Operation Manual

Voor Nederlandstalige ondersteuning, tel.: 0858 880 106 10
Voor Engelstalige ondersteuning, neem contact op met Unisupport.net, Denemarken, Tel.: +45 70 26 11 50
www.unisupport.net 50545
12. Stroomdraad veiligheid – Stroomdraden dienen altijd veilig te worden neergelegd
zodat er niet op gelopen wordt. Zorg voor extra aandacht bij de punten waar het draad
het product ingaat of waar het het stopcontact gaat.
13. Bliksem – Voor extra veiligheid tijdens een storm of wanneer u het apparaat voor
lange tijd niet gebruikt dient u de stekker uit het stopcontact te halen en alle overige
kabels los te maken. Dit voorkomt schade tijdens bliksem en/of stroom storingen.
14. Overladen Overlaad de stopcontacten, extensie kabels of interne bedrading. Dit kan
lijden tot elektrische schokken.
15. Objecten en Vloeistoffen Druk nooit objecten door de openingen in de behuizing.
Deze kunnen gevaarlijke voltage punten raken of kortsluiting veroorzaken dat kan
lijden tot brand of elektrische schokken. Mors nooit vloeistoffen op het apparaat.
16. Reparatie – Probeer het apparaat nooit zelf te repareren. Verwijder nooit de
behuizing. Neem contact op met het service center indien het appraat niet naar
behoren werkt.
17. Schade dat Service nodig heeft – Haal de stekker uit het stopcontact en neem
contact op met het service center.
a. Indien de stroomkabel of stekker is beschadigd.
b. Als er vloeistoffen of objecten in het apparaat zijn terecht gekomen.
c. Als het product is blootgesteld aan regen of water.
d. Als het product niet naar behoren werkt. Wijzig alleen de instellingen die worden
beschreven in de handleiding. Andere aanpassingen kunnen schade opleveren
die gevaarlijk zijn en soms ook niet te reparenen zijn.
e. Als het product is gevallen of beschadigd op welke manier dan ook of indien het
product zich merkbaar anders gedraag, dient het gerepareerd te worden.
18. Losse onderdelen Wanneer u losse onderdelen nodig heeft, zorg er dan voor dat u
de correcte onderdelen ontvangt. Onbekende of verkeerd onderdelen kunnen lijden tot
schade, brand, electrische schokken of andere gevaren.
19. Veiligheids Check - Nadat uw apparaat is gerepareerd, vraag de reparateur om een
veiligheids check uit te voeren zodat u zeker weet dat het apparaat veilig is.
20. Hitte Plaats het apparaat niet dichtbij kachels of andere warmte bronnen, inclusief
amplifiers die hitte veroozaken.