Operation Manual

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-4
3
LET OP
DCA11020
Gebruik de parkeerstand niet gedurende
langere tijd, anders kan de accu ontla-
den raken.
DAU49392
Controle- en waarschuwings-
lampjes
DAU11030
Controlelampjes
richtingaanwijzers “ ” en “
Het bijbehorende controlelampje knippert
terwijl de schakelaar voor richtingaanwij-
zers naar de linker- of rechterstand is ge-
drukt.
DAU11060
Vrijstandcontrolelampje “
Dit controlelampje brandt terwijl de versnel-
lingsbak in de vrijstand staat.
DAU11080
Controlelampje grootlicht “
Dit controlelampje brandt terwijl de koplamp
is ingeschakeld voor grootlicht.
DAU11254
Waarschuwingslampje
olieniveau “
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
het motorolieniveau laag is.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschuwings-
lampje moet enkele seconden oplichten en
dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet meteen
op wanneer u de sleutel naar “ON” draait of
blijft het lampje branden, laat het elektrisch
circuit dan door een Yamaha dealer contro-
leren.
1. Controlelampje schakelmoment
2. Waarschuwingslampje motorstoring
3. Waarschuwingslampje olieniveau “
4. Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur “
5. Controlelampje tractieregeling “TCS”
6. Controlelampje rechter
richtingaanwijzers “
7. Controlelampje grootlicht
8. Vrijstandcontrolelampje “
9. Waarschuwingslampje brandstofniveau “
10.Controlelampje linker
richtingaanwijzers “
11.Controlelampje startblokkering
1
2
3
4
5
6
11
7
8
9
10
U1KBD1D0.book Page 4 Friday, July 6, 2012 1:58 PM