Operation Manual

23
Voordat u de machine in gebruik neemt
Alvorens de afwasmachine in gebruik te nemen, moet u:
1. controleren of de machine volgens de aanwijzingen is
aangesloten
2. alle transportbeveiligingen uit de machine verwijderen
3. de waterontharder instellen
4. 1 liter water in het zoutreservoir gieten en het dan met zout
vullen
5. het glansmiddelreservoir vullen
Waterontharder
De afwasmachine is uitgerust met een automatisch werkende
ontharder die kalkafzetting op het servies en in de machine
voorkomt. Hoe meer kalk het leidingwater bevat, des te harder
is het.
De waterhardheid wordt gemeten in verschillende schalen (zie
tabel).
Stel de waterontharder op de plaatselijke waterhardheid in.
Informatie daarover kunt u krijgen bij het waterleidingbedrijf.
Als de hardheid van het leidingwater onder het
hardheidsbereik dat overeenstemt met stand "1" ligt, dan
hoeft u geen zout te gebruiken omdat het water al zacht is.
Regel de waterontharder op stand "1", maar gebruik geen
zout.
Waterontharder instelling
1. Open de deur van de afwasmachine.
2. Neem de onderste korf uit de machine.
3. Draai de regelknop totdat de wijzer op de gewenste stand
staat (zie tabel).
4. Plaats de onderste korf
weer in de machine.
De machine is in de fabriek op
stand 2.
Zoutreservoir vullen
Gebruik alleen speciaal zout voor afwasmachines.
Alle andere soorten zout, vooral tafelzout, beschadigen de
waterontharder.
Zout dat tijdens het vullen van het reservoir wordt
gemorst kan corrosie bevorderen. Vul daarom alleen kort
voor het begin van een afwasprogramma zout bij.
Vullen:
1. Draai de dop van het zoutreservoir 90° de tegen wijzers
van de klok in en verwijder de dop.
2. Giet 1 liter water in het zoutreservoir (dat is alleen voor
het eerste gebruik nodig).
3. Vul m.b.v. de trechter het
zoutreservoir.
4. Draai de dop goed vast
en verzeker u ervan dat
er geen zout op de
schroefdraad en
afdichting is gemorst.
De dop is goed dicht
gedraaid wanneer u een
klikgeluid hoort.
Na de eerste vulling, hoeft u alleen maar regelmatig zout bij te
vullen.
Het zoutreservoir moet
regelmatig bijgevuld worden.
De dop heeft daarvoor in het
midden een
indicativenstertje.
Als het zoutreservoir gevuld
is, er een groene markering
te zien. Als het zout op is, is
deze markering bijna
verdwenen.
U weet dan dat u zout moet
bijvullen.
Het is normaal dat tijdens het zout vullen het water overloopt.
Instelling
waterontharder
in °dH
Zout
gebruiken
stand 5
stand 4
stand 3
stand 2
stand 1
-
46 - 50
35 - 45
23 - 34
12 - 22
4 - 11
< 4
ja
ja
ja
ja
ja
nee
AA08
SR22
SALE
ZOUT
SALT
SALZ
SEL
SR14
Waterheid