Operation Manual

31 Nl
VOORBEREIDINGENINLEIDING
APPENDIX
(AANHANGSEL)
AFSPEELFUNCTIES INSTELLINGEN
Dit toestel aanpassen
(INSTELLINGENMENU)
Systeemconfiguraties
(GEAVANCEERDE
INSTELLINGEN)
Gebruik van een
externe versterker
Bedienen van
externe
componenten
1 Druk op ISETUP.
2 Druk op G / om het gewenste menu te
selecteren en druk dan op GENTER.
y
• Om naar het vorige menuniveau terug te keren, druk op
lRETURN.
3 Druk op G / / / en op GENTER om
elke parameter in te stellen.
y
• De standaard instellingen zijn aangegeven met “*”.
Opmerking
• Het menuscherm verdwijnt als er op één van de
DIngangskeuzetoetsen wordt gedrukt terwijl het SET
MENU geconfigureerd wordt.
4 Om het menu te verlaten, druk op ISETUP.
Hiermee kunt u met de hand de parameters die te maken
hebben met de geluidsweergave via de geluidsbundels
instellen. Om de door AUTOM. SETUP geconfigureerde
parameters fijn af te stellen, gebruik “BEAM
AANPASSING” en “POSITIE VOORSPEAKERS”.
■ PARAMETERS INSTELLEN (Parameters
instellen)
SET MENU → HANDMATIGE SETUP →
PARAMETERS INSTELLEN
Hiermee kunt u de positie van het toestel in uwm
luisterruimte en de afstand tussen dit toestel en de
luisterplek instellen.
y
• Als u aanpassingen aanbrengt in “PARAMETERS
INSTELLEN”, worden de “BEAM AANPASSING”
parameters automatisch bijgesteld.
Opmerking
• Als u instellingen verricht in “PARAMETERS INSTELLEN”,
zullen de instellingen voor de optimalisatie van geluidsbundels
gemaakt via de AUTOM. SETUP procedure verloren gaan.
1 In “PARAMETERS INSTELLEN 1/3”,
configureer “GEINSTALLEERDE POSITIE”.
Selecteer de geïnstalleerde positie van dit toestel.
Keuzes: PLAT AAN DE MUUR* (parallel aan de
muur), HOEK TEN OPZICHTE VAN DE MUUR
OF HOEK (hoek ten opzichte van de muur of hoek)
Opmerking
• Indien u deze instelling wijzigt, verandert de instelling
voor “BEAM MODE” automatisch (bladzijde 23).
2 Configureer “GEINSTALLEERDE HOOGTE”.
Selecteer de geïnstalleerde positie van dit toestel.
Instelbereik: 0.0 m tot 3.0 m
Begininstelling: 1.0 m
y
• Druk op G om door te gaan naar de volgende pagina.
3 Configureer de instellingen voor de
luisterruimte in “PARAMETERS INSTELLEN
2/3”.
Specificeer de lengte en breedte van de luisterruimte.
Instelbereik: 2.0 m tot 12.0 m
4 Configureer de instellingen voor de afstand
in “PARAMETERS INSTELLEN 3/3”.
Specificeer de afstand tussen de luisterpositie en dit
toestel. Als dit toestel parallel aan de muur wordt
geïnstalleerd, dient u ook de afstand te bepalen tussen
de luisterpositie en de linkermuur.
Instelbereik (vanaf dit toestel): 1.8 m tot 9.0 m
Basisbediening SET MENU
HANDMATIGE SETUP
;GEHEUGEN
;AUTOM.SETUP
;HANDMATIGE SETUP
;GELUID INSTELLEN MENU
;GELUID UIT MENU
;INGANG MENU
;DISPLAY MENU
[ ]/[ ]:OMHOOG/OMLAAG
[ENTER]:BEVESTIGEN
SET MENU
.
p
p
1)PARAMETERS INSTELLEN
2)BEAM AANPASSING
3)POSITIE VOORSPEAKERS
[ ]/[ ]:OMHOOG/OMLAAG
[ENTER]:BEVESTIGEN
C)HANDMATIGE SETUP
p
p
.
PLAT AAN DE MUUR
HOEK TEN OPZICHTE VAN
DE MUUR OF HOEK
0,0 tot 3,0 m
Wanneer dit toestel
parallel aan de muur
wordt geïnstalleerd,
specificeer de breedte
van de luisterruimte en
de afstand tussen dit
toestel de achtermuur.
Als dit toestel in de hoek
van de kamer wordt
geïnstalleerd, specificeer
de breedte en lengte van
de luisterruimte.