisjes om bij hoge rijsnelheden een te lage bandspanning te voorkomen. De slijtagelimiet voor bandprofieldiepte is voor diverse landen verschillend.
U36CD3D0.book Page 22 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DWA10600 WAARSCHUWING 6 Deze motorfiets is uitgerust met speciale banden die geschikt voor zeer hoge rijsnelheden. Let op het volgende om deze banden zo effectief mogelijk te kunnen gebruiken. ● Gebruik bij vervanging uitsluitend het voorgeschreven type banden. Bij andere banden is het risico op een klapband bij zeer hoge rijsnelheden niet denkbeeldig.
U36CD3D0.book Page 23 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN OPMERKING Ga als volgt te werk als op de hierboven beschreven werkwijze de voorgeschreven vrije slag van de koppelingshendel niet wordt gehaald. 5. Draai de borgmoer aan. 6. Breng het stroomlijnpaneel aan. DAU37913 Vrije slag van remhendel controleren 1 1. Draai de stelbout bij de koppelingshendel richting (a) om de koppelingskabel losser te stellen. 2. Verwijder het stroomlijnpaneel B. (Zie pagina 6-8.) 3.
U36CD3D0.book Page 24 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN remwerking, waardoor u de macht over het stuur zou kunnen verliezen met een ongeluk als gevolg. DAU22273 Remlichtschakelaars 2 1 (a) (b) DAU22392 Controleren van voor- en achterremblokken De remblokken in de voor- en achterrem moeten worden gecontroleerd op slijtage volgens de intervalperioden voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. DAU22420 Remblokken voorrem 1. Remlichtschakelaar 2.
U36CD3D0.book Page 25 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU46291 Remblokken achterrem 1 1 DAU39372 Controleren van remvloeistofniveau Controleer alvorens te gaan rijden of de remvloeistof boven de merkstreep voor minimumniveau staat. Meet het remvloeistofniveau en let erop dat de bovenzijde van het reservoir horizontaal staat. Vul indien nodig remvloeistof bij. Achterrem 1 Voorrem 1. Merkstreep minimumniveau 1.
U36CD3D0.book Page 26 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN ● Reinig de reservoirdop alvorens 6 deze te verwijderen. Gebruik uitsluitend DOT 4 remvloeistof uit een onaangebroken verpakking. ● Gebruik uitsluitend de aanbevolen remvloeistof, anders kunnen de rubberafdichtingen beschadigd raken met lekkage tot gevolg. ● Vul bij met hetzelfde type remvloeistof. Toevoeging van een ander type remvloeistof dan DOT 4 kan resulteren in een schadelijke chemische reactie.
U36CD3D0.book Page 27 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU22760 Spanning aandrijfketting De spanning van de aandrijfketting moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en indien nodig worden bijgesteld. DAU22794 Aandrijfketting controleren op spanning 1. Zet de motorfiets op de middenbok. 2. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. 3. Meet de spanning van de aandrijfketting zoals getoond. 1 1. Spanning aandrijfketting Spanning aandrijfketting: 45.0–55.
U36CD3D0.book Page 28 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23025 Aandrijfketting reinigen en smeren 2 1 1. Kettingspanner 2. Uitlijnmerktekens 6 5. Haal de motorfiets van de middenbok en klap de zijstandaard omlaag. 6. Draai de wielasmoer vast en zet daarna de borgmoeren vast met de voorgeschreven aanhaalmomenten. Aanhaalmomenten: Wielasmoer: 90 Nm (9.0 m·kgf, 65 ft·lbf) Borgmoer: 16 Nm (1.6 m·kgf, 12 ft·lbf) 7.
U36CD3D0.book Page 29 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU49920 DAU23095 Kabels controleren en smeren De werking van alle bedieningskabels en de conditie van alle kabels moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en de kabel en kabeleinden moeten indien nodig worden gesmeerd. Vraag een Yamaha dealer een kabel te controleren of te vervangen wanneer deze is beschadigd of niet soepel beweegt.
U36CD3D0.book Page 30 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanbevolen smeermiddel: Lithiumvet DAU23143 Rem- en koppelingshendels controleren en smeren De werking van de rem- en de koppelingshendel moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en de hendelscharnierpunten moeten indien nodig worden gesmeerd.
U36CD3D0.book Page 31 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23213 Middenbok en zijstandaard controleren en smeren Aanbevolen smeermiddel: Lithiumvet De werking van de middenbok en de zijstandaard moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en de scharnierpunten en de metaal-op-metaal contactvlakken moeten indien nodig worden gesmeerd.
U36CD3D0.book Page 32 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23272 DAU45511 Voorvork controleren Stuursysteem controleren De conditie en de werking van de voorvork moeten als volgt worden gecontroleerd volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Losse of versleten balhoofdlagers kunnen gevaarlijk zijn.
U36CD3D0.book Page 33 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23291 Controleren van wiellagers DAU50290 Accu 2 3 1 De voor- en achterwiellagers moeten worden gecontroleerd volgens de intervalperioden voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Als de wielnaaf speling vertoont of het wiel niet soepel draait, vraag dan een Yamaha dealer de wiellagers te controleren. 1. Accu 2. Negatieve accukabel (zwart) 3.
U36CD3D0.book Page 34 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DCA16521 LET OP Voor het opladen van een VRLA (Valve Regulated Lead Acid)-accu is een speciale acculader (met constante spanning) vereist. Bij gebruik van een conventionele acculader raakt de accu beschadigd. 6 4. Controleer na installatie of de accukabels correct zijn aangesloten op de accupolen. DCA16530 LET OP Houd de accu steeds opgeladen. Stallen van een ontladen accu kan leiden tot permanente accuschade.
U36CD3D0.book Page 35 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 1 schade aan het elektrische systeem en mogelijk brand te voorkomen. 2 54 8 76 [DWA15131] 3 1. 2. 3. 4. 5. 6. Zekering achterlichtcircuit Reservezekering Koplampzekering Zekering ontstekingssysteem Zekering signaleringssysteem Backup-zekering (voor klok en startblokkeersysteem) 7. Zekering brandstofinjectiesysteem 8. Zekering radiatorkoelvin Vervang een zekering als volgt als deze is doorgebrand. 1.
U36CD3D0.book Page 36 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU47021 1 2 Gloeilamp in remlicht/achterlicht vervangen 1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-15.) 2. Verwijder de gloeilampfitting van het remlicht/achterlicht (samen met de gloeilamp) door deze linksom te draaien. 1 1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan. 1. Verwijder het stroomlijnpaneel B. (Zie pagina 6-8.) 2. Maak de koplampstekker los en verwijder dan de gloeilampkap. 6 1 2 1. Koplampgloeilamp 2.
U36CD3D0.book Page 37 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU24204 Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen 1 2 1 1. Verwijder de lamplens van de richtingaanwijzer door de schroeven te verwijderen. 1 1. Gloeilamp remlicht/achterlicht 2. Gloeilampfitting remlicht/achterlicht 4. Steek een nieuwe gloeilamp in de fitting. 5. Breng de lampfitting aan (samen met de gloeilamp) door deze rechtsom te draaien. 6. Breng het zadel aan. 1. Gloeilamp richtingaanwijzer 2 1.
U36CD3D0.book Page 38 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU24313 DAU39020 Gloeilamp in kentekenverlichting vervangen Parkeerlichtgloeilamp 1. Verwijder de lampeenheid voor kentekenverlichting door de schroeven los te draaien. 1 2 1 1 1. Gloeilampfitting kentekenverlichting 2. Gloeilamp kentekenverlichting 1. Parkeerlichtgloeilamp 2 6 1. Kentekenverlichtingsunit 2. Schroef 2.
U36CD3D0.book Page 39 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN dat de remklauwen zijn verwijderd, hierdoor worden de remblokken tegen elkaar geknepen. [DCA11051] DAU24360 Voorwiel DAU42642 Om het voorwiel te verwijderen DWA10821 WAARSCHUWING Zorg dat de machine veilig wordt ondersteund, zodat deze niet kan omvallen. 1. Draai de klembout van de voorwielas los en draai dan de wielas en de remklauwbouten los. 2 Aanhaalmomenten: Wielas: 65 Nm (6.
U36CD3D0.book Page 40 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU25080 Achterwiel 5. Druk het wiel naar voren en haal dan de aandrijfketting van het achtertandwiel. 1 2 DAU32874 Verwijderen van het achterwiel DWA10821 WAARSCHUWING Zorg dat de machine veilig wordt ondersteund, zodat deze niet kan omvallen. 1. Draai de borgmoer los en draai de stelmoer voor kettingspanning los aan beide zijden van de achterbrug. 2. Draai de wielasmoer los.
U36CD3D0.book Page 41 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN OPMERKING ● Controleer of de sleuf in de remklauw- steun over de aanslag op de achterbrug is geplaatst. ● Kijk of er voldoende afstand tussen de remblokken is voordat u het wiel aanbrengt. 1 2 6. Draai de wielasmoer vast en zet daarna de borgmoeren vast met de voorgeschreven aanhaalmomenten. Aanhaalmomenten: Wielasmoer: 90 Nm (9.0 m·kgf, 65 ft·lbf) Borgmoer: 16 Nm (1.6 m·kgf, 12 ft·lbf) 3 1. Remklauwsteun 2.
U36CD3D0.book Page 42 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DWA15141 WAARSCHUWING Rook niet tijdens het controleren van het brandstofsysteem en let erop dat er geen open vuur of vonken in de omgeving zijn, inclusief waakvlammen van geisers of ovens. Benzine en benzinedampen kunnen vlam vatten of exploderen, met ernstig letsel of schade aan eigendommen tot gevolg.
U36CD3D0.book Page 43 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU42363 Storingzoekschema’s Startproblemen of slechte werking van de motor 1. Brandstof Controleer het brandstofniveau in de brandstoftank. Er is voldoende brandstof aanwezig. Controleer de compressie. Er is geen brandstof aanwezig. Vul brandstof bij. De motor start niet. Controleer de compressie. 2. Compressie Er is compressie. Controleer de ontsteking. Er is geen compressie.
U36CD3D0.book Page 44 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Oververhitte motor DWA10400 WAARSCHUWING ● Verwijder de koelvloeistofradiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof en stoom kan naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS DAU37833 Matkleur, let op DAU26014 Verzorging DCA15192 LET OP Sommige modellen zijn uitgerust met matkleurige onderdelen. Raadpleeg een Yamaha dealer voor advies over wat voor producten gebruikt moeten worden om het voertuig te reinigen. Het gebruik van een borsteltje, chemische producten of reinigingsmiddelen tijdens het reinigen van deze onderdelen kan het oppervlak bekrassen of beschadigen.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS ● Gebruik geen bijtende chemische 7 reinigingsmiddelen op kunststof delen. Vermijd het gebruik van doeken of sponzen die in contact zijn geweest met bijtende of schurende reinigingsmiddelen, oplosmiddelen of thinner, brandstof (benzine), roestverwijderingsmiddelen of corrosieremmers, remvloeistof, antivries of elektrolyt.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS 5. 6. 7. 8. ook op verchroomde en vernikkelde componenten, om zo corrosie te voorkomen. Gebruik oliespray als universeel schoonmaakmiddel om nog achtergebleven vuil te verwijderen. Werk kleine lakbeschadigingen door steenslag e.d. bij. Zet alle gelakte oppervlakken in de was. Laat de motorfiets volledig drogen alvorens deze te stallen of af te dekken.
U36CD3D0.book Page 4 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS 7 2. Vul de brandstoftank en voeg een stabilisatoradditief (indien verkrijgbaar) toe om roestvorming in de tank en achteruitgang van de brandstof te voorkomen. 3. Voer de volgende stappen uit om de cilinders, de zuigerveren etc. te beschermen tegen corrosie. a. Verwijder de bougiedoppen en de bougies. b. Giet een theelepel motorolie in elk bougiegat. c.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM SPECIFICATIES Afmetingen: Totale lengte: 2120 mm (83.5 in) Totale breedte: 770 mm (30.3 in) Totale hoogte: 1210 mm (47.6 in) Zadelhoogte: 785 mm (30.9 in) Wielbasis: 1440 mm (56.7 in) Grondspeling: 140 mm (5.51 in) Kleinste draaicirkel: 2800 mm (110.
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM SPECIFICATIES 2e: 1.947 (37/19) 3e: 1.556 (28/18) 4e: 1.333 (32/24) 5e: 1.190 (25/21) 6e: 1.083 (26/24) Chassis: Type frame: Diamantframe Spoorhoek: 26.00 graad Naspoor: 103 mm (4.
U36CD3D0.book Page 3 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM SPECIFICATIES Laadsysteem: Wisselstroomdynamo met permanente magneten Accu: Model: GT12B-4 Voltage, capaciteit: 12 V, 10.0 Ah Koplamp: Type gloeilamp: Halogeenlamp Gloeilampen voltage, wattage × aantal: Koplamp: 12 V, 60.0 W/55.0 W × 1 Achterlicht/remlicht unit: 12 V, 5.0 W/21.0 W × 1 Voorste richtingaanwijzer: 12 V, 10.0 W × 2 Achterste richtingaanwijzer: 12 V, 10.0 W × 2 Parkeerlicht: 12 V, 5.0 W × 1 Kentekenverlichting: 12 V, 5.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM GEBRUIKERSINFORMATIE DAU48612 Identificatienummers DAU26400 Voertuigidentificatienummer Noteer het voertuigidentificatienummer en de gegevens op de modelinformatiesticker in onderstaande ruimtes. Deze gegevens heeft u nodig om reserveonderdelen bij een Yamaha dealer te bestellen of wanneer uw voertuig is gestolen. VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: MODELINFORMATIESTICKER: DAU26480 Modelinformatiesticker 1 1 1. Voertuigidentificatienummer 1.
U36CD3D0.book Page 1 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM INDEX A Aandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-28 Accu...................................................... 6-33 Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-31 Achteruitkijkspiegels ............................. 3-17 Inrijperiode ..............................................5-3 Kabels, controleren en smeren .............6-29 Klepspeling............................................6-19 Koelvloeistof..........................................
U36CD3D0.book Page 2 Wednesday, May 30, 2012 10:07 AM INDEX Verzorging............................................... 7-1 Voertuigidentificatienummer ................... 9-1 Voor- en achterremblokken controleren.......................................... 6-24 Voorvork, controleren............................ 6-32 Vrije slag van gasgreep, controleren .... 6-19 Vrije slag van remhendel, controleren.......................................... 6-23 Vrijstandcontrolelampje...........................
U36CD3D0.
PRINTED IN THE NETHERLANDS 2012.