User manual

AANWIJZINGEN EN TIPS
NORMALE BEDRIJFSGELUIDEN:
De volgende geluiden zijn normaal tijdens de
werking:
Een zacht gorgelend en borrelend geluid als het
koelmiddel door leidingen wordt gepompt.
Een zoemend en kloppend geluid van de
compressor als het koelmiddel wordt
rondgepompt.
Een plotseling krakend geluid uit de binnenkant
van het apparaat veroorzaakt door thermische
uitzetting (een natuurlijk en ongevaarlijk
natuurkundig fenomeen).
Een zacht klikkend geluid van de thermostaat als
de compressor aan of uit gaat.
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING
De deur niet vaker openen of open laten staan
dan strikt noodzakelijk.
TIPS VOOR HET KOELEN VAN VERS
VOEDSEL
Zet geen warm voedsel of verdampende
vloeistoffen in de koelkast.
Dek het voedsel af of verpak het, in het
bijzonder als het een sterke geur heeft.
Plaats het voedsel zodanig dat de lucht er
vrijelijk omheen kan circuleren.
TIPS VOOR HET KOELEN
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten): in plastic zakken verpakken
en op het glazen schap leggen, boven de
groentelade. Bewaar vlees maximaal 1-2 dagen.
Gekookte etenswaren, koude gerechten:
bedekken en op een schap leggen.
Fruit en groeten: goed wassen en in een
speciale lade leggen. Bananen, aardappelen,
uien en knoflook moeten als deze niet verpakt
zijn niet in de koelkast worden bewaard.
Boter en kaas: in speciale luchtdichte bakjes
leggen of in aluminiumfolie of plastic zakjes
wikkelen om zoveel mogelijk lucht uit te sluiten.
Flessen: afsluiten met een dop en in de deur
plaatsen of (indien beschikbaar) in het
flessenrek.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN
LET OP! Voordat u welke
onderhoudshandeling dan ook verricht,
de stekker uit het stopcontact trekken.
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in
de koeleenheid. Onderhoud en
hervullen mag alleen uitgevoerd
worden door bevoegde technici.
De toebehoren en onderdelen van het
apparaat zijn niet geschikt om in een
afwasmachine gewassen te worden.
PERIODIEKE REINIGING
LET OP! Trek niet aan leidingen en/of
kabels aan de binnenkant van het
apparaat en verplaats of beschadig ze
niet.
LET OP! Let op dat u het koelsysteem
niet beschadigt.
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
1. Maak de binnenkant en de accessoires schoon
met lauw water en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf
ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze
schoon en vrij van resten zijn.
3. Spoel ze af en maak ze grondig droog.
4. Maak indien toegankelijk de condensor en de
compressor aan de achterkant van het
apparaat schoon met een borstel.
Dit zal de prestatie van het apparaat verbeteren
en het elektriciteitsverbruik reduceren.
HET ONTDOOIEN VAN DE KOELKAST
Rijp wordt elke keer als de compressormotor
tijdens normale werking stopt, automatisch van de
verdamper van het koelvak verwijderd. Het
dooiwater loopt via een gootje in een speciale
opvangbak aan de achterkant van het apparaat,
boven de compressormotor, waar het verdampt.
7