User manual
• Om de sproeiarm weer aan de korf te bevestigen, duwt u de sproeiarm naar boven in de richting van de lagere pijl
en draait u hem tegelijkertijd tegen de wijzers van de klok in, zodat hij op zijn plek vergrendelt.
Buitenkant reinigen
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
doek.
• Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
• Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes of
oplosmiddelen.
De binnenkant van de machine reinigen
• Reinig het apparaat zorgvuldig, inclusief de
rubberen afdichting van de deur, met een zachte,
vochtige doek.
• Als u regelmatig korte programma's gebruikt dan
kunnen er vetresten en kalkaanslag achterblijven in
het apparaat. Om dit te voorkomen raden wij aan
om minstens twee keer per maand langdurige
programma´s te gebruiken.
• Om de prestaties van uw apparaat op en top te
houden raden we u aan een specifiek
schoonmaakproduct voor vaatwasmachines te
gebruiken (minstens eenmaal per maand). Volg de
instructies op de verpakking van de producten
zorgvuldig op.
Probleemoplossing
Als het apparaat niet start of stopt tijdens de bediening,
kijk dan voordat u contact opneemt met de
klantenservice of u het probleem zelf kunt oplossen met
behulp van de informatie in de tabel.
WAARSCHUWING! Niet juist
uitgevoerde reparaties kunnen de
veiligheid van de gebruiker ernstig in
gevaar brengen. Alle reparaties moeten
worden uitgevoerd door bevoegd
personeel.
Bij sommige problemen knippert het eindlampje om een
storing aan te geven.
Het merendeel van de problemen die ontstaan
kunnen worden opgelost zonder contact op te
nemen met een erkend servicecentrum.
Probleem en alarmcode Mogelijke oorzaak en oplossing
U kunt het apparaat niet activeren.
• Zorg dat de stekker in het stopcontact zit.
• Zorg dat er geen zekering in de zekeringenkast is doorge-
brand.
Het programma start niet.
• Zorg dat de deur van het apparaat is gesloten.
• Als startuitstel is ingesteld, annuleert u deze functie of wacht
u tot het einde van het aftellen.
• Het apparaat is begonnen met de oplaadprocedure van de
hars in de waterontharder. De duur van de procedure is on-
geveer 5 minuten.
Het apparaat wordt niet gevuld met water.
• Het eindlampje knippert 1 keer onderbroken.
• Geluidssignaal klinkt 1 keer.
• Controleer of de waterkraan is geopend.
• Zorg dat de waterdruk niet te laag is. Neem hiervoor zo no-
dig contact op met uw lokale waterleidingbedrijf.
• Controleer of de waterkraan niet verstopt is.
• Controleer of het filter in de toevoerslang niet verstopt is.
• Controleer of er geen knikken of bochten in de watertoevoer-
slang aanwezig zijn.
Het apparaat pompt geen water weg.
• Het eindlampje knippert 2 keer onderbroken.
• Geluidssignaal klinkt 2 keer.
• Controleer of de gootsteenafvoer niet verstopt is.
• Controleer of er geen knikken of bochten in de waterafvoer-
slang aanwezig zijn.
17