Operation Manual
N
a
s
l
a
g
w
e
r
k
82 YPT-410 Gebruikershandleiding
De functies
Met 'Function' hebt u toegang tot een aantal gedetailleerde instrumentparameters voor
het stemmen, het instellen van het splitpunt en het aanpassen van de voices en
effecten. Kijk eens naar de functielijst op de volgende bladzijden. Er zijn in totaal 54
functieparameters.
Als u een functie vindt die u wilt instellen, selecteert u gewoon de displaynaam van de
functie (weergegeven rechts van de functienaam in de lijst) en past u de functie
vervolgens naar wens aan.
1
Zoek de functie die u wilt instellen in de
lijst die begint op pagina 83.
2
Druk op de knop [FUNCTION].
3
Selecteer een functie.
Druk het vereiste aantal keren op de knoppen
CATEGORY [ ] en [ ] totdat de displaynaam
van de functie in de display wordt
weergegeven.
4
Gebruik de draaiknop, de knoppen [+]
en [-] of de nummerknoppen [0]–[9] om
de geselecteerde functie naar wens in
te stellen.
De knoppen [+] en [-] worden gebruikt voor
AAN/UIT-instellingen: [+] = AAN, [-] = UIT.
In sommige gevallen wordt de knop [+]
gebruikt om de geselecteerde functie uit te
voeren en de knop [-] om de selectie te
annuleren.
Functie-instellingen worden in het geheugen
opgeslagen zodra ze gewijzigd zijn. Als u alle
standaardinstellingen wilt terugroepen, moet u
de procedure 'Backup wissen' uitvoeren die
wordt beschreven in het gedeelte 'Initialisatie'
op pagina 56.
Functies selecteren en instellen
100
StyleVol
f
r
00
Transpos
De geselecteerde functie.
Directe
numerieke
invoer.
• Verhoogt de waarde
met 1.
• AAN
• Uitvoeren
• Verlaagt de waarde met 1.
• UIT
• Annuleren
Druk tegelijkertijd om de
standaardinstelling terug te roepen.