ZANUSSI KOELKAST REFRIGERATEUR KÜHLSCHRANK REFRIGERATOR ZC 244 PGO (240**** I) GEBRUIKSAANWIJZING - MODE D`EMPLOI GEBRAUCHSANLEITUNG - INSTRUCTION BOOK NL FR DE GB 200362928 B/ZE/9-2. (04.
NL Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het apparaat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken. M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden: Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat.
NL Inhoudsopga v e Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ............................................................................4 Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ...............................................................................4 Veiligheid van kinderen ...........................................................................................................4 Vóór het in gebruik nemen .....................................................................................
NL Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem door aan een evt. volgende eigenaar van het apparaat. Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen en dient volgens de voorschriften te worden gebruikt. Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van het aansluitsnoer, mogen alleen door Service worden uitgevoerd.
NL Aanwi jzingen v oor de gebr uiker Algemene informatie Dit apparaat is een huishoud-koelkast met een 4-sterren-vriesruimte. Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen, het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde klimaatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen). De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
NL Bedienen van het apparaat In gebruik nemen Zet de accessoires in de koelkast en steek de stekker in het stopcontact. Draai de temperatuurregelaar aan de rechterkant van de koelruimte vanuit 0 rechtsom (zie afb.). Op stand 0 is het apparaat buiten werking. In het volgende hoofdstuk vindt u aanwijzingen m.b.t. de instelling. Temperatuur instellen De thermostaat zorgt er automatisch voor dat de ingestelde temperatuur wordt aangehouden en schakelt regelmatig het apparaat kortere of langere tijd uit.
NL Bewaartijden en temperaturen De tabellen achterin de gebruiksaanwijzing informeren u over bewaartijden van diepvriesproducten en verse levensmiddelen. De bewaartijd kan niet exact worden aangegeven, omdat hij afhankelijk is van de versheid en de behandeling van de levensmiddelen. De bewaartijden zijn daarom slechts richtlijnen. Diepvriesproducten kunnen alleen veilig bewaard worden, als ze niet ontdooid zijn voordat ze in de vriesruimte worden geplaatst.
NL Als u de deur van de vriesruimte sluit, zorg er dan voor dat de grendel in de richting van de pijl beweegt, zodat de deur goed sluit. Doe levensmiddelen altijd in een afgesloten schaaltje. Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in het apparaat zet. Houd de condensor aan de achterkant van het apparaat schoon. Het apparaat en het milieu Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aantasten.
NL Controleer regelmatig of het dooiwaterafvoergootje niet verstopt is. Meestal raakt het afvoergootje verstopt door in papier verpakte levensmiddelen. Het papier komt in aanraking met de achterzijde van de koelruimte en vriest daaraan vast. Als u de levensmiddelen uit de koelruimte haalt, scheurt het papier en dat kan tot verstopping van het afvoergootje leiden. Doe dus voorzichtig met in papier verpakte levensmiddelen. Als erg veel koelvermogen nodig is, bijv.
NL U kunt de vriesruimte het beste schoonmaken en ontdooien als hij leeg of slechts gedeeltelijk vol is. Stof en vuil die zich op de condensor op de achterkant van de koelkast hebben afgezet, dient u één of twee maal per jaar te verwijderen. Maak dan ook het condensbakje bovenop de compressor schoon. Als de koelkast niet in gebruik is Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als volgt te werk: Trek de stekker uit het stopcontact. Maak de koelkast leeg. Ontdooien en beschreven.
NL Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat koelt niet De temperatuurregelaar is te laag ingesteld. voldoende. U hebt te veel levensmiddelen tegelijk in het apparaat gezet. U hebt zeer warme levensmiddelen in het apparaat gezet. De deur is niet goed gesloten. Er is geen koude luchtcirculatie binnenin het apparaat. Het apparaat koelt te De temperatuurregelaar is te hoog ingesteld. sterk. De stekker zit niet in het stopcontact. Het apparaat koelt Er staat geen spanning op het stopcontact.
NL Opstelling De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Daarom moet het apparaat op een plaats staan waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het uitgevoerd is, zie onderstaande tabel. De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. Klimaatklasse Omgevingstemperatuur SN +10 ..,+32 °C N +16 ..,+32 °C ST +18 ..,+38 °C Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temperatuur in de koelruimte te hoog worden.
NL Deurdraairichting omzetten Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de deurdraairichting van rechts naar links omzetten. Ga als volgt te werk: Trek de stekker uit het stopcontact. Kantel het apparaat voorzichtig achterover en zorg ervoor dat de compressor de vloer niet raakt. U kunt dit het beste met twee personen doen. Draai de stelvoeten aan beide zijden uit (2 stuks), daarna de schroeven die de onderste deurscharnieren vasthouden (3 stuks) en de schroef aan de andere kant van het apparaat.
NL Deurdraairichting van de vriesruimte omzetten Nadat u de buitendeur hebt omgezet, moet ook de deurdraairichting van de vriesruimte worden omgezet. Ga te werk zoals in de afbeelding aangegeven. Verwijder de onderste stift die de deur van de vriesruimte vasthoudt (1). Open de deur en neem hem voorzichtig uit de omlijsting (2). Neem het afstandsbusje uit de deur en plaats het op de andere kant (3). Neem de bovenste stift uit de omlijsting en plaats hem op de andere kant (4).
NL Elektrische aansluiting Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (~) 50 Hz. Het apparaat moet worden aangesloten aan een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig is, laat het dan door een erkend installateur in de buurt van de koelkast aanbrengen. Dit apparaat voldoet aan de volgende EUrichtlijnen: 73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlijnen) - laagspanningsrichtlijn 89/336/EEG van 03.05.
NL Be w aar ti jdent abel (2) Diepvriesproducten bewaren Soort groente kant-en-klare producten aardappelgerechten, pastagerechten soep fruit vlees consumptie-ijs in de koelruimte +2 +7 °C 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag in de ****-vriesruimte -18 °C 12 maanden 6 maanden 12 maanden 6 maanden 12 maanden 5 maanden 3 weken Gar antie en ser vice Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of kwitantie te worden getoond of meegezonden.
NL Garantie-uitsluitingen 8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betreffende hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien: de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het apparaat blijkt, niet getoond kan worden of niet meegezonden werd; het apparaat voor andere, of ook voor andere dan de huishoudelijke doeleinden waarvoor het apparaat bestemd is gebruikt wordt; het apparaat niet volgens de aanwijz
NL (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik 6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend zijn. 7. De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt door: chemische en elektrochemische inwerking van water, abnormale milieuomstandigheden in het algemeen voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandigheden contact met agressieve stoffen. 8.