Operation Manual

5-4
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5
DAU01128
Inrijperiode
Inrijperiode
De belangrijkste periode in de levensduur
van het motorblok is de tijd tussen 0 en
1.600 km. Lees daarom de volgende
informatie aandachtig door.
Omdat het motorblok gloednieuw is, mag
dit de eerste 1.600 km niet te zwaar wor-
den belast. De verschillende onderdelen
van de motor slijten op elkaar in totdat de
juiste bedrijfsspelingen zijn bereikt. Rijd
tijdens deze periode nooit langdurig vol-
gas en vermijd ook andere manoeuvres
die tot oververhitting van de motor kun-
nen leiden.
DAU03845
01.000 km
Rijd niet langdurig met de gasgreep meer
dan 1/3 open gedraaid.
1.0001.600 km
Rijd niet langdurig met de gasgreep meer
dan halverwege open gedraaid.
DCA00080
<>
Nadat de eerste 1.000 km zijn afgelegd,
moet de motorolie worden ververst en
het oliefilterpatroon worden vervan-
gen.
1.600 km en verder
De machine kan nu verder normaal wor-
den gebruikt.
DC000049
<>
Als tijdens de inrijperiode motorscha-
de optreedt, vraag dan direct een
Yamaha dealer de machine te controle-
ren.
DAU00460
Parkeren
Parkeren
Zet de motor af wanneer u gaat parkeren
en neem de sleutel uit het contactslot.
DW000058
X@
88
De motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet worden, parkeer
dus op een plek waar voetgangers
of kinderen niet gemakkelijk met
deze onderdelen in aanraking
kunnen komen.
88
Parkeer niet op een helling of op
een zachte ondergrond, de motor
zou dan kunnen omvallen.
5GJ-9-D1(Dutch) 9/5/01 6:22 PM Page 41 (1,1)