HANDLEIDING XT660R XT660X 5VK-F819D-D1
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM DAU26943 DECLARATION of CONFORMITY VERKLARING VAN CONFORMITEIT We Company: MORIC CO., LTD. Address: 1450-6 Mori Mori-Machi Shuchi-gun Shizuoka 437-0292 Japan Wij, Bedrijf: MORIC CO., LTD.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM INLEIDING DAU10100 Welkom in de wereld van Yamaha rijders! Als eigenaar van de XT660R/XT660X profiteert u van Yamaha’s ervaring en technische kennis in het ontwerpen en fabriceren van producten van topkwaliteit, waarmee Yamaha haar verdiende reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven. Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw XT660R/XT660X.
U5VKD1D0.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAUM2150 XT660R/XT660X HANDLEIDING ©2006 door MBK INDUSTRIE 1e Uitgave, juli 2006 Alle rechten voorbehouden Elke vorm van herdruk of onbevoegd gebruik zonder schriftelijke toestemming van MBK INDUSTRIE is uitdrukkelijk verboden. Gedrukt in Nederland.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM INHOUDSOPGAVE VEILIGHEIDSINFORMATIE ..............1-1 BESCHRIJVING ................................2-1 Aanzicht linkerzijde..........................2-1 Aanzicht rechterzijde .......................2-2 Bedieningen en instrumenten..........2-3 FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN .............................3-1 Startblokkeersysteem .....................3-1 Contactslot/stuurslot .......................3-2 Controle- en waarschuwingslampjes ..............
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM INHOUDSOPGAVE Ondersteunen van de motorfiets ..................................6-35 Voorwiel ........................................6-35 Achterwiel .....................................6-36 Problemen oplossen .....................6-39 Storingzoekschema’s ...................6-40 VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS ..............................7-1 Verzorging ......................................7-1 Stalling ...........................................
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE DAU10311 1 MOTORFIETSEN ZIJN TWEEWIELIGE VOERTUIGEN. HUN VEILIG GEBRUIK EN WERKING ZIJN AFHANKELIJK VAN JUISTE RIJTECHNIEKEN EN VAN DE DESKUNDIGHEID VAN DE BESTUURDER. ELKE BESTUURDER MOET BEKEND ZIJN MET DE VOLGENDE VEREISTEN ALVORENS MET DEZE MOTOR TE GAAN RIJDEN. HIJ OF ZIJ MOET: ● DOOR EEN COMPETENTE INFORMATIEBRON GRONDIG ZIJN INGELICHT OVER ALLE ASPECTEN VAN HET MOTORRIJDEN.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE • Geef altijd richting aan voordat u afslaat of van rijstrook wisselt. Zorg dat andere weggebruikers u kunnen zien. ● De zithouding van de bestuurder en de passagier is belangrijk voor een goede besturing. • De bestuurder moet tijdens het rijden beide handen aan het stuur houden en beide voeten op de bestuurdersvoetsteunen, om zo de macht over het stuur te behouden.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE 1 over beide zijden van de motor wordt verdeeld, om zo onbalans of instabiliteit te beperken. ● Als gewicht gaat schuiven kan zich een plotselinge onbalans voordoen. Controleer voordat u gaat rijden of accessoires en bagage stevig aan de motor zijn bevestigd. Controleer de bevestigingspunten voor accessoires en bagage regelmatig. ● Bevestig nooit omvangrijke of zware goederen aan het stuur, de voorvork of het voorwielspatbord.
U5VKD1D0.book Page 4 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VEILIGHEIDSINFORMATIE ● Zet de motor altijd uit voordat u de mo- torfiets onbeheerd achterlaat en neem de sleutel uit het contactslot. Let op het volgende als u de motor gaat parkeren: • De motor en het uitlaatsysteem kunnen heet zijn, parkeer de motorfiets daarom op een plek waar voetgangers en kinderen hier geen last van hebben. • Parkeer de motor niet op een helling of op een zachte ondergrond, om omvallen te voorkomen.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM BESCHRIJVING DAU10410 Aanzicht linkerzijde 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Zadelslot (pagina 3-11) 10.Schakelpedaal (pagina 3-8) 11.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM BESCHRIJVING DAU10420 Aanzicht rechterzijde 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Oliefilterelement (pagina 6-11) 10.Aftapplug koelvloeistof (pagina 6-15) 11.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM BESCHRIJVING DAU32240 Bedieningen en instrumenten XT660R 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
U5VKD1D0.book Page 4 Friday, July 21, 2006 9:15 AM BESCHRIJVING XT660X 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10972 Startblokkeersysteem 3 1. Codeersleutel (rood bovendeel) 2. Standaardsleutels (zwart bovendeel) Dit voertuig is voorzien van een startblokkeersysteem waarmee diefstal kan worden bemoeilijkt door de codering van de standaardsleutels te wijzigen.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10471 Contactslot/stuurslot DAU10570 AAN Alle elektrische circuits worden voorzien van stroom; de instrumentenverlichting, het achterlicht en het parkeerlicht gaan branden en de motor kan worden gestart. De sleutel kan niet worden uitgenomen. Om het stuur te vergrendelen OPMERKING: De koplamp gaat automatisch branden als de motor wordt gestart en blijft aan totdat de sleutel naar “OFF” wordt gedraaid.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Om het stuur te ontgrendelen DAU33001 (Parkeren) Het stuur is vergrendeld en het achterlicht en het parkeerlicht branden. De alarmverlichting en richtingaanwijzers kunnen worden ingeschakeld, maar alle andere elektrische systemen zijn uit. De sleutel kan worden uitgenomen. Het stuur moet zijn vergrendeld om de sleutel naar “ ” te kunnen draaien. 3 DAU11003 Controle- en waarschuwingslampjes DCA11020 LET OP: 1.
U5VKD1D0.book Page 4 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU11060 Vrijstandcontrolelampje “ ” Dit controlelampje brandt terwijl de versnellingsbak in de vrijstand staat. DAU11080 Controlelampje grootlicht “ ” Dit controlelampje brandt terwijl de koplamp is ingeschakeld voor grootlicht. DAU11361 Waarschuwingslampje brandstofniveau “ ” Dit waarschuwingslampje gaat branden wanneer het brandstofniveau daalt tot beneden ca. 5.0 L (1.32 US gal) (1.10 Imp.gal).
U5VKD1D0.book Page 5 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAUM1662 Multifunctioneel display ● een ritteller voor brandstofreserve (die de afgelegde afstand aangeeft sinds het waarschuwingslampje brandstofreserve aanging) ● een klok ● een voorziening voor zelfdiagnose OPMERKING: ● Vergeet niet de sleutel naar “ON” te 3 1. 2. 3. 4. Multifunctioneel display Klok Ritteller 1 Kilometerteller/ritteller brandstofreserve/ritteller 2 5. “SELECT”-toets 6. “RESET”-toets 7.
U5VKD1D0.book Page 6 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN 5. Druk op de toets “SELECT” om de minuten in te stellen, en laat deze daarna weer los om de klok aan te zetten. Zelfdiagnosesysteem Dit model is uitgerust met een zelfdiagnosesysteem voor diverse elektrische circuits. Als een van deze circuits uitvalt, gaat het waarschuwingslampje voor motorstoring branden en toont het multifunctionele display een foutcode van 2 cijfers (bijv. 11, 12, 13).
U5VKD1D0.book Page 7 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12347 Stuurschakelaars Links DAU12350 DAU12710 Lichtsignaalschakelaar “ ” Druk deze schakelaar in om de koplamp een lichtsignaal te laten afgeven. Startknop “ ” Druk deze knop in om via de startmotor de motor rond te draaien. DCA10050 DAU12400 Dimlichtschakelaar “ / ” Zet deze schakelaar op “ ” voor grootlicht en op “ ” voor dimlicht. LET OP: Zie pagina 5-1 voor startinstructies voordat u de motor start.
U5VKD1D0.book Page 8 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12820 Koppelingshendel DAU12870 Schakelpedaal DAU12890 Remhendel 3 1. Koppelingshendel 1. Schakelpedaal 1. Remhendel De koppelingshendel bevindt zich aan de linkerstuurgreep. Trek de hendel naar het stuur toe om de koppeling te ontkoppelen. Laat de hendel los om de koppeling te laten aangrijpen.
U5VKD1D0.book Page 9 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12941 Rempedaal DAUM1791 OPMERKING: Tankdop De tankdop kan alleen worden aangebracht met de sleutel in het slot. Bovendien kan de sleutel niet worden uitgenomen als de tankdop niet correct aangebracht en vergrendeld is. DWA11140 WAARSCHUWING 3 Controleer voor u gaat rijden of de tankdop correct is aangebracht. 1. Rempedaal Het rempedaal bevindt zich aan de rechterzijde van de motorfiets.
U5VKD1D0.book Page 10 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU13211 Brandstof DCA10070 LET OP: Veeg gemorste brandstof direct af met een schone, droge en zachte doek, de brandstof kan immers schade toebrengen aan de lak of aan kunststof onderdelen. DAU13390 1. Vulpijp brandstoftank 2. Brandstofniveau Controleer of voldoende brandstof in de brandstoftank aanwezig is. Vul de brandstoftank tot onderaan de vulpijp zoals getoond.
U5VKD1D0.book Page 11 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU13431 Uitlaatkatalysator Dit model is uitgerust met een uitlaatkatalysator. DWA10860 WAARSCHUWING 3 DAU13900 Zadel Verwijderen van het zadel 1. Steek de sleutel in het zadelslot en draai hem dan zoals afgebeeld. Het uitlaatsysteem is heet nadat de motor heeft gedraaid. Controleer of het uitlaatsysteem is afgekoeld alvorens onderhoudswerkzaamheden uit te voeren. 1. Zadelbevestiging 2.
U5VKD1D0.book Page 12 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU14422 Opbergcompartiment ● Overschrijd het maximumgewicht van 186 kg (410 lb) voor het voertuig niet. DAU14830 Afstellen van de schokdemperunit 3 1. Stang CYCLELOK-slot (optie) 2. Yamaha CYCLELOK-slot (optie) 3. Riem 1. Stelring veervoorspanning 2. Speciale sleutel 3. Positie-indicator Dit opbergcompartiment is bedoeld voor het opbergen van een origineel Yamaha CYCLELOK-slot.
U5VKD1D0.book Page 13 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN ● Vervorm of beschadig de gascilin- OPMERKING: Zet de gewenste inkeping in de stelring tegenover de positie-indicator op de schokdemper. 3 Afstelling veervoorspanning: Minimum (zacht): 1 Standaard: 2 Maximum (hard): 5 der op geen enkele wijze, de dempende werking zal dan achteruitgaan. ● Laat onderhoud aan de schokdemper altijd uitvoeren door een Yamaha dealer.
U5VKD1D0.book Page 14 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU15311 Startspersysteem Het startspersysteem (waarvan de sperschakelaar voor de zijstandaard, de sperschakelaar voor de koppelingshendel en de vrijstandschakelaar deel uitmaken) heeft de volgende functies. ● Het verhindert starten wanneer de versnellingsbak in een versnelling geschakeld is en de zijstandaard is opgeklapt, terwijl de koppelingshendel niet is ingetrokken.
U5VKD1D0.book Page 15 Friday, July 21, 2006 9:15 AM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Met de motor uit: 1. Beweeg de zijstandaard omlaag. 2. Controleer of de noodstopschakelaar aanstaat. 3. Draai de sleutel naar aan. 4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. 5. Druk op de startknop. Start de motor? OPMERKING: Deze controle is vooral betrouwbaar als hij wordt uitgevoerd met een warme motor. De vrijstandschakelaar is mogelijk defect.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM CONTROLES VOOR HET STARTEN DAU15591 De eigenaar is verantwoordelijk voor de conditie van zijn voertuig. Vitale onderdelen kunnen bijvoorbeeld bij blootstelling aan weer en wind vrij snel en onverwachts achteruitgaan, ook als de machine niet wordt gebruikt. Eventuele schade, vloeistoflekkage of het wegvallen van de bandspanning kan ernstige gevolgen hebben.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM CONTROLES VOOR HET STARTEN DAU15605 Controlelijst voor gebruik ITEM 4 CONTROLES PAGINA Brandstof • Controleer het brandstofniveau in de brandstoftank. • Vul indien nodig brandstof bij. • Controleer de brandstofleiding op lekkage. 3-10 Motorolie • Controleer het olieniveau in het oliereservoir. • Vul indien nodig het aanbevolen type olie bij tot aan het voorgeschreven niveau. • Controleer de machine op olielekkage.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM CONTROLES VOOR HET STARTEN ITEM CONTROLES Controleer de werking. Smeer indien nodig de kabel. Controleer de vrije slag van de koppelingshendel. Stel indien nodig bij. PAGINA Koppeling • • • • Gasgreep • Controleer of de werking soepel is. • Controleer de vrije slag van de kabel. • Vraag indien nodig de Yamaha dealer om de vrije slag van de kabel af te stellen, en de kabel en het kabelhuis te smeren.
U5VKD1D0.book Page 4 Friday, July 21, 2006 9:15 AM CONTROLES VOOR HET STARTEN ITEM Sperschakelaar voor de zijstandaard CONTROLES PAGINA • Controleer de werking van het startspersysteem. • Als het systeem defect is, vraag dan een Yamaha dealer de machine na te kijken.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU15950 DAUM1670 Starten van de motor DWA10270 WAARSCHUWING ● Zorg dat u volkomen vertrouwd bent met alle bedieningsfuncties en hun werking voordat u gaat rijden. Informeer bij een Yamaha dealer als u de werking van een schakelaar of functie niet volkomen begrijpt. ● Start de motor nooit in een afgesloten ruimte en laat deze hierin ook niet lange tijd aaneen draaien.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DCA11040 LET OP: DAU16671 Schakelen ● Rijd niet lange tijd met afgezette Trek nooit snel op terwijl de motor nog koud is, dit verkort de levensduur van de motor! OPMERKING: De motor is voldoende warm als deze snel reageert op de gasbediening. 5 DCA10260 LET OP: 1. Schakelpedaal 2.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU16810 Tips voor een zuinig brandstofverbruik Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om het brandstofverbruik te verlagen: ● Schakel snel en soepel door en vermijd hoge toerentallen terwijl u accelereert. ● Geef geen gas tijdens het terugschakelen en voorkom dat de motor onbelast met een hoog toerental draait.
U5VKD1D0.book Page 4 Friday, July 21, 2006 9:15 AM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU17212 Parkeren Zet om te parkeren de motor af en neem dan de sleutel uit het contactslot. DWA10310 WAARSCHUWING ● De motor en het uitlaatsysteem 5 kunnen zeer heet worden, parkeer dus op een plek waar voetgangers of kinderen niet gemakkelijk met deze onderdelen in aanraking kunnen komen. ● Parkeer niet op een helling of op een zachte ondergrond, de machine zou dan kunnen omvallen.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU17240 DAU17520 Boordgereedschapsset De eigenaar is verplicht de optimale veiligheid te waarborgen. Door periodiek inspecties, afstellingen en smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u ervoor dat uw machine in zo veilig en efficiënt mogelijke conditie blijft. Op de volgende pagina’s wordt de belangrijkste informatie met betrekking tot inspecties, afstellingen en smeerbeurten gegeven.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU17705 Periodiek smeer- en onderhoudsschema OPMERKING: ● De jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve wanneer in plaats daarvan een onder- houdsbeurt op kilometerbasis wordt verricht. ● Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km, beginnend vanaf 10000 km.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES KILOMETERSTAND (× 1000 km) NR. ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1 8 * Remslangen • Controleer op scheurtjes en beschadigingen. 10 20 30 40 √ √ √ √ • Vervangen. • Controleer de speling en de spaakspanning en controleer op beschadigingen. • Trek indien nodig de spaken aan. 10 * Banden • • • • √ √ √ √ Controleer op slijtage en beschadigingen. Vervang indien nodig. Controleer de bandspanning.
U5VKD1D0.book Page 4 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES KILOMETERSTAND (× 1000 km) NR. ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1 20 * Relaisarm achterwielophanging en scharnierpunten verbindingsarm 20 30 40 √ √ √ √ 21 * Brandstofinjectie • Stel het stationair toerental af. √ √ √ √ √ √ 22 Motorolie • Verversen. • Controleer het olieniveau en controleer de machine op olielekkage. √ √ √ √ √ √ 23 Oliefilterelement • Vervangen.
U5VKD1D0.book Page 5 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAUM1890 OPMERKING: ● Vervang het luchtfilterelement vaker als u in zeer stoffige of vochtige gebieden rijdt. ● Hydraulisch remsysteem • Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij. • Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdremcilinder worden vervangen en de remvloeistof worden ververst.
U5VKD1D0.book Page 6 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU18712 Stroomlijn- en framepanelen verwijderen en aanbrengen XT660X XT660X 1 Bij het uitvoeren van sommige onderhoudswerkzaamheden beschreven in dit hoofdstuk moeten de afgebeelde stroomlijn- en framepanelen worden verwijderd. Neem deze paragraaf door wanneer een stroomlijn- of framepaneel moet worden verwijderd of aangebracht. XT660R 1 1. Stroomlijnpaneel A 1. Paneel A XT660R XT660R 1. Paneel A 1.
U5VKD1D0.book Page 7 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES XT660X XT660R 2 1 1. Stroomlijnpaneel B 2. Paneel B 1. Bescherming 2. Lip stroomlijnpaneel 3. Steun 1. Bout XT660X 1 DAUM1682 Stroomlijnpaneel A Verwijderen van stroomlijnpaneel Verwijder de bouten en afstandsringen en trek dan het stroomlijnpaneel omhoog om dit te verwijderen. 2. Plaats het stroomlijnpaneel in de oorspronkelijke positie en breng dan de bouten en afstandsringen aan.
U5VKD1D0.book Page 8 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAUM2130 Stroomlijnpaneel B (XT660X) 1. Bout 2. Snelsluitschroef Verwijderen van stroomlijnpaneel 1. Verwijder het zadel en het paneel B. (Zie pagina’s 3-11 en 6-6.) 2. Verwijder de bouten en verwijder dan de snelsluitschroef door deze een kwartslag linksom te draaien. 3. Trek het stroomlijnpaneel los bij het aangegeven gedeelte. 2. Monteer het paneel. 3. Breng het zadel aan.
U5VKD1D0.book Page 9 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAUM1710 Paneel B Verwijderen van het paneel 1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-11.) 2. Verwijder de bout en trek het paneel dan los bij de aangegeven gedeelten. 1. Bout 2. Afstandsring Aanbrengen van het paneel 1. Plaats het paneel in de oorspronkelijke positie, monteer de afstandsring en breng dan de bouten aan. 2. Breng het zadel aan. 6 1. Bout Aanbrengen van het paneel 1.
U5VKD1D0.book Page 10 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU19603 Voorgeschreven bougie: NGK/CR7E Controleren van de bougie De bougie is een belangrijk motoronderdeel dat gemakkelijk te controleren is. Door hitte en aanslag slijten bougies op de lange duur. Daarom moeten bougies worden verwijderd en gecontroleerd volgens het periodieke onderhouds- en smeerschema. Bovendien kan aan het uiterlijk van de bougie de conditie van de motor worden afgelezen.
U5VKD1D0.book Page 11 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES Aanhaalmoment: Bougie: 12.5 Nm (1.25 m·kgf, 9.0 ft·lbf) OPMERKING: Als geen momentsleutel beschikbaar is, wordt de bougie correct vastgezet door handvast te zetten en dan nog 1/4–1/2 slag verder te draaien. De bougie moet echter zo snel mogelijk naar het juiste aanhaalmoment worden aangedraaid. 4. Installeer de bougiedop.
U5VKD1D0.book Page 12 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES gelegenheid voldoende af te koelen voordat de oliereservoirdop wordt verwijderd. 4. Als de motorolie beneden de merkstreep voor minimumniveau staat, vul dan voldoende olie, van de aanbevolen soort, bij tot het correcte niveau. 5. Breng de olievuldop aan. 6 Om de motorolie te verversen (met of zonder vervanging oliefilterelement) 1. Start de motor, laat hem een paar minuten warmdraaien en zet hem dan uit. 2.
U5VKD1D0.book Page 13 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES Aanhaalmomenten: Bevestigingsbout oliefilterdeksel: 10 Nm (1.0 m·kgf, 7.2 ft·lbf) Aftapbout oliefilterelement: 10 Nm (1.0 m·kgf, 7.2 ft·lbf) OPMERKING: Zorg dat de o-ringen correct aanliggen. 10. Breng de olieaftappluggen aan en zet deze dan vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. volgens de motor, geef vijf of zes keer flink gas, zet de motor weer uit en vul dan de rest van de motorolie bij.
U5VKD1D0.book Page 14 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU20070 DCA10471 Koelvloeistof LET OP: Voor iedere rit moet het koelvloeistofniveau worden gecontroleerd. Ook moet de koelvloeistof worden ververst volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. ● Als er geen koelvloeistof voorhan- DAUM1722 Controleren van het koelvloeistofniveau 1. Zet de machine op een vlakke ondergrond en houd deze rechtop.
U5VKD1D0.book Page 15 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES OPMERKING: ● De radiatorkoelvin schakelt automa- tisch aan of uit, afhankelijk van de temperatuur van de koelvloeistof in de koelvloeistofradiator. ● Als de motor oververhit raakt, staan op pagina 6-40 nadere instructies vermeld. DAUM1802 Verversen van de koelvloeistof 1. Zet de machine op een vlakke ondergrond en laat het motorblok indien nodig afkoelen. 2. Verwijder het zadel en het paneel B.
U5VKD1D0.book Page 16 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES 11. Breng de aftapplug voor koelvloeistof aan en zet deze dan vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. OPMERKING: Controleer of de onderlegring beschadigd is en vervang indien nodig. Aanhaalmoment: Aftapplug koelvloeistof: 11 Nm (1.1 m·kgf, 8.0 ft·lbf) 12. Giet de voorgeschreven hoeveelheid van de gespecificeerde koelvloeistof in de koelvloeistofradiator en in het reservoir.
U5VKD1D0.book Page 17 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAUM1833 Vervangen van het luchtfilterelement en reinigen van de aftapslang 4. Trek het luchtfilterelement los. 5. Breng een nieuw luchtfilterelement aan in het luchtfilterhuis zoals getoond. Reinigen van de luchtfilteraftapslang 1. Controleer of zich in de aftapslang aan de zijkant van het luchtfilterhuis water of vuil heeft verzameld.
U5VKD1D0.book Page 18 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAUM1910 DAU21381 Afstellen van het stationair toerental Controleren van de vrije slag gaskabel Het stationair toerental moet als volgt worden gecontroleerd en eventueel afgesteld volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. De motor moet warm zijn om deze afstelling te verrichten. OPMERKING: ● De motor is voldoende warm als deze snel reageert op de gasbediening.
U5VKD1D0.book Page 19 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU21640 Banden Let ten aanzien van de voorgeschreven banden op het volgende voor een optimale prestatie, levensduur en veilige werking van uw motorfiets. Bandspanning De bandspanning moet voor elke rit worden gecontroleerd en indien nodig worden bijgesteld.
U5VKD1D0.book Page 20 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES Inspectie van banden Bandeninformatie De banden aan deze motorfiets zijn voorzien van binnenbanden. DWA10460 WAARSCHUWING ● De banden op de voor- en achter- 1. Wang van band 2. Bandprofieldiepte 6 Voor elke rit moeten de banden worden gecontroleerd.
U5VKD1D0.book Page 21 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DWA10570 WAARSCHUWING ● Laat sterk versleten banden door een Yamaha dealer vervangen. Rijden op een motor met versleten banden is niet alleen verboden, maar dit heeft ook een averechts effect op de rijstabiliteit, waardoor u de macht over het stuur zou kunnen verliezen.
U5VKD1D0.book Page 22 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU22270 OPMERKING: Remlichtschakelaar afstellen Als de voorgeschreven vrije slag van de koppelingshendel werd gehaald zoals hierboven beschreven, zet dan de borgmoer vast en sla de rest van de afstelprocedure over; zo niet, ga dan als volgt verder.
U5VKD1D0.book Page 23 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES vrijwel zijn verdwenen, vraag dan een Yamaha dealer de remblokken als set te vervangen. DAU22500 DAU22580 Controleren van remvloeistofniveau Voorrem Remblokken achterrem 1. Merkstreep minimumniveau 1. Remvoeringdikte Achterrem Controleer elk achterremblok op schade en meet de remvoeringsdikte. Als een remblok beschadigd is of als de remvoeringsdikte minder is dan 1.0 mm (0.
U5VKD1D0.book Page 24 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES kookpunt van de remvloeistof aanzienlijk verlagen zodat dampbelvorming kan optreden. ● Remvloeistof kan gelakte of kunststof onderdelen aantasten. Veeg gemorste remvloeistof steeds direct af. ● Naarmate de remblokken afslijten, zal het remvloeistofniveau geleidelijk verder dalen. Vraag echter wel een Yamaha dealer om een inspectie als het remvloeistofniveau plotseling sterk is gedaald.
U5VKD1D0.book Page 25 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES OPMERKING: Gebruik voor een goede wieluitlijning de uitlijnmerktekens aan beide zijden van de achterbrug, om zeker te zijn dat beide stelmoeren dezelfde positie hebben. 3. Draai de borgmoeren vast en zet dan de wielasmoer vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. Aanhaalmoment: Borgmoer: 16 Nm (1.6 m·kgf, 11 ft·lbf) Wielasmoer: 104 Nm (10.4 m·kgf, 75 ft·lbf) DAU34311 1. 2. 3. 4.
U5VKD1D0.book Page 26 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES Aanhaalmomenten: Borgmoer: 16 Nm (1.6 m·kgf, 11 ft·lbf) Wielasmoer: 104 Nm (10.4 m·kgf, 75 ft·lbf) DAU23022 Reinigen en smeren van de aandrijfketting De aandrijfketting moet worden gereinigd en gesmeerd volgens de intervalperioden zoals voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema, anders zal de ketting snel slijten, met name in vochtige of stoffige gebieden. Onderhoud de ketting als volgt.
U5VKD1D0.book Page 27 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU23100 DAU23111 Controleren en smeren van kabels Controleren en smeren van gasgreep en gaskabel De werking van alle bedieningskabels en de conditie van alle kabels moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en de kabel en kabeleinden moeten indien nodig worden gesmeerd. Vraag een Yamaha dealer een kabel te controleren of te vervangen wanneer deze is beschadigd of niet soepel beweegt.
U5VKD1D0.book Page 28 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES Aanbevolen smeermiddel: Lithiumvet (universeel vet) 6 DAU23180 Smeren van het rempedaal De werking van het rempedaal moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en het pedaalscharnierpunt moet indien nodig worden gesmeerd.
U5VKD1D0.book Page 29 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU23271 DAU23280 Voorvork controleren Controle van stuursysteem De conditie en de werking van de voorvork moeten als volgt worden gecontroleerd volgens de intervalperioden voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Losse of versleten balhoofdlagers kunnen gevaarlijk zijn.
U5VKD1D0.book Page 30 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU23290 DAUM1730 Controleren van wiellagers Accu De voor- en achterwiellagers moeten worden gecontroleerd volgens de intervalperioden voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Als de wielnaaf speling vertoont of het wiel niet soepel draait, vraag dan een Yamaha dealer de wiellagers te controleren.
U5VKD1D0.book Page 31 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES accu’s. Voer als volgt EERSTE HULP uit als er lichamelijk contact is geweest met elektrolyt. • UITWENDIG: Spoel overvloedig met water. • INWENDIG: Drink grote hoeveelheden water of melk en roep direct de hulp in van een arts. • OGEN: Spoel gedurende 15 minuten met water en roep direct medische hulp in. ● Accu’s produceren het explosieve waterstofgas. Houd daarom vonken, open vuur, sigaretten e.d.
U5VKD1D0.book Page 32 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES 6 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Zekeringenkastje 1 Zekering signaleringssysteem Koplampzekering Zekering ontstekingssysteem Zekering brandstofinjectiesysteem Zekering radiatorkoelvin Backup-zekering (voor kilometerteller, klok en startblokkeersysteem) 8. Zekering parkeerlichten 9. Zekeringenkastje 2 10.Reservezekering Vervang een zekering als volgt als deze is doorgebrand. 1.
U5VKD1D0.book Page 33 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES ontreinigingen en vingerafdrukken op het gloeilampglas weg met een doekje gedrenkt in alcohol of thinner. DAUM1750 Koplampgloeilamp vervangen De koplamp op dit model heeft een halogeen gloeilamp. Vervang de koplampgloeilamp als volgt als deze is doorgebrand. 1. Verwijder stroomlijnpaneel A samen met de koplampunit. (Zie pagina 6-6.) 2. Maak de koplampstekker los en verwijder dan de gloeilampkap. 1.
U5VKD1D0.book Page 34 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU24281 Een richtingaanwijzergloeilamp of de gloeilamp in remlicht/achterlicht vervangen 1. Verwijder de lamplens door de schroeven te verwijderen. 2. Verwijder de defecte gloeilamp door deze in te drukken en linksom te draaien. 3. Breng een nieuwe gloeilamp aan in de fitting, druk de lamp aan en draai rechtsom tot hij stuit. 4. Monteer de lamplens door de schroeven aan te brengen.
U5VKD1D0.book Page 35 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU24350 Ondersteunen van de motorfiets Dit model is niet voorzien van een middenbok, neem daarom de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het verwijderen van het voor- en achterwiel of bij het uitvoeren van ander onderhoud waarbij de motorfiets rechtop moet staan. Controleer of de motorfiets stabiel en horizontaal staat alvorens onderhoud te verrichten.
U5VKD1D0.book Page 36 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DCA11070 LET OP: Bekrachtig de rem niet terwijl het wiel samen met de remschijf is verwijderd, anders komen de remblokken tegen elkaar. 4. Trek de wielas uit en verwijder dan het wiel. 8. Zet de remklauwbouten vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. Aanhaalmomenten: Wielas: 59 Nm (5.9 m·kgf, 43 ft·lbf) Klembout voorwielas: 18 Nm (1.8 m·kgf, 13 ft·lbf) Remklauwbout: 40 Nm (4.
U5VKD1D0.book Page 37 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES XT660X XT660X 5 4 (a) 1 1. Bout 2. Kettingbeschermer 2. Draai de wielasmoer los. XT660R 1. 2. 3. 4. 5. Wielasmoer Stelmoer spanning aandrijfketting Borgmoer Remklauwsteun Remklauw 1. 2. 3. 4. 5. 2 3 Wielasmoer Stelbout spanning aandrijfketting Borgmoer Remklauwsteun Remklauw 3. Licht het achterwiel van de grond volgens de werkwijze op pagina 6-35. 4.
U5VKD1D0.book Page 38 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES ● Controleer of de aanslag op de achter- brug in de sleuf in de remklauwsteun valt. ● Kijk of er voldoende afstand tussen de remblokken is voordat u het wiel aanbrengt. 1. Remklauw 2. Remschijf DAUM2140 6 Aanbrengen van het achterwiel 1. Breng de aandrijfketting aan op het achtertandwiel. 2. Monteer het wiel, de onderlegring(en) en de remklauwsteun door de wielas vanaf de linkerzijde in te steken.
U5VKD1D0.book Page 39 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU25870 Problemen oplossen Yamaha motorfietsen ondergaan een grondige inspectie voordat ze vanaf de fabriek op transport gaan, maar tijdens gebruik kunnen toch storingen optreden. Problemen in de brandstof-, compressie- of ontstekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de oorzaak zijn van slecht starten of een afname in motorvermogen.
U5VKD1D0.book Page 40 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES DAU25921 Storingzoekschema’s Startproblemen of slechte werking van de motor DWA10840 WAARSCHUWING Houd open vuur uit de buurt en rook niet terwijl het brandstofsysteem wordt getest of hieraan wordt gewerkt. 1. Brandstof Controleer het brandstofniveau in de brandstoftank. Er is voldoende brandstof aanwezig. Controleer de compressie. Er is geen brandstof aanwezig. Vul brandstof bij. De motor start niet.
U5VKD1D0.book Page 41 Friday, July 21, 2006 9:15 AM PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES Oververhitte motor DWA10400 WAARSCHUWING ● Verwijder de koelvloeistofradiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof en stoom kan naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS DAU26001 Verzorging De open constructie van een motorfiets maakt de fraaie techniek beter zichtbaar, maar de machine is hierdoor ook meer kwetsbaar. Er kan sprake zijn van roestvorming en corrosie, ook al zijn hoogwaardige componenten gebruikt. Een roestige uitlaatpijp valt bij een auto niet zo op, bij een motorfiets is dit echter nadelig voor de algehele aanblik.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS Na normaal gebruik Verwijder vuil met warm water, zachte zeep en een zachte, schone spons en spoel dan grondig met schoon water. Gebruik een tandenborstel of een flessenborstel op moeilijk bereikbare plekken. Hardnekkig vastzittend vuil en insectenresten laten gemakkelijker los als de bewuste plek alvorens te reinigen een paar minuten met een vochtige doek wordt bedekt.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS DAUM1900 OPMERKING: Vraag een Yamaha dealer om advies over de te gebruiken producten. Stalling Korte termijn Stal uw motorfiets steeds op een koele en droge plek en bescherm indien nodig tegen stof met een luchtdoorlatende stallinghoes.
U5VKD1D0.book Page 4 Friday, July 21, 2006 9:15 AM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS 4. Smeer alle bedieningskabels en scharnierpunten van alle hendels en pedalen en van de zijstandaard/middenbok. 5. Controleer de bandspanning en corrigeer deze indien nodig en breng dan de motorfiets omhoog, zodat beide wielen los van de grond zijn. Een andere mogelijkheid is de wielen elke maand iets te draaien, zodat de banden niet op één gedeelte sterker achteruitgaan. 6.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM SPECIFICATIES Afmetingen: Totale lengte: XT660R 2240 mm (88.2 in) XT660X 2175 mm (85.6 in) Totale breedte: XT660R 845 mm (33.3 in) XT660X 860 mm (33.9 in) Totale hoogte: XT660R 1230 mm (48.4 in) XT660X 1170 mm (46.1 in) Zadelhoogte: XT660R 865 mm (34.1 in) XT660X 875 mm (34.4 in) Wielbasis: XT660R 1505 mm (59.3 in) XT660X 1490 mm (58.7 in) Grondspeling: XT660R 210 mm (8.27 in) XT660X 205 mm (8.07 in) Kleinste draaicirkel: 2400 mm (94.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM SPECIFICATIES Bediening: Bediening met linkervoet Overbrengingsverhoudingen: 1e: 30/12 (2.500) 2e: 26/16 (1.625) 3e: 23/20 (1.150) 4e: 20/22 (0.909) 5e: 20/26 (0.769) Chassis: Type frame: Diamantframe Spoorhoek: XT660R 27.25 graad XT660X 26.00 graad Naspoor: XT660R 107.0 mm (4.21 in) XT660X 94.0 mm (3.
U5VKD1D0.book Page 3 Friday, July 21, 2006 9:15 AM SPECIFICATIES Aanbevolen remvloeistof: DOT 4 Achterrem: Type: Enkele schijfrem Bediening: Bediening met rechtervoet Aanbevolen remvloeistof: DOT 4 Voorwielophanging: Type: Telescoopvork Veer/schokdempertype: Schroefveer/oliedemper Veerweg: XT660R 225.0 mm (8.86 in) XT660X 200.0 mm (7.87 in) Achterwielophanging: 8 Type: Achterbrug (monocross) Veer/schokdempertype: Schroefveer/gas-oliedemper Veerweg: XT660R 200.0 mm (7.87 in) XT660X 191.0 mm (7.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM GEBRUIKERSINFORMATIE DAU26351 DAU26381 DAU26410 Sleutelnummer Voertuigidentificatienummer 1. Voertuigidentificatienummer VOERTUIGIDENTIFICATIE NUMMER: 1. Sleutelnummer 2. Codeersleutel (rood bovendeel) 3. Standaardsleutels (zwart bovendeel) MODELINFORMATIESTICKER: Het sleutelnummer is ingeslagen op het sleutelplaatje. Noteer dit nummer in het daartoe bestemde vakje en gebruik dit als referentie bij het bestellen van een nieuwe sleutel.
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM GEBRUIKERSINFORMATIE DAU26540 Modelinformatiesticker 1. Modelinformatiesticker De modelinformatiesticker is onder het zadel bevestigd aan het frame. (Zie pagina 3-11.) Noteer de informatie op deze sticker in het daartoe bestemde vakje. Deze informatie is nodig om reserve-onderdelen te bestellen bij een Yamaha dealer.
U5VKD1D0.book Page 1 Friday, July 21, 2006 9:15 AM INDEX A Aandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-26 Accu...................................................... 6-30 Afstelling remlichtschakelaar ................ 6-22 Antidiefstal-alarmsysteem (optie) ........... 3-6 B Banden ................................................. 6-19 Bougie, controleren .............................. 6-10 Brandstof .............................................. 3-10 Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ...............
U5VKD1D0.book Page 2 Friday, July 21, 2006 9:15 AM INDEX W Waarschuwingslampje brandstofniveau .................................... 3-4 Waarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur ...................... 3-4 Waarschuwingslampje motorstoring ....... 3-4 Wiel (achter).......................................... 6-36 Wielen ................................................... 6-21 Wiellagers controleren .......................... 6-30 Wiel (voor)............................................. 6-35 Z Zadel .......
U5VKD1D0.
YAMAHA MOTOR CO., LTD. PRINTED IN THE NETHERLANDS 2006.