Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM DAU50920 Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken. Deze handleiding dient bij de machine te blijven als deze wordt verkocht. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM INLEIDING DAU10102 Welkom in de wereld van Yamaha! Als eigenaar van de XVS950A profiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van het ontwerpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven. Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw XVS950A.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU10132 Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen: Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of overlijden te voorkomen.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU36390 XVS950A HANDLEIDING ©2011 door Yamaha Motor Co., Ltd. 1e uitgave, april 2011 Alle rechten voorbehouden. Elke vorm van herdruk of onbevoegd gebruik zonder schriftelijke toestemming van Yamaha Motor Co., Ltd. is uitdrukkelijk verboden. Gedrukt in Nederland.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM INHOUDSOPGAVE VEILIGHEIDSINFORMATIE ..............1-1 BESCHRIJVING ................................2-1 Aanzicht linkerzijde..........................2-1 Aanzicht rechterzijde .......................2-2 Bedieningen en instrumenten..........2-3 FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN .............................3-1 Startblokkeersysteem .....................3-1 Contactslot/stuurslot .......................3-2 Controle- en waarschuwingslampjes ...............
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM INHOUDSOPGAVE Gloeilamp in remlicht/achterlicht vervangen .................................6-29 Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen .................................6-30 Gloeilamp kentekenverlichting vervangen .................................6-31 Parkeerlichtgloeilamp vervangen .................................6-32 Ondersteunen van de motorfiets ..................................6-32 Problemen oplossen .....................6-33 Storingzoekschema .....
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VEILIGHEIDSINFORMATIE DAU10289 1 Wees een verantwoordelijke eigenaar Als eigenaar van de machine bent u verantwoordelijk voor de veilige en juiste bediening ervan. Motorfietsen zijn tweewielige voertuigen. Voor een veilig gebruik zijn de toepassing van de juiste rijtechnieken en de ervaring van de bestuurder van belang. Elke bestuurder moet bekend zijn met de volgende vereisten alvorens met deze motorfiets te gaan rijden.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VEILIGHEIDSINFORMATIE snelheid aan of gaan onvoldoende schuinliggen voor de rijsnelheid, waardoor ze wijd uit de bocht komen. • Neem altijd de maximumsnelheid in acht en rijd nooit sneller dan de wegcondities en het verkeer toestaan. • Geef altijd richting aan voordat u afslaat of van rijstrook wisselt. Zorg dat andere weggebruikers u kunnen zien. ● De zithouding van de bestuurder en de passagier is belangrijk voor een goede besturing.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VEILIGHEIDSINFORMATIE ● Laat de motor niet draaien in slecht ge- 1 ventileerde of deels afgesloten ruimtes zoals schuren of garages. ● Laat de motor niet buiten draaien op plaatsen waar de uitlaatgassen in een gebouw kunnen worden getrokken via openingen zoals ramen en deuren.
U26PD3D0.book Page 4 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VEILIGHEIDSINFORMATIE veiligheidsrisico’s voor uzelf of anderen. Het monteren van in de handel verkrijgbare producten of het verrichten van aanpassingen die de ontwerp- of bedieningskenmerken van uw machine wijzigen kan het risico op ernstig letsel of overlijden van uzelf of anderen vergroten. U bent verantwoordelijk voor letsel dat voortvloeit uit wijzigingen aan de machine.
U26PD3D0.book Page 5 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VEILIGHEIDSINFORMATIE 1 om te voorkomen dat deze tijdens het transport schuurplekken op de lak veroorzaken. ● Zorg indien mogelijk dat de vering iets door de spanbanden wordt ingedrukt, zodat de motorfiets tijdens het transport niet overmatig kan stuiteren.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM BESCHRIJVING DAU10410 Aanzicht linkerzijde 1 2,3,4 5 6 2 10 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 8 9 Koplamp (pagina 6-28) Hoofdzekering (pagina 6-27) Zekeringenkastje (pagina 6-27) Zekering brandstofinjectiesysteem (pagina 6-27) Boordgereedschapsset (pagina 6-2) Helmbevestiging (pagina 3-15) Stelring voor veervoorspanning schokdemperunit (pagina 3-15) Olieaftapplug (pagina 6-9) 7 9. Schakelpedaal (pagina 3-10) 10.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM BESCHRIJVING DAU10420 Aanzicht rechterzijde 1 2 3 4 5 6 2 10 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Kentekenverlichting (pagina 6-31) Remlicht/achterlicht (pagina 6-29) Accu (pagina 6-25) Zadelslot (pagina 3-14) Luchtfilterelement (pagina 6-12) Tankdop (pagina 3-11) Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-18) Oliefilterpatroon (pagina 6-9) 9 8 7 9. Remlichtschakelaar (pagina 6-17) 10.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM BESCHRIJVING DAU10430 Bedieningen en instrumenten 1 2 3 4 5 6 7 8 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10977 Startblokkeersysteem 3 1. Codeersleutel (rood bovendeel) 2. Standaardsleutels (zwart bovendeel) Dit voertuig is voorzien van een startblokkeersysteem waarmee diefstal kan worden bemoeilijkt door de codering van de standaardsleutels te wijzigen.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU10472 Contactslot/stuurslot OFF ON parkeerlicht gaan branden en de motor kan worden gestart. De sleutel kan niet worden uitgenomen. Om het stuur te vergrendelen 1 2 OPMERKING De koplamp gaat automatisch branden als de motor wordt gestart en blijft aan totdat de sleutel naar “OFF” wordt gedraaid, zelfs als de motor afslaat.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Om het stuur te ontgrendelen DCA11020 LET OP 1 2 Gebruik de parkeerstand niet gedurende langere tijd, anders kan de accu ontladen raken. DAU49391 Controle- en waarschuwingslampjes 3 7 1 6 2 5 3 4 1. Drukken. 2. Draaien. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Druk de sleutel in en draai deze dan naar “OFF”. Houd de sleutel hierbij ingedrukt.
U26PD3D0.book Page 4 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU11080 Controlelampje grootlicht “ ” Dit controlelampje brandt terwijl de koplamp is ingeschakeld voor grootlicht. DAU11254 Waarschuwingslampje olieniveau “ ” Dit waarschuwingslampje gaat branden als het motorolieniveau laag is. Het elektrisch circuit voor het waarschuwingslampje controleert u door de sleutel naar “ON” te draaien. Het waarschuwingslampje moet enkele seconden oplichten en dan uitgaan.
U26PD3D0.book Page 5 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU38624 3 Controlelampje startblokkering Het elektrisch circuit voor het controlelampje kan worden gecontroleerd door de sleutel naar “ON” te draaien. Het controlelampje moet enkele seconden oplichten en dan uitgaan. Licht het controlelampje niet meteen op wanneer u de sleutel naar “ON” draait of blijft het lampje branden, laat het elektrisch circuit dan door een Yamaha dealer controleren.
U26PD3D0.book Page 6 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN Snelheidsmeter Kilometerteller, rittellers, ritteller voor brandstofreserve en klok 1 Om een ritteller op nul terug te stellen, selecteert u deze door op de toets “SELECT” te drukken en houdt u daarna de “RESET” minstens één seconde lang ingedrukt.
U26PD3D0.book Page 7 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN 4. Druk op de “RESET”-knop om de minuten in te stellen. 5. Druk op de “SELECT”-toets en laat deze dan los om de klok te starten. Zelfdiagnosesysteem Het zelfdiagnosesysteem detecteert ook storingen in de circuits van het startblokkeersysteem. Als in de circuits van het startblokkeersysteem een storing wordt gedetecteerd, gaat het controlelampje startblokkering knipperen en geeft het display een foutcode weer.
U26PD3D0.book Page 8 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN 3. Draai de sleutel naar “ON”, wacht vijf seconden en laat dan de “SELECT”toets los. 4. Stel de helderheid van het paneel voor de multifunctionele meter in door op de “SELECT”-knop te drukken. 5. Druk op de toets “RESET”. Het kilometerteller/ritteller/klok-display keert terug naar de vorige weergavemodus. DAU12348 Stuurschakelaars Rechts Links 2 1 1 5 3 4 1. 2. 3. 4.
U26PD3D0.book Page 9 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN terug naar de middenstand. Om de richtingaanwijzers uit te schakelen wordt de schakelaar ingedrukt nadat hij is teruggekeerd in de middenstand. DAU12500 3 Claxonschakelaar “ ” Druk deze schakelaar in om een claxonsignaal te geven. DAU12660 Noodstopschakelaar “ / ” Zet deze schakelaar voor u de motor start op “ ”.
U26PD3D0.book Page 10 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12820 Koppelingshendel 1 DAU12881 Schakelpedaal 5 4 3 2 DAU12890 Remhendel 1 2 N 1 3 1 1. Koppelingshendel De koppelingshendel bevindt zich aan de linkerstuurgreep. Trek de hendel naar het stuur toe om de koppeling te ontkoppelen. Laat de hendel los om de koppeling te laten aangrijpen. Voor een soepele werking van de koppeling moet de hendel snel ingetrokken worden en langzaam worden losgelaten.
U26PD3D0.book Page 11 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU12941 Rempedaal DAU13122 Tankdop 3 1 2. Draai de sleutel linksom naar de oorspronkelijke positie, neem hem uit en sluit dan het slotplaatje. OPMERKING 2 4 3 1 De tankdop kan alleen worden aangebracht met de sleutel in het slot. Bovendien kan de sleutel niet worden uitgenomen als de tankdop niet correct aangebracht en vergrendeld is. DWA10131 1.
U26PD3D0.book Page 12 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN terechtkomt, was deze dan af met water en zeep. Als u benzine op uw kleding morst, trek dan andere kleding aan. DAU13221 Brandstof Controleer of er voldoende brandstof in de brandstoftank aanwezig is. 2 1 DWA10881 WAARSCHUWING Benzine en benzinedampen zijn zeer brandbaar. Volg de onderstaande instructies om brand en ontploffing te voorkomen en het letselrisico tijdens het tanken te verlagen. 1.
U26PD3D0.book Page 13 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN vrije benzine te gebruiken gaan bougies langer mee en blijven de onderhoudskosten beperkt. DAU39451 Tankbeluchtingsslang/overloopslang DAU13433 Uitlaatkatalysator Dit model is uitgerust met een uitlaatkatalysator. DWA10862 WAARSCHUWING 1 3 1. Tankbeluchtingsslang/overloopslang Alvorens de motorfiets te gebruiken: ● Controleer de aansluiting van de tankbeluchtingsslang/overloopslang.
U26PD3D0.book Page 14 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DCA10701 DAU42751 LET OP Bestuurderszadel Gebruik uitsluitend loodvrije benzine. Bij gebruik van loodhoudende benzine zal onherstelbare schade worden toegebracht aan de uitlaatkatalysator. Verwijderen van het bestuurderszadel 1. Steek de sleutel in het zadelslot en draai linksom. 2 1 3 2 1 1. Uitsteeksel 2. Bestuurderszadelbevestiging 2. Druk het zadel aan de voorzijde omlaag om te vergrendelen. 3.
U26PD3D0.book Page 15 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU14324 Helmbevestiging Om een helm los te maken van de helmbevestiging Verwijder het bestuurderszadel, neem de helm los van de helmbevestiging en breng het zadel weer aan. DAU48381 Schokdemperunit afstellen 1 1 3 2 1. Helmbevestiging 1. Paneel A 2. Stelring veervoorspanning De helmbevestiging bevindt zich onder het bestuurderszadel.
U26PD3D0.book Page 16 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN 1. Verwijder het paneel A. (Zie pagina 6-8.) 2. Draai om de veervoorspanning te verhogen en zo de vering stugger te maken de stelring in de richting (a). Draai om de veervoorspanning te verlagen en zo de vering zachter te maken de stelring in de richting (b). DWA10221 Zet de gewenste inkeping in de stelring tegenover de positie-indicator op de schokdemper. 3 5678 9 (a) 1 (b) 2 1. Speciale sleutel 2.
U26PD3D0.book Page 17 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN DAU15305 Zijstandaard De zijstandaard bevindt zich aan de linkerzijde van het frame. Trek of druk de zijstandaard met uw voet omhoog of omlaag terwijl u de machine rechtop houdt. laat het repareren door een Yamaha dealer als de werking niet naar behoren is.
U26PD3D0.book Page 18 Friday, June 3, 2011 4:56 PM FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN WAARSCHUWING Met de motor uit: 1. Beweeg de zijstandaard omlaag. 2. De motorstopknop moet in de stand “ ” staan. 3. Draai de sleutel naar aan. 4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. 5. Druk op de startknop. Start de motor? JA Als zich een storing voordoet, vraag dan alvorens te gaan rijden een Yamaha dealer het systeem te controleren. De vrijstandschakelaar werkt mogelijk niet goed.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN DAU15596 Inspecteer uw machine voor elk gebruik om te waarborgen dat deze in een veilige werkende staat is. Volg altijd de schema’s en procedures voor inspectie en onderhoud in de gebruikershandleiding. DWA11151 WAARSCHUWING Onvoldoende inspectie of onderhoud van de machine vergroot het risico op ongeval of schade. Rijd niet met de machine als u een probleem hebt gevonden.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN ITEM CONTROLES PAGINA Achterrem • Controleer de werking. • Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluchten. • Controleer de remblokken op slijtage. • Vervang indien nodig. • Controleer het vloeistofniveau in het reservoir. • Vul indien nodig het voorgeschreven type remvloeistof bij tot aan het voorgeschreven niveau.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES VOOR HET RIJDEN ITEM CONTROLES Instrumenten, verlichting, signaleringssysteem en schakelaars • Controleer de werking. • Corrigeer indien nodig. Zijstandaardschakelaar • Controleer de werking van het startspersysteem. • Als het systeem niet correct werkt, vraag dan een Yamaha dealer de machine te controleren.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU15951 DAU47150 DAU47233 Starten van de motor Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig door om u vertrouwd te maken met alle bedieningselementen. Als u de werking van een functie of bedieningselement niet begrijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uitleg.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE lelampje niet dooft, zie dan pagina 3-3 voor een controle van het circuit van het betreffende waarschuwings- of controlelampje. 5 2. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. Het vrijstandcontrolelampje moet gaan branden. Als dit niet gebeurt, vraag dan een Yamaha dealer het elektrische circuit na te kijken. 3. Start de motor door de startknop in te drukken.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU16810 Tips voor een zuinig brandstofverbruik Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om het brandstofverbruik te verlagen: ● Schakel snel en soepel door en vermijd hoge toerentallen terwijl u accelereert. ● Geef geen gas tijdens het terugschakelen en voorkom dat de motor onbelast met een hoog toerental draait.
U26PD3D0.book Page 4 Friday, June 3, 2011 4:56 PM GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DAU17213 Parkeren Zet om te parkeren de motor af en neem dan de sleutel uit het contactslot. DWA10311 WAARSCHUWING ● De motor en het uitlaatsysteem 5 kunnen zeer heet worden, parkeer dus op een plek waar voetgangers of kinderen niet gemakkelijk met deze onderdelen in aanraking kunnen komen en brandwonden kunnen oplopen.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU17244 DWA15122 DAU17302 WAARSCHUWING Door periodiek inspecties, afstellingen en smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u ervoor dat uw machine in zo veilig en efficiënt mogelijke conditie blijft. De eigenaar/bestuurder van de machine is verplicht de optimale veiligheid te waarborgen. Op de volgende pagina’s wordt de belangrijkste informatie met betrekking tot inspecties, afstellingen en smeerbeurten gegeven.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU17361 Boordgereedschapsset OPMERKING Laat een Yamaha dealer onderhoud verrichten als u niet beschikt over het gereedschap of de ervaring die voor bepaalde werkzaamheden vereist zijn. 1 1. Boordgereedschapsset 6 De boordgereedschapsset is te vinden onder het bestuurderszadel. (Zie pagina 3-14.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU46861 OPMERKING ● De jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve wanneer in plaats daarvan een onder- houdsbeurt op kilometerbasis of, voor Groot-Brittannië, op mijlbasis wordt verricht. ● Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi).
U26PD3D0.book Page 4 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU1770C Algemeen smeer- en onderhoudsschema KILOMETERSTAND NR. 1 2 ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) 10000 km (6000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) JAARLIJKSE CONTROLE √ Luchtfilterelement • Vervangen. Koppeling • Controleer de werking. • Afstellen. √ √ √ √ √ • Controleer de werking en het vloeistofniveau en controleer de machine op vloeistoflekkage.
U26PD3D0.book Page 5 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND NR. ITEM 8 * Wiellagers 9 * Achterbrug CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT 1000 km (600 mi) 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) • Controleer op speling of beschadigingen. √ √ √ √ • Controleer op een correcte werking en overmatige speling. √ √ √ √ • Smeren met lithiumvet.
U26PD3D0.book Page 6 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND NR. 18 * ITEM Zijstandaardschakelaar CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT • Controleer de werking. 1000 km (600 mi) 10000 km (6000 mi) 20000 km (12000 mi) 30000 km (18000 mi) 40000 km (24000 mi) JAARLIJKSE CONTROLE √ √ √ √ √ √ 19 * Voorvork • Controleer op een correcte werking en olielekkage. √ √ √ √ 20 * Schokdemperunit • Controleer op een correcte werking en olielekkage.
U26PD3D0.book Page 7 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18680 OPMERKING ● Luchtfilter • Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht, om het niet te beschadigen. • Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt. ● Hydraulisch remsysteem • Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij.
U26PD3D0.book Page 8 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18751 DAU19642 Het framepaneel verwijderen en aanbrengen Controleren van de bougies 1 Bij het uitvoeren van sommige onderhoudswerkzaamheden die in dit hoofdstuk worden beschreven, moet het afgebeelde paneel worden verwijderd. Neem deze paragraaf door telkens wanneer het paneel moet worden verwijderd of aangebracht. 1.
U26PD3D0.book Page 9 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Voordat een bougie wordt aangebracht moet de elektrodenafstand met een draadvoelmaat worden gemeten; breng indien nodig de elektrodenafstand op specificatie. verder te draaien. De bougie moet echter zo snel mogelijk naar het juiste aanhaalmoment worden aangedraaid. DAU47112 Motorolie en oliefilterpatroon Vóór iedere rit moet het motorolieniveau worden gecontroleerd.
U26PD3D0.book Page 10 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 6. Steek de peilstok in de vulopening en draai dan de olievuldop vast. 1 Om de motorolie te verversen (met of zonder vervanging van oliefilterpatroon) 1. Start de motor, laat deze een paar minuten warmdraaien en zet hem dan af. 2. Zet een olieopvangbak onder de motor om de gebruikte olie op te vangen. 3. Verwijder de olievuldop en de olieaftapplug met de pakking om de olie uit het carter te laten stromen. 1.
U26PD3D0.book Page 11 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanhaalmoment: Oliefilterpatroon: 17 Nm (1.7 m·kgf, 12 ft·lbf) 7. Monteer de olieaftapplug met een nieuwe pakking en zet de plug vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. Aanhaalmoment: Olieaftapplug: 43 Nm (4.3 m·kgf, 31 ft·lbf) 1. O-ring OPMERKING Zorg dat de o-ring correct aanligt. 6.
U26PD3D0.book Page 12 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DCA10401 LET OP Zet de motor direct af als het waarschuwingslampje olieniveau knippert of blijft branden en laat het voertuig controleren door een Yamaha dealer, zelfs als het olieniveau in orde is. 10. Zet de motor af en wacht een paar minuten tot de olie tot rust is gekomen. Controleer dan het olieniveau en corrigeer indien nodig.
U26PD3D0.book Page 13 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU21384 De vrije slag van de gasgreep controleren 1 DAU21401 DAU21565 Klepspeling Banden De klepspeling kan tijdens gebruik gaan afwijken, waardoor de lucht/brandstof-verhouding kan veranderen en/of het motorgeluid toeneemt. Om dit te voorkomen moet de klepspeling door een Yamaha dealer worden afgesteld volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema.
U26PD3D0.book Page 14 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Bandenspanning (gemeten op koude banden): 0–90 kg (0–198 lb): Voor: 225 kPa (2.25 kgf/cm², 33 psi) Achter: 250 kPa (2.50 kgf/cm², 36 psi) 90–210 kg (198–463 lb): Voor: 225 kPa (2.25 kgf/cm², 33 psi) Achter: 250 kPa (2.50 kgf/cm², 36 psi) Maximale belasting*: 210 kg (463 lb) * Totaal gewicht van bestuurder, passagier, bagage en accessoires 6 DWA10511 WAARSCHUWING Belaad uw machine nooit te zwaar.
U26PD3D0.book Page 15 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Voorband: Maat: 130/70-18M/C 63H Fabrikant/model: BRIDGESTONE/EXEDRA G721 J DUNLOP/D404F Achterband: Maat: 170/70B16M/C 75H Fabrikant/model: BRIDGESTONE/EXEDRA G722 J DUNLOP/K555 ● Rijd niet te snel direct na het verwis- selen van een band. Het bandoppervlak dient eerst te zijn ingereden voordat het zijn optimale eigenschappen verkrijgt.
U26PD3D0.book Page 16 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU50270 Vrije slag van koppelingshendel afstellen 3 2 4 1 (a) (b) OPMERKING Als de voorgeschreven vrije slag van de koppelingshendel wordt gehaald, zoals hierboven beschreven, kunt u de stappen 4–7 overslaan. 4. Draai de stelbout richting (a) om de koppelingskabel losser te stellen. 5. Schuif de rubber afdekkingen weg en draai de borgmoer los. 1 6 1. 2. 3. 4.
U26PD3D0.book Page 17 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU22093 Vrije slag van remhendel afstellen (b) 1 3 (a) 2 1. Borgmoer 2. Stelschroef vrije slag remhendel 3. Vrije slag remhendel De vrije slag van de remhendel dient 10.0– 15.0 mm (0.39–0.59 in) te bedragen, zoals weergegeven. Controleer de vrije slag van de remhendel regelmatig en stel deze indien nodig als volgt af. 1. Draai de borgmoer bij de remhendel los. 2.
U26PD3D0.book Page 18 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU22392 Controleren van voor- en achterremblokken De remblokken in de voor- en achterrem moeten worden gecontroleerd op slijtage volgens de intervalperioden voorgeschreven in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. vrijwel zijn verdwenen, vraag dan een Yamaha dealer de remblokken als set te vervangen.
U26PD3D0.book Page 19 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN ● Gebruik uitsluitend de aanbevolen Achterrem remvloeistof, anders kunnen de rubberafdichtingen beschadigd raken met lekkage tot gevolg. ● Vul bij met hetzelfde type remvloeistof. Toevoeging van een ander type remvloeistof dan DOT 4 kan resulteren in een schadelijke chemische reactie. ● Pas op en zorg dat tijdens bijvullen geen water het remvloeistofreservoir kan binnendringen.
U26PD3D0.book Page 20 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU22731 DAU23040 Remvloeistof verversen Doorbuiging aandrijfriem Vraag een Yamaha dealer de remvloeistof te verversen volgens de intervalperioden voorgeschreven onder OPMERKING in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Laat bovendien de oliekeerringen van de hoofdremcilinders, de remklauwen en de remslangen vervangen volgens de intervalperioden of wanneer ze lek of beschadigd zijn.
U26PD3D0.book Page 21 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 5. Als de riemdoorbuiging niet correct is, laat deze dan door een Yamaha dealer bijstellen. DAU23095 Kabels controleren en smeren De werking van alle bedieningskabels en de conditie van alle kabels moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en de kabel en kabeleinden moeten indien nodig worden gesmeerd.
U26PD3D0.book Page 22 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU44272 Controleren en smeren van remen schakelpedalen Aanbevolen smeermiddel: Lithiumvet DAU23142 Controleren en smeren van remen koppelingshendels Rempedaal Remhendel Schakelpedaal Koppelingshendel De werking van het rem- en het schakelpedaal moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en de pedaalscharnierpunten moeten indien nodig worden gesmeerd.
U26PD3D0.book Page 23 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanbevolen smeermiddelen: Remhendel: Siliconenvet Koppelingshendel: Lithiumvet DAU23202 DAUM1652 Zijstandaard controleren en smeren Achterbrugscharnierpunten smeren De werking van de zijstandaard moet voorafgaand aan elke rit worden gecontroleerd en het scharnierpunt en de metaal-op-metaal contactvlakken moeten indien nodig worden gesmeerd.
U26PD3D0.book Page 24 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23251 Smeren van de achterwielophanging DAU23272 Voorvork controleren De conditie en de werking van de voorvork moeten als volgt worden gecontroleerd volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. Om de conditie te controleren Controleer de binnenste vorkbuizen op krassen, beschadigingen en overmatige olielekkage.
U26PD3D0.book Page 25 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU23283 Stuursysteem controleren Losse of versleten balhoofdlagers kunnen gevaarlijk zijn. De werking van het stuursysteem moet als volgt worden gecontroleerd volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onderhoudsschema. 1. Plaats een standaard onder de motor zodat het voorwiel los is van de grond. (Zie pagina 6-32 voor meer informatie.
U26PD3D0.book Page 26 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 6 ogen altijd bij werkzaamheden nabij accu’s. Voer als volgt EERSTE HULP uit als er lichamelijk contact is geweest met elektrolyt. • UITWENDIG: Spoel overvloedig met water. • INWENDIG: Drink grote hoeveelheden water of melk en roep direct de hulp in van een arts. • OGEN: Spoel gedurende 15 minuten met water en roep direct medische hulp in. ● Accu’s produceren het explosieve waterstofgas.
U26PD3D0.book Page 27 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU47134 Zekeringen vervangen 1 De hoofdzekering, de zekering voor het elektronisch brandstofinjectiesysteem en het kastje met zekeringen voor afzonderlijke circuits bevinden zich onder het bestuurderszadel. (Zie pagina 3-14.) 1 1. 2. 3. 4. 2 3 4 Zekeringenkastje Hoofdzekering Zekering brandstofinjectiesysteem Reservezekering brandstofinjectiesysteem 1 6 2 3 4 5 1. 2. 3. 4.
U26PD3D0.book Page 28 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Voorgeschreven zekeringen: Hoofdzekering: 40.0 A Koplampzekering: 20.0 A Zekering signaleringssysteem: 10.0 A Zekering ontstekingssysteem: 15.0 A Zekering parkeerlichtcircuit: 10.0 A Zekering brandstofinjectiesysteem: 10.0 A Backup-zekering: 10.0 A 6 3. Draai de contactsleutel naar “ON” en schakel het betreffende elektrische circuit in om te zien of de apparatuur werkt. 4.
U26PD3D0.book Page 29 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU24133 OPMERKING 1 Zorg er bij het aanbrengen van de gloeilampkap voor dat “TOP” naar boven wijst. 1 2 Gloeilamp in remlicht/achterlicht vervangen 1. Verwijder de lamplens van het remlicht/achterlicht door de schroeven los te draaien. TOP 1. Koplampstekker 2. Gloeilampkap 1 3. Haak de gloeilamphouder los en verwijder dan de defecte gloeilamp. 1. Merkteken “TOP” 1 6.
U26PD3D0.book Page 30 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU24212 Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen 1 1. Verwijder de lamplens van de richtingaanwijzer door de schroeven los te halen. 1. Gloeilamp remlicht/achterlicht 6 3. Plaats een nieuwe gloeilamp in de fitting, druk deze in en draai rechtsom tot hij stuit. 4. Monteer de lamplens door de schroeven aan te brengen. LET OP: Draai de schroeven niet te vast, hierdoor kan de lens breken. [DCA10681] 2 1 1.
U26PD3D0.book Page 31 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU24324 Gloeilamp kentekenverlichting vervangen 1. Verwijder de kentekenverlichting door de moeren, onderlegringen en dempingrubbers te verwijderen. 2 1 6. Monteer de kentekenverlichting door de dempingrubbers, onderlegringen en moeren weer aan te brengen. 1. Moer 2. Ring 3. Verwijder de defecte gloeilamp door deze uit te trekken. 1 2 3 1 2 3 6 1. Moer 2. Ring 3. Dempingrubber 2.
U26PD3D0.book Page 32 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU45224 DAU24350 Parkeerlichtgloeilamp vervangen Ondersteunen van de motorfiets Vervang een parkeerlichtgloeilamp als volgt als deze is doorgebrand. 1. Verwijder de koplampunit. (Zie pagina 6-28.) 2. Verwijder de parkeerlichtfitting (samen met de gloeilamp) door deze uit te trekken.
U26PD3D0.book Page 33 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU25851 Problemen oplossen Yamaha motorfietsen ondergaan een grondige inspectie voordat ze vanaf de fabriek op transport gaan, maar tijdens gebruik kunnen toch storingen optreden. Problemen in de brandstof-, compressie- of ontstekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de oorzaak zijn van slecht starten of een afname in motorvermogen.
U26PD3D0.book Page 34 Friday, June 3, 2011 4:56 PM PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU42602 Storingzoekschema 1. Brandstof Controleer het brandstofniveau in de brandstoftank. Er is voldoende brandstof aanwezig. Controleer de compressie. Er is geen brandstof aanwezig. Vul brandstof bij. De motor start niet. Controleer de compressie. 2. Compressie Er is compressie. Controleer de ontsteking. Er is geen compressie. Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS DAU37833 Matkleur, let op DAU26074 Verzorging DCA15192 LET OP Sommige modellen zijn uitgerust met matkleurige onderdelen. Raadpleeg een Yamaha dealer voor advies over wat voor producten gebruikt moeten worden om het voertuig te reinigen. Het gebruik van een borsteltje, chemische producten of reinigingsmiddelen tijdens het reinigen van deze onderdelen kan het oppervlak bekrassen of beschadigen.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS ● Gebruik geen bijtende chemische 7 reinigingsmiddelen op kunststof delen. Vermijd het gebruik van doeken of sponzen die in contact zijn geweest met bijtende of schurende reinigingsmiddelen, oplosmiddelen of thinner, brandstof (benzine), roestverwijderingsmiddelen of corrosieremmers, remvloeistof, antivries of elektrolyt.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS 4. Gebruik oliespray als universeel schoonmaakmiddel om nog achtergebleven vuil te verwijderen. 5. Werk kleine lakbeschadigingen door steenslag e.d. bij. 6. Zet alle gelakte en verchroomde oppervlakken in de was. Vermijd producten die zowel was als reinigingsmiddelen bevatten; vaak bevatten deze schuurdeeltjes die de lak of de beschermende deklaag aantasten. 7.
U26PD3D0.book Page 4 Friday, June 3, 2011 4:56 PM VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS 7 2. Vul de brandstoftank en voeg een stabilisatoradditief (indien verkrijgbaar) toe om roestvorming in de tank en achteruitgang van de brandstof te voorkomen. 3. Voer de volgende stappen uit om de cilinders, de zuigerveren etc. te beschermen tegen corrosie. a. Verwijder de bougiedoppen en de bougies. b. Giet een theelepel motorolie in elk bougiegat. c.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM SPECIFICATIES Afmetingen: Totale lengte: 2435 mm (95.9 in) Totale breedte: 1000 mm (39.4 in) Totale hoogte: 1080 mm (42.5 in) Zadelhoogte: 675 mm (26.6 in) Wielbasis: 1685 mm (66.3 in) Grondspeling: 145 mm (5.71 in) Kleinste draaicirkel: 3500 mm (137.
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM SPECIFICATIES 5e: 1.042 (25/24) Chassis: Type frame: Dubbel wiegframe Spoorhoek: 32.16 graad Naspoor: 145 mm (5.
U26PD3D0.book Page 3 Friday, June 3, 2011 4:56 PM SPECIFICATIES Gloeilampen voltage, wattage × aantal: Koplamp: 12 V, 60 W/55 W × 1 Achterlicht/remlicht unit: 12 V, 5.0 W/21.0 W × 1 Voorste richtingaanwijzer: 12 V, 21.0 W × 2 Achterste richtingaanwijzer: 12 V, 21.0 W × 2 Parkeerlicht: 12 V, 5.0 W × 1 Kentekenverlichting: 12 V, 5.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM GEBRUIKERSINFORMATIE DAU48612 Identificatienummers DAU26400 Voertuigidentificatienummer Noteer het voertuigidentificatienummer en de gegevens op de modelinformatiesticker in onderstaande ruimtes. Deze gegevens heeft u nodig om reserveonderdelen bij een Yamaha dealer te bestellen of wanneer uw voertuig is gestolen. DAU26470 Modelinformatiesticker 1 1 VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: MODELINFORMATIESTICKER: 1. Voertuigidentificatienummer 1.
U26PD3D0.book Page 1 Friday, June 3, 2011 4:56 PM INDEX A Accu...................................................... 6-25 Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-23 Achterwielophanging, smeren .............. 6-24 I K B Banden ................................................. 6-13 Bestuurderszadel.................................. 3-14 Bougies, controleren............................... 6-8 Brandstof .............................................. 3-12 Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ............
U26PD3D0.book Page 2 Friday, June 3, 2011 4:56 PM INDEX Voor- en achterremblokken controleren.......................................... 6-18 Voorvork, controleren............................ 6-24 Vrije slag van gasgreep, controleren .... 6-13 Vrijstandcontrolelampje........................... 3-3 W Waarschuwingslampje brandstofniveau .................................... 3-4 Waarschuwingslampje motorstoring ....... 3-4 Waarschuwingslampje olieniveau........... 3-4 Wielen ...................................
U26PD3D0.
PRINTED IN THE NETHERLANDS 2011.