User manual

53
De gele - groene aardleiding moet niet
verbroken zijn door middel van een
verbreker.
De voedingskabel moet zo geplaatst
worden dat de temperatuur ervan niet 50
0
C
op de kamertemperatuur overschrijdt.
Voor het aansluiten van het apparaat,
controleer of:
de zekeringen en de huishoudolijke
elektrische installatie de elektrische
lading kunnen verdragen (zie het
typeplaatje),
het stopcontact en de omnipolaire
verbreking moeten bereikbaar blijven
tijdens de installatie van het apparaat.
De voedingskabel mag alleen door een
erkende elektricien vevangen worden.
Gebruik een voedingskabel met een
doorsnede die met de elektrische lading
overeenkomt.
Ongeacht de modaliteiten van
aansluiting, moet de aarding van het
apparaat uitgevoerd zijn overeenkomstig
de geldende normen.